Herhaling lesbrief Europa voor S5

Herhaling lesbrief Europa
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Herhaling lesbrief Europa

Slide 1 - Tekstslide

Aan de ontvangstenkant van de Nederlandse betalingsbalans worden euro's ...
A
gevraagd
B
aangeboden
C
gebeurt er niets

Slide 2 - Quizvraag

In een periode van ... is er sprake van een hoog consumenten- en producentenvertrouwen.
A
laagconjunctuur
B
hoogconjunctuur

Slide 3 - Quizvraag

De koers van de dollar in euro's:
$ 1 = € 0,90

Bereken de koers van de euro's in dollars.
A
€ 0,90
B
€ 1,00
C
€ 1,01
D
€ 1,11

Slide 4 - Quizvraag

Als de wisselkoers van de euro stijgt ....
A
verbetert onze concurrentiepositie
B
verslechtert onze concurrentiepositie
C
blijft onze concurrentiepositie gelijk

Slide 5 - Quizvraag

In een gevangenendilemma ontstaat een uitkomst die uiteindelijk ....
A
voor één iemand het gunstigst is
B
voor beide personen het gunstigst is
C
voor beide personen niet het gunstigst is

Slide 6 - Quizvraag

In welke cellencombinatie is er sprake van een evenwicht?
A
40 ; 40
B
70 ; 15
C
15 ; 70
D
60 ; 60

Slide 7 - Quizvraag

De koers van de euro in dollars was:
in 2015: € 1 = $ 1,05 en in 2018: € 1 = $ 1,20

Bereken met hoeveel procent de koers van de dollar in euro's is veranderd in 2018 ten opzichte van 2015.
A
met 12,50% gedaald
B
met 12,50% gestegen
C
met 14,29% gedaald
D
met 14,29% gestegen

Slide 8 - Quizvraag

Als de internationale concurrentiepositie van de eurozone verslechtert, neemt de vraag van het buitenland naar exportproducten uit de eurozone ..(1)..., daalt ...(2)... euro's en ...(3)... de koers van de euro.
A
(1) af, (2) de vraag naar, (3) daalt
B
(1) toe, (2) het aanbod van, (3) daalt
C
(1) toe, (2) de vraag naar, (3) stijgt
D
(1) af, (2) het aanbod van, (3) stijgt

Slide 9 - Quizvraag

Wanneer de ECB de rente zal verhogen, zal de inflatie ...
A
afnemen
B
toenemen
C
onveranderd blijven
D
willekeurig veranderen

Slide 10 - Quizvraag

Door een lagere rentestand in Nederland ...
A
nemen de bestedingen in Nederland af, waardoor de import stijgt.
B
nemen de bestedingen in Nederland toe, waardoor de import stijgt.
C
nemen de bestedingen in Nederland af, waardoor de export stijgt.
D
nemen de bestedingen in Nederland toe, waardoor de export stijgt.

Slide 11 - Quizvraag

Wanneer de inflatie in de Eurolanden groter is dan in de VS, heeft dit waarschijnlijk tot gevolg dat ...
1. de concurrentiepositie van de VS verbetert.
2. de koers van de euro tegenover de dollar deprecieert.

A
Beide zijn goed
B
1 is goed en 2 is fout
C
1 is fout en 2 is goed
D
Beide zijn fout

Slide 12 - Quizvraag

Wat zijn twee kenmerken van hoogconjunctuur?
A
Krappe arbeidsmarkt en weinig vraag naar leningen
B
Ruime arbeidsmarkt en lage werkloosheid
C
Krappe arbeidsmarkt en lage werkloosheid
D
Ruime arbeidsmarkt en hoge economische groei

Slide 13 - Quizvraag

Wat past bij laagconjunctuur?
A
Weinig vraag naar leningen en en stijgende rente
B
Veel vraag naar leningen en een stijgende rente
C
Weinig vraag naar leningen en een dalende rente
D
Veel vraag naar leningen en een dalende rente

Slide 14 - Quizvraag

Door de plotselinge neergang van de economie wil de overheid bezuinigen, omdat het land zijn rente en aflossing anders niet meer kan betalen. Dit is een voorbeeld van ...
A
automatische conjunctuurstabilisatie
B
procyclisch beleid
C
anticyclisch beleid
D
averechtse selectie

Slide 15 - Quizvraag

Lopende rekening
Kapitaal-rekening
toerisme
Beleggingen
goederen import
IMF nood-lening
Rente betaling aan IMF

Slide 16 - Sleepvraag

Lopende rekening
deelrekening goederen/dienstenrekening
Lopende rekening
Deelrekening Primaire inkomens
Lopende rekening
Deelrekening Inkomensoverdracht
Kapitaalrekening
voedselhulp aan Pakistan, bestemd voor de vluchtelingenkampen aan de grens met Afghanistan
rentebetalingen vanuit Argentinië aan Rabobank Nederland
lening aan Afghanistan

Slide 17 - Sleepvraag

Stel: de vraag naar euro's is $ 13 miljard, het aanbod $ 10 miljard. Er is dus sprake van een vraagoverschot. Als gevolg van dit overschot ...
A
stijgt de wisselkoers en worden producten goedkoper
B
daalt de wisselkoers en worden producten goedkoper.
C
stijgt de wisselkoers en worden producten duurder
D
daalt de wisselkoers en worden producten duurder

Slide 18 - Quizvraag

Wat past bij laagconjunctuur?
A
Weinig vraag naar leningen en en stijgende rente
B
Veel vraag naar leningen en een stijgende rente
C
Weinig vraag naar leningen en een dalende rente
D
Veel vraag naar leningen en een dalende rente

Slide 19 - Quizvraag

Rentebetalingen op schulden in het buitenland worden geboekt op de ... van de betalingsbalans
A
Goederenrekening
B
Primaire inkomensrekening
C
Kapitaalrekening
D
Inkomensoverdrachten rekening

Slide 20 - Quizvraag

Een stijging van de export vanuit de Europese Unie naar de VS betekent dat op de valutamarkt ...
A
meer dollars worden aangeboden
B
minder dollars worden aangeboden.
C
meer dollars worden gevraagd.
D
minder dollars worden gevraagd.

Slide 21 - Quizvraag

Zet de volgende vier verschijnselen in de juiste volgorde.
1. De concurrentiepositie van Japan t.o.v. de VS verbetert.
2. De vraag naar de Japanse Yen stijgt.
3. De export van Japan neemt toe.
4. De koers van de Yen in dollars stijgt.
A
1-2-3-4
B
1-2-4-3
C
1-3-2-4
D
1-3-4-2

Slide 22 - Quizvraag

Wanneer de Amerikaanse dollar in koers stijgt tegenover de euro, kan dat in Nederland leiden tot ...
A
minder werkgelegenheid en lagere inflatie
B
minder werkgelegenheid en hogere inflatie
C
meer werkgelegenheid en lagere inflatie
D
meer werkgelegenheid en hogere inflatie

Slide 23 - Quizvraag