Welkom op de zeebodem herhaling

Welkom op de zeebodem herhaling
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeSpeciaal OnderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom op de zeebodem herhaling

Slide 1 - Tekstslide

Sleep het landschap naar de juiste afbeelding
Cultuur landschap
Cultuur landschap
Natuur landschap
Natuur landschap

Slide 2 - Sleepvraag

Wat is het verschil tussen een cultuur landschap en een natuurlandschap?

Slide 3 - Open vraag

Dijken zijn door ...
A
mensen gemaakt
B
de natuur gemaakt

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een dijk?
A
Door mensen gemaakte wal langs de weg of de zee om het land tegen overstromingen te beschermen.
B
Door de wind opgeblazen zandheuvels.
C
Plaats waar de rivier in zee uitkomt.
D
Als water uit de zee verdampt, op het land als neerslag terecht komt en uiteindelijk terug in zee stroomt.

Slide 5 - Quizvraag

NAP is...

Slide 6 - Open vraag

Waarom werd o.a. de Beemster ingepolderd?
A
om meer grachten met huizen te bouwen
B
om meer voedsel te verbouwen
C
om goedkopere huizen te bouwen
D
om minder overstromingen te hebben

Slide 7 - Quizvraag

Veen is een organische grondsoort. Wat betekent dat?
A
De grond is op de oevers afgezet.
B
De grond is gevormd door verwering.
C
De grond is gevormd door afgestorven plantenresten

Slide 8 - Quizvraag




Wieringermeer

Flevoland



Haarlemmermeer

Slide 9 - Sleepvraag

Hoe ziet het landschap van de Beemster uit?
A
Rechte akkers
B
Heuvelachtig
C
Wilde natuur zonder begrenzing

Slide 10 - Quizvraag

Waaruit bestaat de grondsoort veen?
A
Steenkool natuurlijk!
B
Een mengsel van klei en zand
C
Planktonresten
D
Plantenresten

Slide 11 - Quizvraag

Wanneer begon de drooglegging van de Haarlemmermeer?
A
In de 18e eeuw
B
In de 17e eeuw
C
In de 19e eeuw
D
In de 20e eeuw

Slide 12 - Quizvraag

De watersnoodramp was in
A
1953
B
1954
C
1952
D
1955

Slide 13 - Quizvraag

Wat is dus een terp?
A
Heuvel die door landijs ontstaan is.
B
Door mensen gemaakte verhoging als bescherming tegen het zeewater.
C
Een opeenhoping van stenen die door een aardverschuiving naar beneden is gevallen.
D
Een middelgebergte of heuvelland met weinig reliëf.

Slide 14 - Quizvraag

Het stroomgebied is
A
De hoofdrivier en alle zijrivieren
B
hetzelfde als het stroomstelsel
C
Het hele gebied dat afwatert op een rivier en de zijrivieren

Slide 15 - Quizvraag

Watersnoodramp in 1953 

Slide 16 - Tekstslide