Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Week 42 Grammatica
Pak je leesboek en ga lezen en pak alvast je andere spullen.
1 / 15
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
In deze les zitten
15 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Pak je leesboek en ga lezen en pak alvast je andere spullen.
Slide 1 - Tekstslide
Wat zijn / doen betrekkelijke voornaamwoorden?
A
verwijzen naar een eerder genoemd woord in de zin
B
woorden waar je de, het of een voor kan zetten
C
alle werkwoorden in een zin
D
ze geven informatie over het zelfstandig naamwoord
Slide 2 - Quizvraag
De belangrijkste betrekkelijke voornaamwoorden zijn...
A
die, dat, zus, zo
B
zijn, haar, ons
C
die, dat, wie , wat
D
hij, zij, wij
Slide 3 - Quizvraag
Wat is een zin met een betrekkelijk voornaamwoord?
A
Die jongen daar is mijn neefje
B
De jongen, die daar loopt, is mijn neefje
C
Hoe heet die jongen?
D
Dat jongetje is mijn neefje
Slide 4 - Quizvraag
Stijl - Betrekkelijk voornaamwoord
Kies het juiste betrekkelijk voornaamwoord.
Het aantal leerlingen .... een baantje heeft, is niet te tellen.
A
die
B
wie
C
dat
D
wat
Slide 5 - Quizvraag
Kijk naar de volgende zin. Welke woorden horen bij de onderstaande woordsoorten?Je moet sommige woordsoorten vaker gebruiken en niet alle woordsoorten
hoef je te gebruiken.
Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
lidwoord
werkwoord
Voorzetsel
Op
maandag
zit
Naomi
aan
de
kassa.
Slide 6 - Sleepvraag
Kies uit: koppelwerkwoord, zelfstandig werkwoord, hulpwerkwoord
Wil je ophouden?
werkwoord WIL =
A
Koppelwerkwoord
B
hulpwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
D
x
Slide 7 - Quizvraag
Kies uit: koppelwerkwoord, zelfstandig werkwoord, hulpwerkwoord
Ik word gek van dat lawaai.
werkwoord WORD =
A
koppelwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
C
hulpwerkwoord
D
x
Slide 8 - Quizvraag
Kies uit: koppelwerkwoord, zelfstandig werkwoord, hulpwerkwoord
Zullen we dansen?
Werkwoord DANSEN =
A
koppelwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
C
hulpwerkwoord
D
x
Slide 9 - Quizvraag
Wat voor soort werkwoorden zijn 'zijn' en 'gegaan'?
De doorzetters zijn aan de slag gegaan.
A
Koppelwerkwoord & zelfstandig werkwoord
B
Hulpwerkwoord & zelfstandig werkwoord
C
Koppelwerkwoord & hulpwerkwoord
D
Allebei zelfstandig werkwoord
Slide 10 - Quizvraag
Werkwoordelijk gezegde
Naamwoordelijk gezegde
1
2
3
4
5
6
Slide 11 - Sleepvraag
Zinsontleding
pv/wg
o
lv
MW
Op mijn verjaardag
heb
ik
een nieuwe smartphone
gekregen.
Slide 12 - Sleepvraag
Zinsontleding
pv/wg
o
lv
MW
Mijn oude smartphone
heb
ik
aan mijn broertje
gegeven.
Slide 13 - Sleepvraag
Zinsontleding
pv/wg
o
lv
MW
BWB
Op woensdagmiddag
pas
ik
altijd
op
mijn buurmeisje.
Slide 14 - Sleepvraag
Ga aan de slag!
Zinsontleding:
Opdracht 3
Woordsoorten:
Probeer opdracht 1/3/5/7
Slide 15 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Do 23 februari zinsontleding blok 4
Januari 2021
- Les met
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Zinsdelen en woordsoorten 4 nov.21
November 2021
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
nederlands
Oktober 2023
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Zinsdelen oefenen 11 november 2021
November 2021
- Les met
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
H4 woordsoorten (hw, zw en kw)
Februari 2021
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Taalverzorging perron 2 mavo 4
Juli 2022
- Les met
30 slides
Herhalen Grammatica 1 en 2 Brugklas
Juni 2024
- Les met
39 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
grammatica 1hv
Maart 2024
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1