nabespreking toets M3D

M3D
Terugblik en we gaan door
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

M3D
Terugblik en we gaan door

Slide 1 - Tekstslide

Wat doen we deze les?
  • Terugblik formatieve toets
  • LessonUps zelfstandig

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik
Formatieve toets

Slide 3 - Tekstslide

Erik krijgt € 50 zakgeld per maand en daarnaast een krantenwijk die hem ook € 50 per maand oplevert. Zijn klasgenoot Dirk krijgt geen zakgeld. Hij heeft wel loon van een baantje bij een supermarkt. Hij verdient daar € 200 per maand.

Leg uit waarom je op basis van alleen de bovenstaande gegevens niet kunt zeggen dat Dirk meer welvaart heeft dan Erik.

Slide 4 - Open vraag

Marian en Pieter hebben de laatste maanden geld gespaard voor een nieuwe auto. Met hun vakantiegeld erbij kopen ze een Volkswagen Golf. Het vakantiegeld hadden Marian en Pieter ook kunnen besteden aan een luxe vakantie naar Italië, waar ze graag heen wilden.

Geef een argument voor Marian en Pieter om het vakantiegeld te besteden aan de auto. Gebruik in je antwoord de begrippen behoefte en prioriteit.

Slide 5 - Open vraag

Tijdens het gebruik van een buienradar-app op de mobiele telefoon komt een bepaald merk chocolademelk in beeld, plus een beschrijving van het product.
Van welke soort reclame is hier géén sprake?

A
commerciële reclame
B
ideële reclame
C
informatieve reclame
D
merkreclame

Slide 6 - Quizvraag

Bekijk de maandbegroting van Lianne hiernaast.
Bereken hoe groot het tekort van Lianne is in procenten van haar maandinkomsten.

Slide 7 - Open vraag

In welk rijtje staan alleen vaste lasten?
A
abonnementen – boodschappen – huur
B
contributie voetbal – gas en elektra – huur
C
hypotheek – cadeautjes – nieuwe wasmachine
D
hypotheek - huur - benzine

Slide 8 - Quizvraag


Lees het krantenbericht hiernaast klik erop om te vergroten)
Welke uitspraak is juist?
A
De koopkracht stijgt met 1,7%.
B
De koopkracht stijgt met meer dan 1,7%.
C
De koopkracht stijgt met minder dan 1,7%.
D
De koopkracht stijgt helemaal niet.

Slide 9 - Quizvraag

Wat moet je doen?
  • LessonUp Consumer Power
  • LessonUp Keurmerken
  • LessonUp Consumentenrecht
  • LessonUp Rekenmodule 2.1

Slide 10 - Tekstslide