rekenen met energie: extra komt op de toets

5.2 rekenen met energie
Let op: Dit staat niet in het boek, je kan dit oefenen door de werkbladen te pakken. 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

5.2 rekenen met energie
Let op: Dit staat niet in het boek, je kan dit oefenen door de werkbladen te pakken. 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van de paragraaf kan/weet jij:
- Hoe je moet rekenen met E=P*t 
-Hoe je de formule van energie ombouwt

Slide 2 - Tekstslide

herhaling grootheden en eenheden
Vorig jaar hebben jullie bij het hoofdstuk warmte al een formule geleerd: E = p*t. Deze formule gaan we deze periode ook gebruiken, maar we gaan hem ietsjes uitbreiden!

Slide 3 - Tekstslide

Als eerste de E. De E staat voor ENERGIE. Dit is hoeveel energie een voorwerp of persoon heeft. 
De eenheden die bij Energie horen zijn de Joule (J) en de kiloWattuur (kWh)

Slide 4 - Tekstslide

groot en eenheden oefenen
Vul de tabel aan het einde van je schrift verder aan. Probeer ook de eenheden verschillende kleuren te geven. 
Grootheid
Afkorting
Eenheid 
Afkorting
Energie
E
Joule
kiloWatuur
J
kWh

Slide 5 - Tekstslide

P
als tweede de P. De P staat voor Vermogen (power in het engels). Dit is hoeveel energie een voorwerp of persoon per seconden heeft. 
De eenheden die bij Vermogen horen zijn de Watt (W) en de kiloWatt (kW)

Slide 6 - Tekstslide

groot en eenheden oefenen
Vul de tabel aan het einde van je schrift verder aan. Probeer ook de eenheden verschillende kleuren te geven. 
Grootheid
Afkorting
Eenheid 
Afkorting
Energie
E
Joule
kiloWatuur
J
kWh
vermogen
P
Watt
kiloWatt
W
kW

Slide 7 - Tekstslide

t
als laatste de t. De t staat voor tijd
 Dit is hoeveel tijd een apparaat aanstaat
De eenheden die bij tijd horen zijn de seconde (s) en de uur (h)

Slide 8 - Tekstslide

groot en eenheden oefenen
Vul de tabel aan het einde van je schrift verder aan. Probeer ook de eenheden verschillende kleuren te geven. 
Grootheid
Afkorting
Eenheid 
Afkorting
Energie
E
Joule
kiloWatuur
J
kWh
vermogen
P
Watt
kiloWatt
W
kW
tijd
t
seconden
uur
s
h

Slide 9 - Tekstslide

kleuren
Alle kleuren in de grootheden en eenhedenlijst horen bij elkaar. als je de energie in kWh moet berekenen en de tijd staat in secondes, dan moet je de tijd dus eerst omrekenen van seconde naar uren. In het werkboekje staan een paar oefeningen met het omrekenen van de eenheden. 

Slide 10 - Tekstslide

Hoe pak je deze sommen aan? 
stap 1: lees de tekst en de vraag 
Stap 2: Schrijf het 5-stappenplan op 
stap 3: vul het 5-stappenplan stap voor stap in 
Stap 4: Check of je overal eenheden hebt opgeschreven 

Slide 11 - Tekstslide

oefenen met de klas 
Het koffiezetapparaat van Tom heeft een vermogen van 17W. Na 4 uur wilt Tom berekenen hoeveel Energie zijn koffiezetapparaat heeft verbruikt. Reken uit hoeveel Energie het koffiezetapparaat heeft verbruikt na 4 uur. geef je antwoord in kiloWattuur

Hoe pakken we dit aan?

Gebruik het 5-stappenplan 

Slide 12 - Tekstslide

Antwoord 
Gev: E=?
Geg: P= 17W (delen door 1000) = 0,017 kW
t= 4h 
For: E= P*t
ing: 0,017 kW * 4 h
Ant: E= 0,068kWh

Slide 13 - Tekstslide

groot en eenheden oefenen
Neem de tabel over en vul hem verder in


Grootheid
Afkorting
Eenheid 
Afkorting
E

kiloWattuur
J

Vermogen
Watt


kW
t
seconde 

h

Slide 14 - Tekstslide

De laptop heeft een vermogen van 15W. Bereken het energie verbruik als de laptop 1,5 h aanstaat.

Slide 15 - Open vraag

Een telefoon heeft een vermogen van 80W, Sem gebruikt zijn telefoon 2 uur. Bereken het energieverbuik in kWh

Slide 16 - Open vraag

groot en eenheden oefenen
Neem de tabel over en vul hem verder in


Grootheid
Afkorting
Eenheid 
Afkorting
E
Joule


kWh
tijd 
s
h
Vermogen

kiloWatt
W

Slide 17 - Tekstslide

grootheden driehoek

Slide 18 - Tekstslide

Het vermogen van een wasmachine is 1000 Watt. Het energieverbruik van een wasbeurt is 3600000 Joule. Bereken hoelang een wasbeurt duurt.

Slide 19 - Open vraag

een televisie gebruikt in 1 dag (24h) 1000 kWh. Bereken het vermogen van de televisie

Slide 20 - Open vraag