H4 MM H11 les 16 -11.3 deel 2 en HD

Programma

  • 11.3: Kenmerkend aspect
  • 11.3: Leerdoelen
  • 11.3: lezen en begrijpen "Onafhankelijk, maar nog niet
             welvarend"
  • 11.3:Historisch denken
  • Huiswerk

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Programma

  • 11.3: Kenmerkend aspect
  • 11.3: Leerdoelen
  • 11.3: lezen en begrijpen "Onafhankelijk, maar nog niet
             welvarend"
  • 11.3:Historisch denken
  • Huiswerk

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem een cultureel en een economisch motief waarom Europese landen zich direct na WII tegen dekolonisatie verzetten.

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem twee verschillen tussen de dekolonisatie van Indonesië en van Suriname.

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Suriname en Nederland

Vanaf 1667 was Suriname een kolonie van Nederland

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Suriname
  • Voorbeeld van vreedzame dekolonisatie. (geen geweld zoals bij Indonesië)
  • 1954: Nederland stond de macht af aan Suriname
  • 1975: Suriname werd onafhankelijk. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1975
 "het eigenlijk niet meer kon om nog kolonies te hebben". Met ingang van 1975 werden Nederland en de Nederlandse Antillen afzonderlijke landen binnen het koninkrijk.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

problemen na onafhankelijkheid in voormalige koloniën
- economische achterstand
* agrarische producten
* onbewerkte grondstoffen
- weinig kapitaal voor opbouwen industrie
* westen
* mijnbouw
- bevolking bleef het slecht hebben
*m.u.v. plaatselijke elite

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk begrip past er bij de volgende omschrijving: Rijke landen die hun vroegere koloniën die nu zelfstandig zijn nog steeds uitbuiten en waarbij de voormalige koloniën nog steeds afhankelijk zijn.
A
Imperialisme
B
Dekolonisatie
C
Neokolonialisme
D
Kolonisatie

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Geef drie oorzaken van neokolonialisme.

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gebruik bron 3 en 4 uit je boek (11.3)

Noteer eerst wat bron 4 voorstelt.
A) Welk niet- westers land werd na WO II het snelst welvarend? Gebruik bron 4.
B) Zonder bron: Wat was daarvan de oorzaak?
C) Wat was een economisch gevolg (gebruik bron 3)?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Apartheid
Een korte introductie 
op het onderwerp

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zuid-Afrika

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Apartheid: oorsprong

  • Rassenscheiding (segregatie)

  • Bestaat in principe als sinds de komst van de eerste blanken: zij waren altijd in de minderheid en voelden zich bedreigd door de zwarte meerderheid

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grote apartheid

  • Verdeling van het land onder blank en zwart

  • Blanke bevolking 'krijgt' 87% van het (beste) land

  • Zwarte bevolking 'krijgt' 13% van het (dikwijls slechtere) land

  • De zwarte bevolking krijgt 10 zelfstandige gebieden toegewezen: thuislanden (Bantoestan)

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Bloedbad van Sharpeville
21 maart 1960

Zwarte bevolking demonstreert tegen een regeling 
waarbij je een speciaal pasje nodig had om 
 vrij, in het land zelf, te mogen reizen.

De politie grijpt hard in: 69 doden

De wereld ziet (voor het eerst) de apartheid

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Strijd tegen apartheid

Vanuit binnenland:
Met en zonder geweld (ANC)

Vanuit buitenland:
Economische en culturele
boycot van Zuid-Afrika

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eind van apartheid
  • Steeds meer internationale druk op Zuid-Afrika eind jaren '80

  • Vrijlating van Nelson Mandela na 27 jaar gevangenschap (1990)

  • Eerste democratische verkiezingen maken Mandela president van Zuid-Afrika (1994)

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ligging Angola

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Angola 
- Kolonie Portugal
- Guerrillabeweging
- Anjerrevolutie
- Race om de macht
                                                         FNLA                                           MPLA                                         UNITA

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Historisch denken: Politionele acties of kolonisatieoorlog? (blz. 259)

Lees:
K1I1,3: Historisch belang
K4I5: Verandering en continuiteit van begrippen

Slide 23 - Tekstslide

zie PDF actief historisch denken dl 3
Gebruik bron 4:
Welk continent is in ontwikkeling achter gebleven? Ondersteun met elementen uit de bron.

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Lees bron 5:
Hueting vertelt zijn ervaringen 20 jaar na dato. Wat zou zijn motief kunnen zijn? Gebruik K1.

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Gebruik bron 6:
Is de Nederlandse overheid het met Hueting eens? Leg uit in stappen.

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Analyseer bronnen 7 en 8 en beantwoord in stappen vraag 12a.

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

HUISWERK

Leer 11.3 leertekst, bronnen, begrippen, historisch denken

Lees 12.1: Naar een nieuwe wereldorde, casus; maak opdracht 1+2

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies