geschiedenis thema 2

Waarom reisden de monniken naar europa?
A
om specerijen te verkopen.
B
om het christendom te verspreiden
C
om kennis over te dragen
D
om nieuwe plekken en landen te ontdekken
1 / 10
volgende
Slide 1: Quizvraag
GeschiedenisBasisschoolGroep 7,8

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Waarom reisden de monniken naar europa?
A
om specerijen te verkopen.
B
om het christendom te verspreiden
C
om kennis over te dragen
D
om nieuwe plekken en landen te ontdekken

Slide 1 - Quizvraag

Wat is een pleisterplaats?
A
een plek waar pleisters gemaakt werden
B
een voorloper van een ziekenhuis
C
een gebouw waar reizigers konden overnachten
D
een plek waar reizigers onderweg stoppen

Slide 2 - Quizvraag

welke christelijke geloven waren er in de tijd van monniken en ridders?
A
rooms-Katholiek en orthodox-christelijk
B
rooms-Orthodox en Orthodox-Christelijk
C
rooms-katholiek en orthodox-katholiek
D
rooms- orthodox en orthodox-Katholiek

Slide 3 - Quizvraag

Christendom
Konstantinopel
Byzantijnse rijk
Rome
Rooms- Katholiek
Orthodox-christen
de Paus
Christendom

Slide 4 - Sleepvraag

hoe werden de Germanen "overtuigd" om christen te worden?
A
Ze staken de huizen van de Germanen in brand
B
ze staken de heilige eiken van de Germanen in brand
C
ze hakten de heilige eiken van de Germanen om
D
ze gaven de Germanen bijbelles.

Slide 5 - Quizvraag

welke godsdiensten hebben meerdere goden? er zijn 3 goede antwoorden.
A
jodendom
B
hindoeïsme
C
boeddhisme
D
Germaanse godsdienst

Slide 6 - Quizvraag

voor wie was Jeruzalem geen belangrijke stad?
A
de Christenen
B
de Germanen
C
de Joden
D
de Moslims

Slide 7 - Quizvraag

waarom deden er veel mensen mee met een kruistocht?
A
omdat ze dan eten en onderdak hadden
B
omdat het verplicht was
C
omdat ze er goed voor werden betaald
D
omdat je dan naar de hemel zou gaan

Slide 8 - Quizvraag

parfum
Wol
porselein
zout
peper
graan
handel hanzelsteden
handel Konstatinopel

Slide 9 - Sleepvraag

wat is een wisselbrief?
A
een voorloper van papier geld
B
een geheime wisseling tussen brieven
C
een voorloper van post versturen
D
een andere vorm van een aflaatbrief

Slide 10 - Quizvraag