In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Eco klas 3
Startopdracht:
Pak je boek , je schrift, pen en rekenmachine
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Doelen van deze les
Uitleg paragraaf 1.1
10 minuten in stilte aan het werk
nakijken
Afronding van deze les
Slide 2 - Tekstslide
Doelen van deze les
Je weet wat primaire en secundaire behoeften zijn.
Je weet dat behoeften per persoon verschillen en hoe dit komt. Je weet hoe je behoeften kunt vervullen en dat je hiervoor prioriteiten moet stellen.
Je weet wat we bij economie bedoelen met vrije goederen, schaars en welvaart.
Je weet wat zelfvoorziening is en welke invloed dit heeft op de welvaart van een persoon.
Slide 3 - Tekstslide
Behoeften
wensen die je hebt en wilt vervullen
Slide 4 - Tekstslide
Primaire behoeften ook wel basisbehoeften
Secundaire behoeften ook wel luxe behoeften
Slide 5 - Tekstslide
Behoeften: wensen die je hebt en wilt vervullen
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
Behoeften verschillen...
Hoeveel geld heb je (wat is je budget)?
Wat doen je vrienden of klasgenoten?
Beïnvloeding door anderen in je omgeving.
Reclames die je ziet of hoort.
Leeftijd.
Geslacht.
Slide 8 - Tekstslide
Wat doe je als eerste?
Je hebt misschien wel oneindig veel wensen,
maar je kunt niet alles in één keer doen.
Je moet keuzes maken: prioriteiten stellen
Slide 9 - Tekstslide
Waarom moet je prioriteiten stellen?
Als je behoeften wil vervullen dan heb je een middel nodig. In de meeste gevallen is dit tijd of geld. Deze middelen zijn er niet vanzelf: je moet jezelf ervoor inspannen. Dit noem je schaars. Hoe meer behoeften je kunt vervullen hoe hoger je welvaart is.
Voorbeeld prioriteiten stellen
Als je een nieuwe telefoon wil van 650 euro dan heb je het middel geld nodig. Dit bereik je door te gaan werken, maar dan moet je tijd inleveren. Hoeveel tijd wil je inleveren om dat geld te bemachtigen?
Slide 10 - Tekstslide
Wanneer is iets schaars?
Het is beperkt beschikbaar
Het is alternatief aanwendbaar
Slide 11 - Tekstslide
Zelfvoorziening?
Je doet iets zelf, bijvoorbeeld een band plakken, een taart bakken of het aanleggen van een groentetuin.
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Video
Zelfvoorziening
Je gaat gewassen verbouwen die je gebruikt voor eigen consumptie. Als je wat over hebt dan kun je dit verkopen, zodat je zaken kunt kopen die je niet kunt realiseren met zelfvoorziening. Natuurlijk kun je ook gaan ruilen voor andere goederen of diensten. Als je aan
zelfvoorziening doet neemt je welvaart toe.
Slide 14 - Tekstslide
Aan het werk
De komende 10 minuten gaat iedereen aan het werk met deze opdrachten. Je kunt nu geen vragen stellen of overleggen.
Begin met het maken van opdracht 12, deze bespreken we zo klassikaal.
Maken: par. 1.1 opdrachten: de rest
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
slot
Je kunt aan de slag met de volgende keuzes:
Huiswerk maken: par 1.1 opdrachten:
timer
10:00
Slide 17 - Tekstslide
Afronding van deze les
Je weet wat primaire en secundaire behoeften zijn.
Je weet dat behoeften per persoon verschillen en hoe dit komt. Je weet hoe je behoeften kunt vervullen en dat je hiervoor prioriteiten moet stellen.
Je weet wat we bij economie bedoelen met vrije goederen, schaars en welvaart.
Je weet wat zelfvoorziening is en welke invloed dit heeft op de welvaart van een persoon.
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.