PSE - voorbereiding

PSE
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

PSE

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 

  • Praktische opdracht telt mee binnen praktijkcomponent SE-dossier samen met PSE in VWO6 / HAVO5
  • Beoordeling door cijfer
  • Cijfer telt niet mee voor de overgang van VWO5 naar VWO6 / HAVO4 naar HAVO5
  • NIET herkansbaar
 

Schoolexamen dossier

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 

  • Je kunt een (pre)wetenschappelijk verantwoorde onderzoeksvraag en hypothese op te stellen voor een onderzoek
  • Je kunt een werkplan opstellen met als doel de onderzoeksvraag en hypothese op een wetenschappelijk verantwoorde manier te onderzoeken
  • Je kunt je onderzoek valide en betrouwbaar opzetten en uitvoeren
  • Je kunt data systematisch verkrijgen en verantwoord verwerken
  • Je kunt een conclusie trekken op basis van verwerkt resultaat en een uitspraak doen over de onderzoeksvraag en hypothese
  • Je kunt reflecteren op je eigen handelen en beredeneren welke invloed dat heeft op je conclusies

Doelen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Bestaat uit 3 onderdelen van ieder 45 minuten die allen individueel worden uitgevoerd.
  • Eerste onderdeel is theoretisch
  • Tweede onderdeel is praktisch en wordt individueel uitgevoerd
  • Derde onderdeel bestaat uit het uitwerken van resultaten
  • Cijfer wordt bepaald door de uitvoering van het practicum en de antwoorden op de vragen in de verschillende onderdelen.
Opzet PSE

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Pen, potlood, gum geodriehoek en niet grafische rekenmachine
  • lang haar? -> vergeet geen elastiekje!! 
  • Eventueel flesje water voor persoonlijke hydratatie tijdens 1ste en 3de deel van PSE*





*in het lab mag niet gedronken worden
Meenemen naar PSE

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Natuurwetenschappelijk onderzoek

1. beschrijvend onderzoek: 
      - observeren
      - gegevens verzamelen (data)
      - waarnemingen/data weergeven in een schema/tekening

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Natuurwetenschappelijk onderzoek

2. hypothese-toetsend onderzoek: 
      - onderzoeksvraag
      - hypothese opstellen
      - methode om de veronderstelling te toetsen
      - controle groep (blanco) en experimenteer            groep
      - waarnemingen/data weergeven in een schema/tekening

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Natuurwetenschappelijk onderzoek

3. ontwerpend onderzoek: 
      - ontwerpen van modellen of instrumenten om de onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Natuurwetenschappelijk onderzoek

bestaat uit verschillende fasen (zie figuur)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Betrouwbaar en valide  onderzoek ?
Fig.1           Fig.2        Fig.3.      Fig.4 
Het doel van elke meting (kleine zwarte stip) is om op de grote zwarte stip in het midden uit te komen. In figuur 1 zitten de metingen dicht bij elkaar (betrouwbaar) maar het gemiddelde van de stippen ligt niet in de buurt van de grote middelste zwarte stip (niet valide)
Bij figuur 2 zijn de metingen overal (niet betrouwbaar) maar het gemiddelde van de metingen zal wel rond de middelste zwarte stip liggen (valide)
Bij figuur 3 zijn de metingen over de bovenste helft verspreid (niet betrouwbaar) en het gemiddelde van de stippen zal ook niet bij de middelste stip in de buurt komen (niet valide)
In figuur 4 liggen alle metingen bij elkaar (betrouwbaar) en het gemiddelde van de stippen zal ook in de buurt van de middelste stip liggen (valide)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer je een experiment uitvoert wordt er altijd een blanco/controle proef opgenomen?
Leg uit waarom een blanco proef nodig is.

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

In de afbeelding rechts staat een replica van de eerste microscoop. Door welke type onderzoek is deze microscoop tot stand gekomen?
In de afbeelding rechts staat een replica van de eerste microscoop. Door welke type onderzoek is deze microscoop tot stand gekomen?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Antoni van Leeuwenhoek ontdekte met zijn microscoop dat weefsels uit cellen bestaan. Ligt hieraan beschrijvend, hypothesetoetsend of ontwerpend onderzoek ten grondslag?
Antoni van Leeuwenhoek ontdekte met zijn microscoop dat weefsels uit cellen bestaan. Ligt hieraan beschrijvend, hypothesetoetsend of ontwerpend onderzoek ten grondslag?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies


Twee leerlingen voeren op school een onderzoek uit waarbij ze twee groepen vergelijken. Ze verzamelen gegevens van jongeren die ontbijten en van jongeren die niet ontbijten. Ze vermoeden dat jongeren die ontbijten slanker zijn dan jongeren die niet ontbijten. De conclusie is dat jongeren die ontbijten inderdaad slanker zijn. Is deze conclusie tot stand gekomen door beschrijvend, hypothesetoetsend of ontwerpend onderzoek? Leg uit waarom je dit antwoord gekozen hebt.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

onderzoek doen
onderzoek doen

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een goede onderzoeksvraag:
 
  • is specifiek en gericht
  • beschrijft een oorzaak/gevolg relatie
  • beschrijft het te onderzoeken verband
  • heeft een vraagteken

NIET: Hoe reageren pissebedden op vochtigheid?
WEL: Reageren pissebedden beter op een omgeving met een hoge of lage luchtvochtigheid?

zet er altijd in het "onderdeel" dat je onderzoekt en de 2 condities die je vergelijkt!!



Onderzoeksvraag 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een goede onderzoeksvraag:
 
  • is specifiek en gericht
  • beschrijft een oorzaak/gevolg relatie
  • beschrijft het te onderzoeken verband

NIET: Hoe reageren pissebedden op vochtigheid?
WEL: Reageren pissebedden beter op een omgeving met een hoge of lage luchtvochtigheid?

zet er altijd in het onderdeel dat je onderzoekt en de 2 condities die je vergelijkt!!



Onderzoeksvraag 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies


Een goede hypothese:
 
  • beschrijft de te onderzoeken variabel
  • beschrijft de doelgroep/onderzoekspopulatie
  • beschrijft de te verwachten uitkomst van het onderzoek
  • bevat een op theorie gestoelde verklaring

ALS … DAN … WANT

let op: het hoeft niet te kloppen, dit is juist wat er onderzocht gaat worden! 




Hypothese

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Een goede hypothese:
 
  • beschrijft de te onderzoeken variabel
  • beschrijft de doelgroep/onderzoekspopulatie
  • beschrijft de te verwachten uitkomst van het onderzoek
  • bevat een op theorie gestoelde verklaring

ALS … DAN … WANT




Hypothese

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld hypothese
Onderzoeksvraag:
Hebben leerlingen die alle lessen bijwonen hogere cijfers dan leerlingen die niet alle lessen bijwonen?


Mogelijke hypotheses (verwachting):
  • Leerlingen die alle lessen bijwonen, hebben hogere cijfers dan leerlingen die niet alle lessen bijwonen, want.....
  • Leerlingen die alle lessen bijwonen, hebben lagere cijfers dan leerlingen die niet alle lessen bijwonen, want.....

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1 Variabele bedenken 
   -> welke factor ga je in je experiment manipuleren?

2 Groepen samenstellen
   -> Minstens twee groepen (dus meer mag)
   -> Per groep nooooooooooooit 1 exemplaar
   ->Grote groepen om de kans van toeval zo veel mogelijk uit te sluiten.

3 Overige omstandigheden hetzelfde/gelijk houden

4 Metingen bepalen: wat ga je meten, hoe en hoe vaak?
   -> lengtegroei meten, liniaal, 1x per dag, om 12:00, 30 dagen lang


werkplan

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1 Variabele bedenken 
   -> welke factor ga je in je experiment manipuleren?

2 Groepen samenstellen
   -> Minstens twee groepen (dus meer mag)
   -> Per groep nooooooooooooit 1 exemplaar
   ->Grote groepen om de kans van toeval zo veel mogelijk uit te sluiten.

3 Overige omstandigheden hetzelfde/gelijk houden

4 Metingen bepalen: wat ga je meten, hoe en hoe vaak?
   -> lengtegroei meten, liniaal, 1x per dag, om 12:00, 30 dagen lang


werkplan
check:
Is deze proef valide?
Is deze proef betrouwbaar? 



Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

check:
Is deze proef valide?
Is deze proef betrouwbaar? 

Een goede proef is zowel valide (validiteit) en betrouwbaar!!

Betrouwbaarheid:
Wanneer de proef vaak herhaald wordt, dan zijn de resultaten nagenoeg hetzelfde zijn.

Validiteit
Meet je wat je daadwerkelijk wil meten? Heb je wel de juiste meting gekozen voor het effect wat je wil meten

werkplan

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

meer uitleg nodig? 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

paar voorbeelden

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk effect heeft het eten van appels op het aantal toiletbezoeken per dag?
bijbehorende hypothese:
A
De meeste appels zijn rood en groen
B
Door het eten van fruit ga je minder vaak naar het toilet
C
Fruit heeft geen effect op het aantal toiletbezoeken
D
Door het eten van appels ga je vaker naar het toilet

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de invloed van het drinken van cola op de kleur van tanden?
A
Door het drinken van cola worden tanden geler van kleur
B
De kleur van cola is donkerder dan water
C
Tanden verkleuren door het drinken
D
Het drinken van cola heeft geen invloed

Slide 28 - Quizvraag

C niet specifiek genoeg over cola
D niet specifiek genoeg over de kleur
Welke invloed heeft zoute drop op de snelheid van het uitrekenen van wiskunde sommen?
A
Door zoute drop kan je je beter concentreren tijdens het uitrekenen van sommen
B
Door zoute drop gaat het uitrekenen van wiskunde sommen sneller
C
Door zoute drop kan je goed wiskunde sommen uitrekenen
D
Drop zorgt dat je sneller wiskunde sommen kan uitrekenen

Slide 29 - Quizvraag

C niet specifiek genoeg over snelheid
D niet specifiek genoeg over zoute drop
Is het wel of geen onderzoeksvraag?

1. Waardoor gaat een luchtballon omhoog?
2. Hoe lang heb je over het practicum gedaan?
A
1 & 2 wel onderzoeksvraag
B
1 & 2 geen onderzoeksvraag
C
1. wel onderzoeksvraag 2. geen onderzoeksvraag
D
1. geen onderzoeksvraag 2. wel onderzoeksvraag

Slide 30 - Quizvraag

wel erg breed maar wel een te onderzoeken vraag