P4-les4-Staatsvorming

Wat weten we nog van de vorige keer?
- Wat is het verschil tussen ordenen en sytematiseren?
- Wat is het verschil tussen voorspelbaar en beheersbaar?
- Wat is het verschil tussen efficient en effectief?

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat weten we nog van de vorige keer?
- Wat is het verschil tussen ordenen en sytematiseren?
- Wat is het verschil tussen voorspelbaar en beheersbaar?
- Wat is het verschil tussen efficient en effectief?

Slide 1 - Tekstslide

KERNCONCEPT Rationalisering (2)

Het proces van het (1) en systematiseren van de werkelijkheid met de bedoeling haar (2) en beheersbaar te maken en van het (3) inzetten van middelen om zo efficiënt en (4) mogelijke resultaten te bereiken.

Slide 2 - Open vraag

Wat willen we vandaag bereiken?
- Je maakt kennis met het kernconcept staatsvorming.
- Je weet wanneer je mag spreken van een staat.
- Je begrijpt de begrippen ´interne soevereiniteit´ en ´externe soevereiniteit´.  
- Je weet welke opdracht je de komende week moet maken voor bonuspunten.

Slide 3 - Tekstslide

KERNCONCEPT Staatsvorming (1)
De                                      van politieke 
tot een                                             .
              macht
institutionalisering
               staat

Slide 4 - Sleepvraag

Staatsvorming
De institutionalisering van politieke macht tot een staat.

In de loop de eeuwen ontstond er steeds meer behoefte 
vanuit steden in bepaalde gebieden om een groter eigen 
gebied (staat) af te bakenen. 

Een eigen staat kan economische en militaire bescherming bieden. Bijvoorbeeld eigen wetten, eigen munt, belastingstelsel, eigen leger, politieke macht t.o.v. de adel, en de staat die recht spreekt bij conflicten.

Slide 5 - Tekstslide

2

Slide 6 - Video

01:11
Noem nog 3 gebieden in de wereld, die geen staat zijn, maar het wel zouden willen worden.

Slide 7 - Open vraag

02:18
1) Hoeveel procent van de stemgerechtigde Catalanen is gaan stemmen?
2) Hoeveel procent van de stemmers heeft voor onafhankelijkheid gestemd?
A
1) 80% 2) 90%
B
1) 40% 2) 90%
C
1) 80% 2) 60%
D
1) 40% 2) 60%

Slide 8 - Quizvraag

Kan ik ook een staat beginnen?
Wanneer is er sprake van een staat (interne soevereiniteit)?
1. een staat regeert over een groep mensen;
2. binnen een vastgesteld grondgebied;
3. heeft het geweldsmonopolie en belastingmonopolie.
Externe soevereiniteit (naar buiten toe) betekent dat het staatsgezag niet ondergeschikt is aan het gezag
van andere staten. 

Slide 9 - Tekstslide

Is er in Nederland sprake van externe soevereiniteit?
(Het staatsgezag is niet ondergeschikt aan andere staten).

Slide 10 - Open vraag

KERNCONCEPT Staatsvorming (2)

De (1) van politieke (2) tot een (3).

Slide 11 - Open vraag

Opdracht 4 (+0,1) 
Kies zelf een gebied dat nog geen staat is, maar het misschien wel zou willen worden. Schrijf hier een betoogje over, waarin je stelt of het gebied volgens jou wel of niet een staat moet worden. Zorg voor een pakkende inleiding, minimaal 2 goede argumenten die jouw stelling ondersteunen en een klinkend slot. Gebruik hierbij de theorie van deze les (150-200 woorden).

Slide 12 - Tekstslide