In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Spelling
Slide 1 - Tekstslide
planning
lezen
engelse ww spelling
meervoud -n en tussenletters
aan de slag
Slide 2 - Tekstslide
lesdoel
je weet het vervoegen van Engelse werkwoorden
je weet hoe het zit met meervoudsvormen en de tussen -n
je hebt ermee geoefend
Slide 3 - Tekstslide
ww vervoegen
hoe zit dat precies?
schema bladzijde 30 in je lesboekje, handig!
Slide 4 - Tekstslide
Wie
regel
voorbeeld
ik
....je/jij
je/jij.......
hij/zij/het
wij/zij
stam
stam
stam+t
stam+t
hele ww
Schudden
Schud
Schud
Schudt
Schudt
Slide 5 - Sleepvraag
handig?
maak het schema compleet voor jezelf (inf, ott, ovt + vd)
Slide 6 - Tekstslide
Engelse werkwoorden
Engelse ww vervoegen op dezelfde manier als Nederlandse (zwakke) werkwoorden
sommige behouden -e in de stam, vanwege uitspraak (vb: deleten>ik delete, saven>jij savet)
ww met lange -o verliezen -e in de stam (vb: bingoën>hij bingoot, scoren>ik scoor)
Slide 7 - Tekstslide
Engelse werkwoorden
de dubbele eindmedeklinker verdwijnt als de uitspraak vernederlandst is (vb: basketballen>jij basketbalt)
soms zijn er twee vormen van de verleden tijd mogelijk, omdat er twee uitspraakmogelijkheden zijn van de infinitief (vb: leasen>ik leasede/leasete, golfen>ik golde/golfte
Slide 8 - Tekstslide
Leg eens uit... waarom is het apenrots en apetrots?
Slide 9 - Open vraag
Leg eens uit... waarom is het spinnenweb en spinnewiel?
Slide 10 - Open vraag
tussenletters
schrijf in een samenstelling een -s als je die hoort of in vergelijkbare woorden hoort: stationsstraat (ook stationsplein)
schrijf tussen -n als het linkerdeel van de samenstelling een meervoud op -en heeft; boekenkast, plankenkoorts.