TVZ meervoud en tussenletters

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Wat is de juiste spelling in het meervoud van het woord:
technicus
A
technicussen
B
technici
C
technicusje
D
technicusen

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling in het meervoud van:
flamingo
A
flamingos
B
flamingo's
C
flamingoën
D
flamingoos

Slide 9 - Quizvraag

Hieronder staan twee woorden.
Kies de juiste spelling van het meervoud van het woord kaas.
Een kaas, twee …

A
kasen
B
kazen

Slide 10 - Quizvraag

Hieronder staan drie woorden. Kies de juiste spelling van het meervoud van het woord bedrijf.
Een bedrijf, twee …

A
bedrijven
B
bedrijfen
C
bedrijffen

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de juiste spelling?
A
groentensoep
B
groentessoep
C
groentesoep
D
groentsoep

Slide 12 - Quizvraag

Hieronder staan twee woorden. Kies de juiste spelling van het meervoud van het woord fotograaf.
Een fotograaf, twee …
A
fotografen
B
fotograven

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Tussenletter -s?
Veiligheid + speld
A
Ja (veiligheidsspeld)
B
Nee (veiligheidspeld)

Slide 20 - Quizvraag

Tussenletter -s?
Asperge + Soep
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quizvraag

Tussenletter -s?

VOLK + ZANGER
A
Ja
B
Nee

Slide 22 - Quizvraag

Tussenletter -s?
najaar...storm
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quizvraag

Tussenletter -s?
kaas...schaaf
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quizvraag

Tussenletter -s?
spruitje...stamppot
A
Ja
B
Nee

Slide 25 - Quizvraag

Tussenletter -s?
staat...schuld
A
Ja
B
Nee

Slide 26 - Quizvraag