Thema 1 Familie en vrienden H2 Spelling en grammatica les 1

Nederlands 
Via Vooraf
Thema 1 hoofdstuk 2
Spelling en grammatica
Deel 1
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Nederlands 
Via Vooraf
Thema 1 hoofdstuk 2
Spelling en grammatica
Deel 1

Slide 1 - Tekstslide

Over deze les doe je waarschijnlijk langer dan 1 lesuur. Leerlingen vinden dit een lastig onderwerp. Het zou best kunnen dat je over dit onderwerp 3 lessen doet (inclusief studiemeter)
Doel
Aan het einde van deze les:
...weet ik wat leestekens zijn.
...weet ik wanneer ik hoofdletters moet gebruiken.
...weet ik wanneer ik welke leestekens moet gebruiken.
...weet ik waarom ik hoofdletters en leestekens moet gebruiken.
 



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen Gedrag

Je leert zelfstandig werken​
- je werkt alleen
- je concentreert je op je werk

Je leert verantwoording nemen voor je eigen werk

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie
Een zin begint met een hoofdletter​
Een zin eindigt met een leesteken: een punt, uitroepteken of vraagteken

Ik ga elk jaar met mijn vrienden op vakantie.
Heb jij respect voor alle leerlingen in de klas?​

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LEESTEKENS
Een brief of e-mail is beter te lezen en te begrijpen als duidelijk is waar een zin begint of eindigt. Het begin van de zin geef je aan met een HOOFDLETTER. Het einde van de zin geef je aan met een PUNT.
Niet achter elke zin staat een punt. Soms staat er aan het einde van een zin een vraagteken of een uitroepteken
Punten, vraagtekens en uitroeptekens noem je LEESTEKENS.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag...

maak opdracht 1 
timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Even testen...
Hoe goed kennen jullie de hoofdletters en leestekens?
Op de volgende dia's volgen oefen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk leesteken past het beste?

Heb jij gekke gewoontes
A
.
B
?
C
!

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk leesteken past het beste?

Stop daar mee
A
.
B
?
C
!

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk leesteken past het beste?

Ik heb contact met haar
A
.
B
?
C
!

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk leesteken past het beste?

Heb jij ook een relatie
A
.
B
?
C
!

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk leesteken past het beste?

De kennis kwam bij ons op bezoek
A
.
B
?
C
!

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk antwoord is goed geschreven?
A
eindhoven
B
Eindhoven

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk antwoord is goed geschreven?
A
amber jansen
B
Amber jansen
C
Amber Jansen

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk antwoord is goed geschreven?
A
nederland
B
Nederland

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk antwoord is goed geschreven?
A
ik ga naar turkije
B
Ik ga naar turkije.
C
Ik ga naar Turkije
D
Ik ga naar Turkije.

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk antwoord is goed geschreven?
A
ik heb contact met amy
B
Ik heb contact met amy.
C
Ik heb contact met Amy.
D
ik heb contact met Amy

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
1. Ik heb ondanks meerdere waarschuwingen mijn gedrag helemaal niet veranderd.
2. Ik laat niet wenselijk gedrag zien en pas me niet of nauwelijks aan.
3. Ik laat wenselijk/goed gedrag zien.
4.  Ik laat meerdere keren en voor een lange tijd wenselijk/goed gedrag zien. 






Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies