Klas 3, H2 paragraaf 3, Verandering in puberteit

Thema 2
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Thema 2

Slide 1 - Tekstslide

Goedemorgen!
  • Telefoon in de tas of kluis
  • Chromebook op de tafel, dicht!
  • Tassen van de tafel
  • En....direct aan de slag!

Slide 2 - Tekstslide

Thema 2
Voortplanting en seksualiteit
paragraaf 3
 Verandering in de puberteit

Slide 3 - Tekstslide

In deze lesson up:
  • Bespreken toets T1
  • Bespreken paragraaf 3
  • Huiswerk 

Slide 4 - Tekstslide

Doelen:
2.3.1 Je kunt omschrijven wat primaire en secundaire geslachtskenmerken zijn en daarbij voorbeelden noemen.
2.3.2 Je kunt de processen tijdens de menstruatiecyclus beschrijven.

Slide 5 - Tekstslide

Primaire geslachtskenmerken

Geslacht/ sekse

Geslachtskenmerken= de kenmerken waaraan we het geslacht van een mens herkennen.

Primaire geslachtskenmerken=
De geslachtskenmerken die al bij de geboorte aanwezig zijn.

Slide 6 - Tekstslide

Primaire geslachtskenmerken
Intersekse= als aan de buitenkant van de baby niet te zien is of het een jongetje of een meisje is. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Hormonen
Stofjes in je lichaam die de werking van bepaalde organen regelen. 
Zo heb je geslachtshormonen die de werking van je geslachtsorgaan regelen.
En de lichamelijke ontwikkeling tot man of vrouw. 

Slide 9 - Tekstslide

Hormoonklieren, ontwikkeling secundaire geslachtskenmerken.

Slide 10 - Tekstslide

Ontwikkeling geslachtsorganen

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Hypofyse
zorgt er in de puberteit voor:
  • Dat de teelballen zaadcellen gaan maken
  • De teelballen mannelijke geslachtshormonen gaan maken (testosteron)
  • In de eierstokken eicellen gaan rijpen
  • De eierstokken vrouwelijke geslachtshormonen gaan maken (oestrogenen)

Slide 13 - Tekstslide

Menstruatiecyclus
Bij de geboorte van een meisje zijn alle eicellen al aanwezig in de eierstokken. 
De eicellen zitten in follikel. 
Vanaf de puberteit rijpt er één.

Slide 14 - Tekstslide

Ovulatie
Ook wel de eisprong genoemd.
Er komt dan eitje vrij uit
de eierstok,
die via de eileiders
naar de baarmoeder
wordt vervoerd.

Slide 15 - Tekstslide

Ovulatie

Slide 16 - Tekstslide

Eicellen
Oestrogeen zorgt voor een dikker baarmoeder-slijmvlies.
Gele lichaam houdt dit in stand.

Slide 17 - Tekstslide

Eicellen
Dat rijpen van het eitje gebeurt als de eicel in een follikel (blaasje) zit.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link

Slide 20 - Tekstslide

De menstruatie
Het afbreken van het baarmoederslijmvlies.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Menstruatie
Je mag wat buikkrampen hebben tijdens je menstruatie, maar je mag geen week ziek zijn van de pijn!!!

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Eicellen en zaadcellen
Eicel is één van de grootste cellen van het lichaam
Zaadcel is juist erg klein.

Slide 25 - Tekstslide

Eicellen 
Eicel bevat veel voedingsstoffen.
Deze zijn voor de reis en voor wanneer het bevrucht is. 

Slide 26 - Tekstslide

Zaadcellen
Juist geen voedingsstoffen dat zit in het vocht van zaadblaasjes en prostaat.

Slide 27 - Tekstslide

Herhaling
Hormonen
primaire geslachtskenmerken
secundaire geslachtskenmerken
Menstruatiecyclus
eicel
zaadcel

Slide 28 - Tekstslide

Huiswerk:
Deze week  paragraaf 3 en 4 maken en lezen.
Vragen naar aanleiding van deze  paragraaf?

Slide 29 - Tekstslide