B&L leereenheid 9 oefentoets

Oefentoets leereenheid 9
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
B&LMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Oefentoets leereenheid 9

Slide 1 - Tekstslide

Wat heeft te maken met de ontwikkeling van het menselijk lichaam:
A
Rijping
B
Leren

Slide 2 - Quizvraag

Rijping VS leren
Rijping
Leren
Baard in de keel 
De pushtechniek bij hockey
Haargroei
Lezen
Menstruatie
Rekenen

Slide 3 - Sleepvraag

Leg uit dat rijping en leren met elkaar te maken heeft:

Slide 4 - Open vraag

Beschrijf een situatie waar incidenteel geleerd wordt:

Slide 5 - Open vraag

Welk van de volgende antwoordopties is niet sociaal-affectief leren bij een tikspel
A
Toegeven dat je af bent
B
Weten dat je na 5 keer tikken, een nieuwe tikker moet kiezen
C
Samenwerking tussen 2 tikkers
D
Nieuwe tikker kiezen

Slide 6 - Quizvraag

Wat is waar over sociaal-affectieve doelstellingen:
A
Zijn makkelijk te behalen
B
Hebben betrekking op de korte termijn
C
Resultaat is makkelijk te meten
D
Vele factoren bepalen het resultaat

Slide 7 - Quizvraag

Input
Persoon
Output
Feedback
Volgende poging

Slide 8 - Sleepvraag

Ziet voobeeld
Verwerkt
informatie
Voert het zelf uit
Krijg op of aanmerkingen
Gaat opnieuw proberen

Slide 9 - Sleepvraag

Welke 3 soorten instructie zijn er naast visuele instructie:

Slide 10 - Open vraag

Mentale instructie
Visuele instructie
Auditieve instructie
Tactiele of manuele instructie
Voorbeeld
Zetje geven
Zelf instructie
Foto
Uitleg
Inzet van beweging laten voelen
Doe alsof opdrachten

Slide 11 - Sleepvraag

Waar staat MHV voor bij de persoon in het motorisch leerproces:

Slide 12 - Open vraag

Waaronder valt het stukje concentratie?
A
Motivatie
B
Houding
C
Verwachting
D
Aanpakgedrag

Slide 13 - Quizvraag

Wat betekent mental rehearsel?
..... in ..... (3 woorden)

Slide 14 - Open vraag

Wat is geen voorbeeld van positieve beïnvloeding van het MHV-patroon
A
Veel variatie aanbrengen
B
Oefen in niet wedstrijd echte situaties
C
Positieve houding van de lesgever
D
Beeldmateriaal laten zien van (top)prestaties

Slide 15 - Quizvraag

- Deelnemer richt zich vooral op eigen motorisch gedrag.
- Opmerken, vaststellen van de fout
- Analyseren van de fout
- Trekken van conclusie voor de volgende poging

Behoort tot:
A
Moment aanpak
B
Fouten analyserende aanpak
C
Doel gecentreerd instructie
D
Gedrag gecentreerde instructie

Slide 16 - Quizvraag

Leg in je eigen woorden uit wat dialogisch bewegingsonderwijs is:

Slide 17 - Open vraag

Wat is het belangrijke effect van dialogisch onderwijs:
A
Gaat meer fouten analyserend te werk
B
Gaat meer met moment aanpak te werk
C
De deelnemer heeft meer plezier in de les
D
De deelnemer wordt beter in mental rehearsel

Slide 18 - Quizvraag

Welk voorbeeld is feedback geven over het proces?
A
die smash die je maakt is uit.
B
Je raakte bij die sprong het lijntje aan.
C
de laatste twee passen van de aanloop zijn niet goed
D
die pass is veel te hoog

Slide 19 - Quizvraag

Intrinsieke feedback komt van:
A
De lesgever
B
Klasgenoten
C
Eigen waarneming
D
Het ontvangen van feedback

Slide 20 - Quizvraag

Geef een voorbeeld van tactiele feedback:

Slide 21 - Open vraag

1
2
3
4
Oriëntatiefase
Grof motorische fase
Verfijningsfase
Automatiseringsfase

Slide 22 - Sleepvraag

Je kunt een beweging op 3 manieren stabiliseren, noem er 2:

Slide 23 - Open vraag

Welk van onderstaande antwoorden hoort niet bij de kwantiteit van de les?
A
omstandigheden
B
variatie
C
frequentie
D
dosering

Slide 24 - Quizvraag

Wat is massed practice?

Slide 25 - Open vraag

Wat is een cyclische beweging?
A
ronddraaien
B
service bij tennis
C
alle antwoorden zijn cyclische bewegingen
D
salto

Slide 26 - Quizvraag