§2.3 Het stroomgebied van de Rijn deel 3

Openingsfoto
Wat zie je?
Waar komt dit voor?
Waarom komt dit hier voor?
Is dit gewenst?
Komt dit overal zo voor? 
timer
3:00
Binnen is beginnen!
Binnen is beginnen!
  • Ga op je plek zitten,
  • Pak je ipad voor,
  • Ga naar lessonup en accepteer de uitnodiging,
  • Beantwoord de 5 geografische vragen van de openingsfoto met je buur aan je tafel
  • Wanneer de timer afloopt, is het stil!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Openingsfoto
Wat zie je?
Waar komt dit voor?
Waarom komt dit hier voor?
Is dit gewenst?
Komt dit overal zo voor? 
timer
3:00
Binnen is beginnen!
Binnen is beginnen!
  • Ga op je plek zitten,
  • Pak je ipad voor,
  • Ga naar lessonup en accepteer de uitnodiging,
  • Beantwoord de 5 geografische vragen van de openingsfoto met je buur aan je tafel
  • Wanneer de timer afloopt, is het stil!

Slide 1 - Tekstslide

Beschrijving van de openingsfoto

Nederlandse delta

Hoofdstuk 2: 
Van de 
bergen naar de zee

§2.3 Het stroomgebied van de Rijn  deel 3

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesplanning 
Aanwezigheid en huiswerkcontrole 

Mededelingen:  

Uitleg §2.3 'Het stroomgebied van de Rijn' deel 3

Maak van §2.3 'Het stroomgebied van de Rijn' vraag 10 en 11

Lesafsluiter: lesdoelcheck

Vooruitblik op de volgende les

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesplanning 
Aanwezigheid en huiswerkcontrole

Mededelingen:  

Uitleg flipping the classroom - mini SO 

Maak van §2.3 'Het stroomgebied van de Rijn' vraag 10 en 11

Lesafsluiter: lesdoelcheck

Vooruitblik op de volgende les

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen van deze les
  1. Benoem 2 kenmerken van de benedenloop
  2. Leg uit hoe een delta ontstaan
  3. Waardoor is de bevolkingsdichtheid in een delta hoog?
  4. Leg aan de hand van het begrippen 'verstening' en 'infiltratie' uit, waardoor er overstromingen kunnen ontstaan
  5. Leg uit wat regiem en debiet is
Neem de vragen over en beantwoord ze tijdens de uitleg!

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Flipping the classroom
  • Lessonups en theorie doorgenomen?
  • Maak zelfstandig het Mini SO.
  • Daarna kijken we gezamenlijk na en beoordeel je je buurman/vrouw.
  • Cijfer berekenen: gehaalde p. /max p. x9+1
  • Cijfer beneden de 6 is extra uitleg.
  • Cijfer boven de 6 is zelfstandig aan het werk.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet jij nog van de vorige keer?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Lengteprofiel van de rivier
Middenloop
  • Heuvelachtig gebied 
  • Rivier wordt aangevuld met regenwater - gemengde rivier
  • Minder debiet als in de bergen
Bovenloop
  • Hoge stroomsnelheid door een groot verschil in reliëf hoog debiet (m3/s).
  • Veel erosie door meegevoerde gletsjerpuin.
  • De gletsjers van de Alpen zijn de bron voor veel rivieren in Europa . Bijvoorbeeld de Rijn.

Benedenloop
  • Geen relief
  • Op dit punt is de rivier is een regenwater rivier
  • Laag debiet
  • Monding in de zee - Delta

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Benedenloop
Regen rivier - vooral gevoed door regenwater en grondwater

Kenmerken:
  • Lage stroomsnelheid
  • Sedimentatie en deltavorming
  • Brede rivier 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Delta(1)
Delta = een gebied vlak voor de monding, waarbij de rivier zich vertakt in veel rivierlopen.

Oorzaak: 
Het verhang erg klein waardoor de rivier langzaam stroomt. Hierdoor vindt er zoveel sedimentatie plaats dat de rivier soms ‘verstopt’ raakt en een nieuwe weg moet zoeken.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Delta(2)
In een delta is de bevolkingsdichtheid vaak hoog omdat het vlak en vruchtbaar is door het sediment.

Gevolg: steden en overstromingen!

Oorzaak: 
Dit komt door al het steen en beton van de steden                 verstening.
Het water kan niet in de grond we stromen                               infiltratie.  

Er komt steeds meer en steeds sneller overtollig water in de Rijn terecht wat voor overstromingen kan zorgen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regiem en debiet
Het regiem = waterafvoer van de rivier gedurende een jaar. Het regiem wordt beïnvloed door neerslag, smeltwater, verdamping en het landschap

Het debiet = hoeveelheid water die op een bepaald punt door de rivier stroomt. Het debiet wordt uitgedrukt in m3 per seconde.

Vraag 1: Waarom is het debiet van de Rijn bij Basel kleiner dan het debiet bij Lobith?
vraag 2: Het grootste debiet valt bij Basel in een ander jaargetijde dan bij Lobith. Verklaar dit verschil.
Vraag 3: Waarom is het regiem van de Rijn bij Lobith onregelmatiger dan het regiem bij Basel?

Slide 13 - Tekstslide

Vraag 1: Pas voorbij Basel komt er ook veel water van de zijrivieren in de Rijn.

Vraag 2: Bij Basel stroomt er vooral gletsjerwater door de Rijn. De gletsjers smelten in het voorjaar en de zomer. Bij Lobith wordt het regiem bepaald door regenwater. In de winter regent het meer en verdampt er minder water.

Vraag 3: Bij Basel stroomt er vooral gletsjerwater door de Rijn en is de invloed van de (onbetrouwbare) neerslag op het regiem beperkt. Bovendien komt er bij Lobith ook veel water van de zijrivieren in de Rijn.
Waarom is het debiet van de Rijn bij Basel kleiner dan het debiet bij Lobith?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Het grootste debiet valt bij Basel in een ander jaargetijde dan bij Lobith.
Verklaar dit verschil.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is het regiem van de Rijn bij Lobith onregelmatiger dan het regiem bij Basel?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Werkvorm: Mini SO

R


3p
Benoem tenminste één kenmerk van de:
(1p) bovenloop, (1p) middenloop en de (1p) benedenloop.

T1


3p
Gebruik de bron.
(1p) Beschrijf wat je ziet;
(2p) Beschrijf hoe dit landschap is ontstaan.

T2


2p
Als gevolg van verstening en ontbossing in de boven- en middenloop heeft Nederland te maken met een hogere overstromingsrisico. 
Leg dit voor beide voorbeelden uit.

I


2p
Benoem twee maatregelen die Nederland kan nemen waardoor het overstromingsrisico zal afnemen. 
timer
10:00

Slide 17 - Tekstslide

Houdt PTD aan

Wat is je cijfer?

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Aan het werk
Wat?
Havo: §2.3 'Het stroomgebied van de Rijn' vraag 2
VWO: §2.3 'Het stroomgebied van de Rijn' vraag 2
Hoe?
Zelfstandig in stilte
Hulp
Brein, Boek, Buur, Bureau 
Tijd
Timer
Daarna checken we de leerdoelen


Klaar?
Maak de herhaling 
en of de 
en of Keuzemenu C: Rijn en Maas vergelijken vraag 1 en 2
timer
10:00

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het werk 
Ik begrijp het wel
Ik begrijp het bijna

Ik vind het nog lastig
Zelfstandig werken:
Havo: §2.2 'Rivieren van ijs' vraag 2

Vwo: §2.2 'Rivieren van ijs' vraag 2

Klaar? Keuzemenu C: 
Rijn en Maas vergelijken vraag 1 en 2

Maak de opdrachten en de herhaling

Klaar? Maak de 



Extra uitleg en maak daarna de opdrachten

Klaar? Maak zelf oefenen
timer
10:00

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelcheck
  1. Benoem 2 kenmerken van de benedenloop
  2. Leg uit hoe een delta ontstaan
  3. Waardoor is de bevolkingsdichtheid in een delta hoog?
  4. Leg aan de hand van het begrippen 'verstening' en 'infiltratie' uit, waardoor er overstromingen kunnen ontstaan
  5. Leg uit wat regiem en debiet is

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies