Je zorgt dat je weet wat het doel is waaraan we werken.
Log in bij LessonUp met de code.
Je pakt een tekst.
Je pakt een potlood.
Schrijf met potlood je naam het blad.
Je gaat klaar zitten voor de instructie.
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
LezenBasisschoolGroep 7
In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Verplichte instructie begrijpende lezen
Je zorgt dat je weet wat het doel is waaraan we werken.
Log in bij LessonUp met de code.
Je pakt een tekst.
Je pakt een potlood.
Schrijf met potlood je naam het blad.
Je gaat klaar zitten voor de instructie.
Slide 1 - Tekstslide
Wat is het doel van deze les?
Slide 2 - Woordweb
Doel van de les
Ik kan in een tekst signaalwoorden herkennen en weet welk verband ermee aangeduid wordt.
Slide 3 - Tekstslide
Uitleg
Je weet dat je tijdens het lezen op signaalwoorden kunt letten. Daaraan kun je zien welk verband er tussen de zinnen bestaat.
Signaalwoorden zeggen eigenlijk: let op, hier is een verband. Het verband geeft je informatie.
Slide 4 - Tekstslide
Uitleg
In de tekst 'Acht op de tien vlinders verdwenen' kom je onder andere de volgende signaalwoorden tegen:
signaalwoordverband
maar tegenstelling
want, namelijk, doordat, daardoor reden of oorzaak
behalve, ook, bovendien opsomming
als voorwaarde
Slide 5 - Tekstslide
Aan de slag
We gaan de tekst actief samen lezen.
Let tijdens het lezen op signaalwoorden.
Als je ze ziet, omcirkel ze dan.
Na het lezen maken we via LessonUp een aantal vragen.
Als er nog tijd over is, spelen we het signaalwoordenkwartet.
Slide 6 - Tekstslide
De vragen
Slide 7 - Tekstslide
Lees r. 16-21. Waarom hebben vlinders een belangrijke functie? Er worden twee redenen gegeven.
Slide 8 - Open vraag
Lees r. 16-21. Waarom hebben vlinders een belangrijke functie?
Er worden twee redenen gegeven.
1. Vlinders bestuiven bloemen
2. Ze spelen een rol in de voedselketen (de rups als voedsel voor veel vogels)
Slide 9 - Tekstslide
Welk signaalwoord voor een reden heeft je geholpen?
Slide 10 - Open vraag
Welk signaalwoord voor een reden heeft je geholpen?
want
Slide 11 - Tekstslide
Aan welk signaalwoord heb je gezien dat er een opsomming van redenen stond?
Slide 12 - Open vraag
Aan welk signaalwoord heb je gezien dat er een opsomming van redenen stond?
ook
Slide 13 - Tekstslide
In r. 19-20 staat een voorwaarde. Aan het signaalwoord als kun je zien dat het om een voorwaarde gaat. Er moet eerst iets gebeuren om ervoor te zorgen dat iets anders gebeurt.
a. Wat moet er eerst gebeuren? b. Wat gebeurt er dan?
Slide 14 - Open vraag
In r. 19-20 staat een voorwaarde. Aan het signaalwoord als kun je zien dat het om een
voorwaarde gaat. Er moet eerst iets gebeuren om ervoor te zorgen dat iets anders gebeurt.
a. Wat moet er eerst gebeuren?
b. Wat gebeurt er dan?
a. geen voedsel hebben.
b. geen jongen kunnen grootbrengen.
Slide 15 - Tekstslide
Lees r. 23-24. Aan het signaalwoord maar kun je zien dat er een tegenstelling is. Wat is de tegenstelling?
Slide 16 - Open vraag
Lees r. 23-24. Aan het signaalwoord maar kun je zien dat er een tegenstelling is.
Wat is de tegenstelling?
natuurlijke landschappen <-> stedelijke gebieden
Slide 17 - Tekstslide
Lees r. 26-28. Kars Veling legt uit hoe het komt dat er minder vlinders zijn. Wat is de belangrijkste oorzaak?
Slide 18 - Open vraag
Lees r. 26-28. Kars Veling legt uit hoe het komt dat er minder vlinders zijn.
Wat is de belangrijkste oorzaak?
Er is te weinig natuur in Nederland.
Slide 19 - Tekstslide
Lees r. 32-33. a. Waarom is het een probleem dat plekjes die wel geschikt zijn voor vlinders ver uit elkaar liggen? b. Aan welk signaalwoord heb je gezien dat het hier om een reden ging?
Slide 20 - Open vraag
Lees r. 32-33.
a. Waarom is het een probleem dat plekjes die wel geschikt zijn voor vlinders ver uit
elkaar liggen?
b. Aan welk signaalwoord heb je gezien dat het hier om een reden ging?
a. Omdat de meeste vlinders niet ver kunnen vliegen.
b. Want
Slide 21 - Tekstslide
In regel 35-36 wordt het pimpernelblauwtje genoemd. Waarvan is dit een voorbeeld?
A
van een vlindersoort die niet zeldzaam is
B
van een vlindersoort die zou kunnen verdwijnen
C
van een vlindersoort die is verdwenen
Slide 22 - Quizvraag
Doel van de schrijver
De tekst bestaat uit vijf stukjes.
De schrijver van de tekst heeft met elk stukje tekst een doel.
Dit zijn mogelijke doelen. Zoek bij elke alinea het juiste doel.
- een oplossing beschrijven en een advies geven aan de lezer; - toelichten waarom het slecht gaat met de vlinders. - uitleggen hoeveel vlinders er zijn en hoe men aan de cijfers is gekomen; - uitleggen waarom vlinders belangrijk zijn; - de lezer nieuwsgierig maken en overhalen om de tekst te lezen.
Slide 23 - Tekstslide
De inleiding
A
een oplossing beschrijven en een advies geven aan de lezer
B
de lezer nieuwsgierig maken en overhalen om de tekst te lezen
C
toelichten waarom het slecht gaat met de vlinders
D
uitleggen waarom vlinders belangrijk zijn
Slide 24 - Quizvraag
Tellingen
A
een oplossing beschrijven en een advies geven aan de lezer
B
uitleggen hoeveel vlinders er zijn en hoe men aan de cijfers is gekomen
C
toelichten waarom het slecht gaat met de vlinders
D
uitleggen waarom vlinders belangrijk zijn
Slide 25 - Quizvraag
Belangrijke functie
A
een oplossing beschrijven en een advies geven aan de lezer
B
uitleggen hoeveel vlinders er zijn en hoe men aan de cijfers is gekomen
C
toelichten waarom het slecht gaat met de vlinders
D
uitleggen waarom vlinders belangrijk zijn
Slide 26 - Quizvraag
Te weinig natuur
A
een oplossing beschrijven en een advies geven aan de lezer
B
uitleggen hoeveel vlinders er zijn en hoe men aan de cijfers is gekomen
C
toelichten waarom het slecht gaat met de vlinders
D
uitleggen waarom vlinders belangrijk zijn
Slide 27 - Quizvraag
Meer bloemen nodig
A
een oplossing beschrijven en een advies geven aan de lezer
B
uitleggen hoeveel vlinders er zijn en hoe men aan de cijfers is gekomen
C
toelichten waarom het slecht gaat met de vlinders
D
uitleggen waarom vlinders belangrijk zijn
Slide 28 - Quizvraag
Signaalwoorden kwartet
Speel samen het signaalwoorden kwartet dat klaar ligt op de instructietafel.