Les 3

Les leestekens komma's
Welkom
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Les leestekens komma's
Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen
Cursus 7 Spelling §2 Leestekens Komma's

Moord op Queen-T

Slide 2 - Tekstslide

Waarom zijn leestekens belangrijk?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

Theorie
Je gebruikt leestekens om een tekst beter leesbaar te maken. Elke zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt, een vraagteken (als het een vraag is) of een uitroepteken (als het een zin met veel nadruk is).
Naast punten, vraagtekens en uitroeptekens zijn er nog meer leestekens, bijvoorbeeld de komma. Een komma laat zien hoe een zin in elkaar zit.
Je zet een komma
  • in een zin met twee persoonsvormen naast elkaar.
  • Terwijl Jason de hond uitlaat, luistert hij naar een muziekje.
  • tussen de delen van een opsomming (behalve voor het woord en).
  • Tjerk heeft een zeiltocht gemaakt langs Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog.
  • voor voegwoorden, zoals: omdat, maar, terwijl, zodat, nadat, toen, want, voordat.
  • Let op: bij het voegwoord en gebruik je geen komma.
  • Mila kijkt vaak Duitstalige series, omdat ze Duits wil leren.
  • De zanger kwam het podium op en begon meteen zijn nieuwste nummer te zingen.








Slide 5 - Tekstslide

Waarom staat er een komma in de zin?
Terwijl Sem gitaar speelt, begeleidt Elianne hem op de piano.
A
omdat er twee persoonsvormen naast elkaar staan
B
omdat het een opsomming is
C
omdat er een voegwoord achter staat.

Slide 6 - Quizvraag

Waarom staat er een komma in de zin?
Dit roze T-shirt heb ik ook in het wit, blauw en oranje.

A
omdat er twee persoonsvormen naast elkaar staan
B
omdat het een opsomming is
C
omdat er een voegwoord achter staat.

Slide 7 - Quizvraag

Waarom staat er een komma in de zin?
Donell heeft de muziek gedownload, zodat hij die offline kan beluisteren.
A
omdat er twee persoonsvormen naast elkaar staan
B
omdat het een opsomming is
C
omdat er een voegwoord achter staat.

Slide 8 - Quizvraag

Waarom staat er een komma in de zin?
Het scherm van Ravi’s telefoon is gebarsten, maar hij doet het nog wel.
A
omdat er twee persoonsvormen naast elkaar staan
B
omdat het een opsomming is
C
omdat er een voegwoord achter staat.

Slide 9 - Quizvraag

Aan de slag
Online cursus 7 spelling §2 opdracht 2, 3, 4, 5, 6B, 7B

Slide 10 - Tekstslide

Boekpromotie

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Waar gaat het boek over?
  • De moord op Queen_T gaat over Stijn en Lucas, twee broers. Lucas is een bijzondere jongen, hij is heel gevoelig en heeft autisme. Op een dag vindt Stijn zijn broer op de plek waar hij vaak zit, achter het elektriciteitshuisje bij het zwembad, maar deze keer ligt naast hem op de grond een dood meisje. Stijn doet het domste wat hij kan doen, hij haalt zijn broer weg van die plek en verstopt Lucas' spullen. Maar had Lucas echt niets met de dood van het meisje te maken?Belemmerde Stijn het politieonderzoek waarbij zijn broer de hoofdverdachte zou moeten zijn?

  • Hoofdstuk 1 voorlezen

Slide 13 - Tekstslide

De moord op Queen-T is een whodunnit
Een whodunnit is:
• Een detective-verhaal, waarbij de nadruk ligt op het oplossen van een mysterie. Er is iets gruwelijks
gebeurd en jij als lezer moet erachter komen, wat er precies is gebeurd.
• Een puzzel-verhaal; de schrijver geeft kleine aanwijzingen, waarmee de lezer de dader kan
ontmaskeren. 

Slide 14 - Tekstslide

Wie heeft het gedaan?
Filmpje 
  • Waar gaat dit filmpje over? 
  • Heeft iemand iets raars gezien?
  • Tijdens het oplossen van de moord, de hele kamer is verbouwd. De meubels zijn vervangen en het lijk is verwisseld. 

Slide 15 - Tekstslide

Heb jij goed opgelet?

Slide 16 - Tekstslide

  • Hoe het komt, dat we al die veranderingen niet hebben opgemerkt?
  • Filmmakers leiden soms de aandacht van de kijker af, waardoor je aanwijzingen mist. Schrijvers gebruiken die truc ook. 

Slide 17 - Tekstslide

Welke aanwijzingen stonden er in H1
  • Wie weet nog welke dingen Stijn tussen de struiken vond? 
  • Welk voorwerp geeft volgens jullie de meeste aanwijzingen voor het oplossen van de moord?
  • Welk voorwerp springt eruit? 
  • En welk voorwerp wordt vaag omschreven? 
  • Voorspel welk voorwerp uiteindelijk het belangrijkste is. 

Slide 18 - Tekstslide

Whodunnit boeken
Fright Night - Maren Stoffels

Slide 19 - Tekstslide

Whodunnit boeken

Escape Room - Maren Stoffels

Slide 20 - Tekstslide

Whodunnit boeken



Black Friday - Maren Stoffels

Slide 21 - Tekstslide

Whodunnit boeken
Zes seconden - Daniëlle Bakhuis

Slide 22 - Tekstslide

Whodunnit boeken

Dit mag niemand weten - Martine Kamphuis

Slide 23 - Tekstslide

Whodunnit boeken


Vlinder - Martine Kamphuis

Slide 24 - Tekstslide

Kies één van de boeken en neem het volgende week mee!

Slide 25 - Tekstslide