Les 4, zintuigen (7-3)

Heb jij je kennis nog paraat ?
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Heb jij je kennis nog paraat ?

Slide 1 - Tekstslide

Waarop valt het licht op om een beeld te vormen in je oog?
A
Iris
B
Pupil
C
Netvlies
D
Hersenen

Slide 2 - Quizvraag

In welke laag liggen de zintuigcellen van een oog?
A
In het vaatvlies
B
In het netvlies
C
In het harde oogvlies

Slide 3 - Quizvraag

Bij veel licht is de pupil......?
A
Groot
B
Klein
C
Licht heeft geen invloed op pupil

Slide 4 - Quizvraag

Hoe heet de middelste laag van de wand van een oog?
A
Het harde oogvlies
B
Het netvlies
C
Het vaatvlies

Slide 5 - Quizvraag

Met de Gele vlek kun je vooral.....
A
Kleuren zien
B
In het donker goed zien
C
Contrasten (zwart/wit) zien
D
In het licht slecht zien

Slide 6 - Quizvraag

Als je verziend bent kun je.......?
A
in de verte scherp zien
B
dichtbij scherp zien
C
kleuren niet goed zien
D
in het donker niet goed zien

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heet het als de spiertjes rondom de lens, de lens boller of platter maakt?
A
Revalideren
B
Accomoderen
C
Adapteren
D
Corrigeren

Slide 8 - Quizvraag

Via welk onderdeel komt het licht binnen?
A
Iris
B
Pupil
C
Netvlies
D
Staafjes en kegeltjes

Slide 9 - Quizvraag

Wat gebeurt er met de pupil bij verandering van het licht?

A
Groter bij veel licht, kleiner bij weinig licht
B
Groter bij weinig licht, kleiner bij veel licht

Slide 10 - Quizvraag

Het OOG: zet onderdelen op de juiste plaats
netvlies
gele vlek
oogzenuw
iris
Harde oogvlies
Glasachtig lichaam

Slide 11 - Sleepvraag

accomoderen is:
A
reflecteren
B
absorberen
C
construeren
D
scherp stellen

Slide 12 - Quizvraag

In het oor bevinden zich de gehoorbeentjes:
A
Harpoen, Aambeeld, Stijgbeugel
B
Hamer, Aambeeld, Stamina
C
Hamer, Aambeeld, Stijgbeugel
D
Hamer, Anker, Stijgbeugel

Slide 13 - Quizvraag

Hoe lopen de trillingen door het oor?
A
Gehoorgang - gehoorbeentjes - trommelvlies - slakkenhuis
B
Gehoorgang - trommelvlies - slakkenhuis - gehoorbeentjes
C
Gehoorgang - trommelvlies - gehoorbeentjes - slakkenhuis
D
Gehoorgang - slakkenhuis - gehoorbeentjes - trommelvlies

Slide 14 - Quizvraag

Wat is de functie van de buis van Eustachius?
A
Geluid doorgeven aan het trommelvlies
B
Gelijk houden van luchtdruk

Slide 15 - Quizvraag

Uit welke 3 onderdelen bestaat het oor?
A
Buitenoor, middelste oor, binnenkant
B
Buitenoor, middenoor, binnenoor

Slide 16 - Quizvraag

Wat zorgt ervoor dat de gehoorbeentjes gaan trillen?
A
Het trommelvlies
B
De oorschelp
C
De buis vab Eustachius
D
De gehoorgang

Slide 17 - Quizvraag

De oorschelp, gehoorgang en trommelvlies behoren tot het:
A
Binnenoor
B
Middenoor
C
Buitenoor

Slide 18 - Quizvraag

Welke zintuigen ken jij?

Slide 19 - Tekstslide

Zintuigen van de mens





Zintuigen = "meetapparatuur" om de omgeving waar te nemen
Alle zintuigen bij elkaar = zintuigstelsel

Slide 20 - Tekstslide

Zintuig
  • Een zintuig is een orgaan dat reageert op prikkels uit je omgeving.
  • Zintuigenstelsel

Slide 21 - Tekstslide

Prikkels en impulsen
Een prikkel is een berichtje (uit de omgeving) dat wordt opgevangen in een zintuig.

In je zintuig wordt zo'n prikkel omgezet in een elektrisch stroompje, dat noem je een impuls

Slide 22 - Tekstslide

van zintuig naar ruggenmerg

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Wat is neuropathie?
Het niet goed functioneren van een zenuw, zijn er meerdere zenuwen aangedaan dan spreek je van polyneuropathie.

Aandoening van de zenuwen in armen en benen
  • sensorisch (gevoel)
  • motorisch (beweging)
  • beide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Symptomen bij aantasting sensorische zenuwen
  • Verminderde functie: doof of veranderd gevoel
  • Foutieve functie: tintelingen, brandende of stekende pijn
Het lijkt alsof men op watten of een kussentje loopt
verstoring van het evenwicht, vooral bij lopen op oneffen ondergrond en in het donker.


Slide 27 - Tekstslide

Symptomen bij aantasting sensorische zenuwen
  • Neuralgie: zenuwpijn (soms onverklaarbaar)


Slide 28 - Tekstslide

Symptomen bij aantasting motorische zenuwen
Afname van de spierkracht (spierzwakte)
  • dit uit zich in het niet goed kunnen heffen van de voeten en klapvoeten
  • dit uit zich in de handen door middel van moeite hebben met schrijven en niet meer goed kunnen openen van potten
Afname van spiermassa uit zich ook door spieratrofie
  • armen en benen worden dunner
Kramp

Slide 29 - Tekstslide

Oorzaak (poly)neuropathie
- Beschadiging/ druk: door een operatie of aandoening waarbij er druk op de zenuw is of de zenuw beschadigd is geraakt.
- Gebrek aan vitaminen kan beschadiging van de zenuwen veroorzaken
- Toxisch, bepaalde medicatie  of chemo kan leiden tot zenuwschade
- Onderliggende aandoeningen als bv. Diabetes, stofwisselingsziekten  of auto-immuunziekten
- Infecties: Lepra, AIDS, Lyme
- Alcoholmisbruik

Slide 30 - Tekstslide

Zintuigen

Slide 31 - Tekstslide

Smaak (proeven)
Smaakzintuigen: worden geprikkeld door smaakstoffen

Tong: is ruw, bevat uitsteeksels en holtes, hierin liggen smaakzintuigen
5 soorten smaakzintuigen:
zoet, zout, zuur, bitter, umani (hartig)

Slide 32 - Tekstslide

Ruiken
  • lucht inademen.
  • geurstoffen komen bij je
reukzintuig.
  • geurstoffen zijn de prikkels
voor je reukzintuig.
  • reukzintuig stuurt via de
reukzenuw een impuls naar
je hersenen.
  • hersenen geven aan welke
geur het is.

Slide 33 - Tekstslide

Zintuigen in de huid
  1. Tastzintuigen
  2. Drukzintuigen
  3. Pijnzintuigen
  4. Warmte zintuigen
  5. Koude zintuigen

Slide 34 - Tekstslide

Tekst
gezichts- zintuig
gehoor- zintuig
reuk- zintuig

tast- zintuig

smaak- zintuig

Slide 35 - Sleepvraag

Begrippen
  • Zintuigstelsel, zintuigen en zintuigcellen
  • Impuls (elektrisch signaal)
  • Drempelwaarde: Niet elke prikkel neem je waar.
  • Adequate prikkel: de prikkel waarvoor zintuigcel gevoelig is
  • Gewenning door lange tijd zelfde prikkels
  • Motivatie kan drempelwaarde verlagen

Slide 36 - Tekstslide

En dan nu aan de slag

Slide 37 - Tekstslide

Opdracht
Je hebt een zintuig getrokken.
                        
Maak een Infographic waarop je een samenvatting van de werking van jouw zintuig weergeeft
  • Anatomie 
  • Werking van het zintuig
  • Mogelijke aandoeningen, verminderde werking van het zintuig.
  • Je upload je infographic in de map.
timer
45:00

Slide 38 - Tekstslide

Presenteren
Je ligt binnen 5 minuten kort je geüploade Infographic toe.
- Het zicht, geeft feedback aan het gehoor
- Het gehoor, geeft feedback aan de reuk
- De reuk geeft feedback aan de smaak
- De Smaak, geeft feedback aan het zicht
timer
5:00

Slide 39 - Tekstslide

Huiswerk
Volgende week een toets over de zintuigen
VP: H11
MZ/VIG: H6

Slide 40 - Tekstslide

de zintuigen zitten in je
A
organen
B
oren, ogen, tong, neus
C
oren, ogen, tong, neus, huid
D
in je hersenen

Slide 41 - Quizvraag

Wat is de drempelwaarde van een zintuig?
A
De sterkste prikkel die een impuls veroorzaakt
B
De zwakste prikkel die een impuls veroorzaakt
C
Dat is de adequate prikkel
D
Dat is verschillend

Slide 42 - Quizvraag

Wat is de functie van een zintuig?
A
Impulsen omzetten naar prikkels en naar de hersenen sturen
B
Prikkels maken en doorsturen naar de hersenen
C
Prikkels omzetten naar impulsen en naar de hersenen sturen
D
Impulsen maken en doorsturen naar de hersenen

Slide 43 - Quizvraag

wat is een adequate prikkel?
A
de juiste prikkelhoogte
B
de soort prikkel waarvoor een zintuig gevoelig is

Slide 44 - Quizvraag

welke factoren zijn van invloed op de drempelwaarde
A
gewenning en motivatie
B
scherpte en intensiviteit
C
toonhoogte en toonlaagte

Slide 45 - Quizvraag

welk orgaan speelt naast de smaakpapillen op de tong een belangrijke rol bij smaakvorming?
A
de keelholte
B
de huig
C
de neus

Slide 46 - Quizvraag