Woordsoortbenoeming herhaling VT2

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

www.lessonup.app

Woordsoortbenoeming

persoonlijk voornaamwoord

De mooie kaart wordt geschreven.
'mooie'

1. werkw.
2. lidw.
3. zelfst.nw.
4. bijvoegl.nw.

Een ongeluk zit in een
klein hoekje.
'een'

1. voorz.
2. lidw.
3. pers. vnw
4. werkw.

Hij wast zich.
'hij'

1. zelfst.naamw.
2. voorz.
3. pers. vnw
4. bijvoegl.nw.

De fietsen staan op het schoolplein.
'fietsen'

1. zelfst.nw.
2. bijvoegl.nw.
3. werkw.
4. voorz.

Marleen is haar sleutels kwijt.
'Marleen'

1. bijvoeg.nw.
2. zelfst.nw.
3. lidwd.
4. werkw.

Opa stapt in een oude auto.
Wat is het bijvoegl.nw.?

1. auto
2. opa
3. oude
4. een

Heiko maakt van zijn afval een vliegtuigje.
Wat is/zijn de zelfst.nw?

1. vliegtuigje
2. Heiko
3. een
4. afval

Wat is geen bijvoeglijk naamwoord?

1. groene
2. sterke
3. man
4. boze

Is 'werd' een werkwoordsvorm?

1. nee
2. ja

Is 'volgens' een werkwoord?

1. ja
2. nee

Kies het werkwoord of de werkwoorden.

1. vallen
2. lachen
3. onder
4. pinguïn

Wat zijn zelfstandige naamwoorden?

1. de, het, een
2. rood, groen, geel
3. fiets, koe, paard
4. probeer, had, lachen

Wat is GEEN zelfstandig naamwoord?

1. roept
2. kleding
3. schaal
4. kerstkaart

Een bijvoeglijk naamwoord
zegt iets over ...

1. een zelfstandig naamwoord
2. een werkwoord
3. een voorzetsel
4. over de hele zin

Ik kijk uit het raam.
'het'

1. lidw.
2. zelfst.naamw.
3. voorz.
4. pers.vnw.

Ik vroeg het hem wel twee keer.
'het'

1. lidw.
2. pers.vnw.
3. werkw.
4. voorz.

Wat is geen voorzetsel?

1. na
2. kom
3. via
4. tegen

Wat is/zijn de pers. vnw.?

Ik vroeg hem om haar gelijk te helpen.

1. ik
2. haar
3. hem
4. om

Wat is/zijn de pers.vnw.?

Ik zal met hem zijn auto wassen.

1. ik
2. zijn
3. zal
4. hem

Welk cijfer geef je jezelf voor de herhaalde onderdelen?

Wat wil je nog graag leren over deze onderdelen?