Vergrotingsfactor

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 2

Vergrotingsfactor

2 mavo

Leerdoel

Aan het eind van deze les:

-weten we hoe we een vergrotingsfactor kunnen uitrekenen
-kunnen we afmetingen van het beeld (of het origineel) m.b.v. de vergrotingsfactor berekeken
-hebben we zelf geoefend
-hebben we inhoud uitrekenen en de vergrotingsfactor nog eens herhaald

Theorie

• De linker afbeelding van de Mona Lisa is het origineel,
   de rechter is de vergroting
• Als de afmetingen van de linker afbeelding 2 bij 3 cm zijn en die van de vergroting 4 bij 6 dan zeggen we de vergroting is twee keer zo groot
• We zeggen: de vergrotingsfactor is 2
  

Theorie

• We kunnen de vergrotingsfactor uitrekenen met de formule:
  
• Vergrotingsfactor = lengte beeld
                                                    lengte origineel

• Let op! We spreken alleen van een vergroting als alle maten dezelfde vergrotingsfactor hebben
• De figuren zijn dan gelijkvormig
  

Oefening

Laat zien dat       ABC gelijkvorming is aan      ADE
Bereken de vergrotingsfactor. Neem        ADE als origineel

Δ

Δ

Δ

3,6

1,4

Oefening

Laat zien dat       ABC gelijkvorming is aan      ADE
Bereken de vergrotingsfactor. Neem        ADE als origineel

• <A = <A
  <B = <D
  <C = <E
• Vergrotingsfactor = (3,6 + 1,4) : 3,6 = 1,3888...
• 1,4
  Vergrotingsfactor is (meestal) op 1 decimaal
  

Δ

Δ

Δ

3,6

1,4

Oefening

Bereken de vergrotingsfactor van het huisje links en het huisje rechts

Oefening

Bereken de vergrotingsfactor van het huisje links en het huisje rechts

• Vergrotingsfactor= 4 : 2 = 2

• Vergrotingsfactor = 1 : 2 = 0,5
• Wat valt je op?
  

Oefening

Bereken de vergrotingsfactor van de T-rex

Oefening

Bereken de vergrotingsfactor van de T-rex

• Vergrotingsfactor = 2,8 : 1,9 = 1,5
  

Oefening

Stel dat de T-rex bij het originele plaatje 3 cm hoog is. Hoe hoog is dan de T-rex op de grote afbeelding?

Oefening

Stel dat de T-rex bij het originele plaatje 3 cm hoog is. Hoe hoog is dan de T-rex op de grote afbeelding?

• Grote T-rex= 3 x 1,5 = 4,5 cm
  

Oefening

Van welke vissen kunnen we de vergrotingsfactor uitrekenen?

Aan de slag

• Maak de twee opdrachten die je los van mij krijgt
  
• Daarna begin je met som 22 (t/m 36)
  

Even wat herhalen en oefenen

Hoeveel m is 8 cm?

1. 800
2. 80
3. 0.8
4. 0.08

Hoeveel km is 54 dm?

1. 0.54
2. 0.054
3. 0.0054
4. 0.00054

Hoeveel mm is 301 hm?

1. 30100000
2. 3010000
3. 301000
4. 30100

Hoeveel cm is 0,33 dam?

1. 0.033
2. 0.0033
3. 33
4. 330

6m2 + 40dm2=.............dm2

75cl=....liter

1. 750
2. 0,75
3. 7,5
4. 0,075

1/3 x oppervlakte grondvlak x hoogte

1/2 x lengte x bijbehorende hoogte

Oppervlakte grondvlak x hoogte

Wat hoort bij elkaar?

Om de inhoud te berekenen gebruiken we;

1. Hoogte x lengte
2. Hoogte x breedte
3. Lengte x Breedte
4. Lengte x breedte x hoogte

Welke twee gegevens heb je nodig om de inhoud van een cilinder te berekenen?

1. omtrek en lengte
2. pi en straal
3. oppervlakte grondvlak en hoogte
4. oppervlakte grondvlak en omtrek

Welke formule hoort er bij de vergrotingsfactor?

1. Lengte origineel : lengte beeld
2. Lengte beeld : lengte origineel

De lengte van het origineel is 10m en van de vergroting is 30m
Wat is de vergrotingsfactor?

1. 0.3
2. 0.33
3. 3
4. 33

De school mag op het schoolplein een standbeeld maken van de koning. De koning is in het echt 1,75m groot. Het standbeeld heeft een vergrotingsfactor van 1,4. Hoe groot wordt het standbeeld?

1. 2,2m
2. 2,23m
3. 2,4m
4. 2,45

Huiswerk voor de volgende les:

som 22 t/m 36

Wat heb je vandaag geleerd?

Wat vind je nog moeilijk?