1.2 Organen, weefsels en cellen

1.2 Organen, weefsels en cellen
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

1.2 Organen, weefsels en cellen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor vandaag
4. Je kunt orgaanstelsels, organen, weefsels en cellen bij de mens herkennen, hun kenmerken en functies beschrijven en dit alles toepassen in een context.
5. Je kunt beschrijven dat groepen cellen in een weefsel, orgaan of orgaanstelsel een gezamenlijke functie uitvoeren.
6. Je kunt verbanden leggen tussen de orgaanstelsels, organen, weefsels en cellen en het verband tussen vorm en functie aangeven.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Organen en -stelsel van de mens moet je kennen. Ook herkennen in een andere vorm of afbeelding. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Organen en weefsels
Weefsel: Groep cellen met dezelfde vorm en functie
Orgaan: Zelfstandig functionerende eenheid met een taak

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Kraakbeenweefsel; groepjes cellen duidelijk zichtbaar. Ruimte er tussen voor de flexibiliteit 

Slide 9 - Tekstslide

Epitheel of dekweefsel bovenste laag cellen die '' rechtop staat ''. Werkt als beschermlaag vaak om de onderliggende cellen te beschermen tegen indringers of ph. 
Zie je over heel de linie van het verteringsstelsel en voortplantingsstelsel. 
To do
Onderbouw leerdoelen: welke organen en -stelsels moet je kennen en ken je al? Ga aan het werk! 
Opdracht 32, 34, 36 en 37

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je onthouden?

Slide 11 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies