GLM- HAVO 4 - 14 février

Bonjour ! 
- Zet je camera aan

- Leg je telefoon naast je, we gaan het gebruiken


Fijne les! 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Bonjour ! 
- Zet je camera aan

- Leg je telefoon naast je, we gaan het gebruiken


Fijne les! 

Slide 1 - Tekstslide

Aujourd'hui 
- Herhalingsoefening 
- Regarder B 


 Leerdoel : Jullie hebben een herhaling  gehad.  Jullie hebben het onderwerp van de video begrepen. 

Slide 2 - Tekstslide

Welke zin is juist?
A
Je sais ne pas
B
Je ne sais pas

Slide 3 - Quizvraag

Grammatica
Je ne sais pas.

'Ne' komt voor de persoonsvorm en 'pas' erna. 

Slide 4 - Tekstslide

Welke zin is juist?
A
Je n'aime pas ce film
B
Je ne aime pas ce film

Slide 5 - Quizvraag

Grammatica
Je n'aime pas ce film.

Als het woord na de ontkenning met een klinker begint, is de goede vorm n'

Slide 6 - Tekstslide

Welke zin is juist?
A
Je n'ai pas rangé ma chambre
B
J'ai ne rangé pas ma chambre
C
J'ai ne pas rangé ma chambre

Slide 7 - Quizvraag

Grammatica
Je n'ai pas rangé ma chambre.

'Ne' komt voor de persoonsvorm en 'pas' erna. 

Slide 8 - Tekstslide

"Niemand wilt dat"

Hoe zeg je niemand in het Frans?
A
ne...rien
B
ne...jamais
C
ne...plus
D
ne...personne

Slide 9 - Quizvraag

"Ik heb geen enkel idee"

Hoe zeg je geen enkel in het Frans?
A
ne...aucun
B
ne...pas du tout
C
ne...pas non plus
D
ne...pas encore

Slide 10 - Quizvraag

"Ik ga het niet meer doen"

Hoe zeg je "niet meer" in het Frans?
A
ne...que
B
ne...rien
C
ne...plus jamais
D
ne...aucun

Slide 11 - Quizvraag

Welke zin is juist?
A
Je ne me sens pas capable d'aller à l'école.
B
Je me ne sens pas capable d'aller à l'école.

Slide 12 - Quizvraag

Grammatica
Je ne me sens pas capable d'aller à l'école.

Bij wederkerende werkwoorden en bij zinnen met een persoonlijk voornaamwoord komt het voornaamwoord tussen ne en de persoonsvorm te staan.


Slide 13 - Tekstslide

Welke zin is juist?
A
Ne peut personne prévoir l'avenir.
B
Personne ne peut prévoir l'avenir.

Slide 14 - Quizvraag

Grammatica
Personne ne peut prévoir l'avenir.
Als niemand het onderwerp is, dan vertaal je dat met 'personne ne'.


Rien n'est simple.
Als niets het onderwerp is, dan vertaal je dat met rien ne/n'.





Slide 15 - Tekstslide

Hij is getalenteerd.

Getalenteerd in het Frans?
A
fort
B
doué
C
bereid
D
tevreden

Slide 16 - Quizvraag

Ik raad je het aan.

Aanraden in het Frans?
A
conseiller
B
eindexamen doen
C
hard werken
D
zich interesseren in

Slide 17 - Quizvraag

Dat is een mogelijkheid.

Mogelijkheid in het Frans?
A
choix
B
filière
C
chiffre
D
possibilité

Slide 18 - Quizvraag

Il va à l'école primaire.

école primaire in het Nederlands?
A
crèche
B
basisschool
C
middelbareschool
D
universiteit

Slide 19 - Quizvraag

Regarder B 
Onderwerp : Gesprek met een chocolatier in Parijs.

16 : Kies de goede vertaling voor de onderstreepte woorden.
17a : Lees de onderwerpen. Kijk de video en kies welke onderwerpen worden besproken door Simon. 
17b : Kijk nog een keer de video. Kies het goede antwoord en schrijf in het Nederlands waarom je het hebt gekozen. 

Slide 20 - Tekstslide

Regarder B 
19a : Koppel de mogelijkheden om echte zinnen te maken. 

Slide 21 - Tekstslide

Regarder B


Oefeningen 16, 17 en 19a 

Slide 22 - Tekstslide

Huiswerk voor donderdag
Regarder B en Lire B  maken
Leren vocabulaire B van chap. 4

Slide 23 - Tekstslide