V3 werkwoordspelling

vwo 3
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

vwo 3

Slide 1 - Tekstslide

programma les
* aan de slag met werkwoordspelling

Slide 2 - Tekstslide

Les 1 en 2
  • Uitleg werkwoordspelling (Nieuw Nederlands, H1): video
  • Test werkwoordspelling
  • Opdrachten maken (afhankelijk van uitslag test)
  • Tijd over? Pak je leesboek

                                                                                                                              

Slide 3 - Tekstslide

Werkwoordspelling
werkwoordspelling
Nieuw Nederlands, hoofdstuk 1

Slide 4 - Tekstslide

Werkwoordspelling

Waarom werkwoordspelling?

Dit filmpje mag je zelf bekijken tijdens de les. 

Op deze manier kun je onderdelen overslaan die jij al goed denkt te beheersen.



Slide 5 - Tekstslide

0

Slide 6 - Video

test werkwoordspelling
Je maakt straks een test werkwoordspelling online om je beginniveau te bepalen.

Slide 7 - Tekstslide

test werkwoordspelling
Het systeem is nog niet zo slim dat het tikfoutjes e.d. herstelt. Let daarom goed op de volgende zaken bij je invoer:
- noteer alles in kleine letters
- per antwoord moet je twee zaken invoeren: de naam van het werkwoord en de spelling van het werkwoord
- twee items in de vraag? scheid je antwoorden met een komma 



Slide 8 - Tekstslide

test werkwoordspelling
Noteer je antwoorden op de volgende manier (let op spaties):
1. soort werkwoord: kies uit pv tt, pv vt, vd, inf, bn, od, gw
2. juiste spelling van het werkwoord

Bijvoorbeeld:
opdracht: (zingen) (fietsen) hij naar school.
antwoord: od zingend, pv tt fietst




Slide 9 - Tekstslide

Test werkwoordspelling
- link: https://b.socrative.com/login/student/
- room name: NTR
- werk met je voornaam

Noteer je antwoorden op de volgende manier (let op spaties):
1. soort werkwoord: kies uit pv tt, pv vt, vd, inf, bn, od (=onvoltooid deelwoord), gw
(=gebiedende wijs)
2. juiste spelling van het werkwoord
             Bijvoorbeeld: 
             opdracht: (zingen) (fietsen) hij naar school.
             antwoord: od zingend, pv tt fietst

Slide 10 - Tekstslide

opdrachten Nieuw Nederlands (blz. 34 t/m 37)
groep 1: minder dan vijftig procent goed (extra instructie)

groep 2: vijftig tot tachtig procent goed 

groep 3: meer dan tachtig procent goed 


Kom vooraan zitten!
opdracht 2 t/m 8

opdracht 3, 5, 6, 7, 8

opdracht 5 (oneven nummers), 6 (even nummers), 7 en 8

Slide 11 - Tekstslide

klaar met de opdracht(en)?
Antwoordenbladen beschikbaar bij docent.

Slide 12 - Tekstslide

Les 3
Pak pen en papier.
Bekijk zelfstandig het filmpje 'Pittige brief van je baas' en schrijf mee! Zorg voor witregels tussen je zinnen/regels.
Brief geschreven? Wissel uit met je buurman/buurvrouw.
Markeer/onderstreep de fouten en zet de verbetering eronder.
Waar komen jullie niet uit? Markeer ze rood of zet er een uitroepteken achter. Deze bespreken we klassikaal.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video