les 7 - Engelse werkwoorden

Leerjaar 1 - periode 2 - les 7
*welkom
* terugblik pv, pv in de tt, pv in de vt én deelwoorden
* uitleg Engelse werkwoorden 
* afronden alle opdrachten t/m 3.4 en alle trainers werkwoordspelling

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leerjaar 1 - periode 2 - les 7
*welkom
* terugblik pv, pv in de tt, pv in de vt én deelwoorden
* uitleg Engelse werkwoorden 
* afronden alle opdrachten t/m 3.4 en alle trainers werkwoordspelling

Slide 1 - Tekstslide

Op welke manier vind JIJ de persoonsvorm in de zin?

Slide 2 - Open vraag

Sanne is in de zomervakantie naar Amsterdam geweest
A
Sanne
B
is
C
Amsterdam
D
geweest

Slide 3 - Quizvraag

Karim leverde zijn werkstuk niet op tijd in.
A
Karim
B
leverde
C
zijn
D
in

Slide 4 - Quizvraag

Als je wilt, dan help ik je, maar alleen als ik niet hoef te werken.

Slide 5 - Woordweb

Wat is de gouden tip om een pv in de TT in te vullen?

Slide 6 - Open vraag

Vandaag .... ik de vergadering. (leiden)

Slide 7 - Woordweb

Wie .... vandaag de vergadering. (leiden)

Slide 8 - Woordweb

.... jij die vergadering eens even. (leiden)

Slide 9 - Woordweb

Wat is jouw gouden tip voor de pv in de VT?

Slide 10 - Open vraag

De moeder .... haar kinderen gisteren te laat voor het avondeten. (roepen)

Slide 11 - Woordweb

Sam en Eva .... in één middag alle wanden wit. (sauzen)

Slide 12 - Woordweb

Hij .... mij plechtig dat hij niet met een ander had gezoend. (beloven)

Slide 13 - Woordweb

De honden .... luid toen ze ons zagen. (blaffen)

Slide 14 - Woordweb

Wat is ook al weer een tegenwoordig deelwoord?

Slide 15 - Open vraag

Hoe eet jij meestal je ontbijt?

Slide 16 - Woordweb

Hoe weet je of het voltooid deelwoord eindigt op -en, -d of -t?

Slide 17 - Open vraag

De goederen bleken niet .... te zijn. (Verzekeren)
A
verzekert
B
verzekerdt
C
verzekerd

Slide 18 - Quizvraag

Dat paard heeft de hele middag door de wei .... (Draven).
A
gedraven
B
gedraaft
C
gedraafd
D
gedraafdt

Slide 19 - Quizvraag

Kun je nog eens zeggen wat je vanochtend hebt... (eten)
A
ge-eet
B
ge-eedt
C
ge-eten
D
gegeten

Slide 20 - Quizvraag

Hoe schrijf je een bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord ALTIJD?

Slide 21 - Open vraag

Deze pas ..... weg zit nu al vol kuilen. (bestraten)

Slide 22 - Woordweb

De klanten waren tevreden over de ......... werkzaamheden. (verrichten)

Slide 23 - Woordweb

nieuwe theorie: Engelse woorden
niet mauwen... gewoon doen wat je geleerd hebt volgens de regels! 

zappen - ik zap - ik zapte - ik heb gezapt
saven - ik save - ik savede - ik heb gesaved
racen - ik race - ik racete - ik heb geracet
deleten - ik delete - ik deletete - ik heb gedeletet

Slide 24 - Tekstslide

aan de slag:
Kijk naar het resultaat van de instaptoets. Welke route moet je doen bij 3.4? 

op de laptop of in het boek (B)
klaar? trainers werkwoordspelling alle drie af

Slide 25 - Tekstslide

Tot slot:
volgende les: afmaken alle opdrachten van hoofdstuk 4 en stellen laatste vragen.

volgende week dinsdag: toets grammatica h. 3
Alle opdrachten + 3 trainers moeten dan af zijn! 

Slide 26 - Tekstslide