In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Nederlands
Hoofdstuk 9: Spanning
25 oktober 2021
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen vandaag?
Hoofdstuk 7: Spanning
Korte terugblik H 10: De lezer boeien (11 oktober 2021)
Actieve bijdrage en niet door elkaar praten
Slide 2 - Tekstslide
De lezer boeien, door het gebruik van:
Voorbeelden
Vergelijkingen
Slide 3 - Tekstslide
Variëren in taalgebruik
Zinsbouw
Zinslengte
Woordkeuze
Slide 4 - Tekstslide
Zinsbouw
Het onderwerp hoeft niet altijd vooraan te staan.
Slide 5 - Tekstslide
Zinsbouw
We stapten om zeven uur in de auto. We reden de hele nacht door. We kwamen de volgende dag uitgeput op de camping aan.
Om zeven uur stapten we in de auto. We reden de hele nacht door. Uitgeput kwamen we de volgende dag op de camping aan.
Slide 6 - Tekstslide
Zinslengte
Gemiddelde lengte zin: 7 tot 10 woorden.
Wissel korte en langere zinnen af!
Slide 7 - Tekstslide
Woordkeuze
Varieer in woordkeuze: gebruik liever niet in twee zinnen achter elkaar hetzelfde woord.
Synoniemen
Verwijswoorden
Slide 8 - Tekstslide
Leerdoel
Je leert wat spanning is en hoe een schrijver spanning gebruikt om de aandacht van de lezer of kijker vast te houden.
Slide 9 - Tekstslide
Geef een voorbeeld van een film of boek die je spannend vond. Geef ook aan waarom.
Slide 10 - Open vraag
Hoe ontstaat spanning?
A
Door vragen van de lezer te beantwoorden.
B
Door vragen bij de lezer op te roepen.
Slide 11 - Quizvraag
Spanning of sensatie?
Spanning willen weten hoe het verhaal verder gaat.
Sensatie opwinding, spektakel
Slide 12 - Tekstslide
Identificatie
Startpunt van spanning = identificatie
Je vereenzelvigen met hoofdpersoon oftewel
je herkennen in de hoofdpersoon of anderen in het boek (of film) maakt je nieuwsgierig
je wil verder kijken/ lezen
Slide 13 - Tekstslide
Spanning
Emotionele spanning: je weet als lezer meer dan de hoofdpersoon.Het gevoel dat je personages wilt waarschuwen.
Intellectuele spanning:je weet als lezer net zo veel als, of zelfs minder dan, de hoofdpersoon. Je moet als lezer mee puzzelen.
Slide 14 - Tekstslide
Welk soort spanning?
"ik heb iets gezien waar ik al nachten slecht van slaap. Ik praat niet superveel, maar ik ben ook niet supergoed in geheimen. Die bonken in mijn hoofd, alsof ze eruit moeten, dringend. Eva was erbij, die eerste keer alvast, maar tegen haar heb ik niets gezegd. Het is gebeurd op woensdagmiddag. (uit: Vele hemels boven de zevende)
A
emotionele
B
intellectuele
C
sensationele
D
herkenbare
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Van welk soort spanning is sprake in het promotiebeeld van de film Jaws? Leg je antwoord uit.
Slide 17 - Open vraag
Slide 18 - Video
1. Van welk soort spanning is hier sprake? 2. Bevat dit fragment sensatie? Leg je antwoord uit.
Slide 19 - Open vraag
Wat heb je geleerd vandaag?
Ik weet wat spanning en identificatie is en welke soorten spanning er zijn.
Ik kan identificatie, emotionele en intellectuele spanning herkennen in een verhaal.
Ik kan uitleggen op welke manier een schrijver spanning creëert in een verhaal en welke technieken hij hiervoor gebruikt.