Les 2 en 3 periode 2

Periode 2
Gedrag en motivatie
Observeren en zelfbeeld






1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Periode 2
Gedrag en motivatie
Observeren en zelfbeeld






Slide 1 - Tekstslide

Verbaal en non-verbaal gedrag noemen we:
A
gedragsaspecten
B
gedragsdeterminanten

Slide 2 - Quizvraag

Motorisch, cognitief en sociaal-affectief gedrag noemen we:
A
gedragsaspecten
B
gedragsdeterminanten

Slide 3 - Quizvraag

Gedragsdeterminanten
Psychosociale factoren

Aanlegfactoren

Organische factoren

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

In tweetallen
Hoe zou je het stille en teruggetrokken gedrag van Leontien verklaren?

Slide 6 - Tekstslide

Verklaringen
Opvoeding: kinderen kregen weinig aandacht
Schuldgevoel: ongeluk broertje
Sociale omgeving: weinig ervaring met spelen met anderen
Stress: ervaren van stress thuis kan teruggetrokken gedrag veroorzaken
Plek in het gezin: eerst geborene
Aanleg: erfelijkheid, persoonlijkheid, temperament

Slide 7 - Tekstslide

Organische factoren
Lichamelijke factoren: ziektes en beperkingen hebben invloed op je gedrag

Biochemische factoren: stofjes in de hersenen

Hormonale factoren: hormoonpreparaten, ongesteldheid, overgang

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Gedragsdeterminanten zijn:
A
Gevoelens, gedachten en gedragingen
B
Gedrag dat de mens laat zien
C
Factoren die je gedrag bepalen
D
Gevolgen van negatief gedrag

Slide 10 - Quizvraag

De invloed van hormonen (puberteit, ongesteldheid) op gedrag is een gedragsdeterminant:
A
juist?
B
onjuist?

Slide 11 - Quizvraag

Een heel nare ervaring zoals het overlijden van een familielid, is een gedragsdeterminant:
A
onjuist
B
juist

Slide 12 - Quizvraag

Wat kan invloed hebben op je gedrag?
A
je opvoeding
B
de plek waar je woont
C
of je lang bent of juist klein
D
je persoonlijkheid

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Gedragsdeterminanten:
De omgeving waarin je opgroeit valt onder:
A
Psychosociale factoren
B
Aanlegfactoren
C
Organische factoren
D
Belevingsfactoren

Slide 15 - Quizvraag

Gedragsdeterminanten:
Uitbundig gedrag door alcoholgebruik valt onder:
A
Psychosociale factoren
B
Aanlegfactoren
C
Organische factoren
D
Belevingsfactoren

Slide 16 - Quizvraag

Gedragsdeterminanten: Persoonlijkheidseigenschappen die vanaf je geboorte al zichtbaar zijn:
A
Psychosociale factoren
B
Aanlegfactoren
C
Organische factoren
D
Belevingsfactoren

Slide 17 - Quizvraag

Gedragsdeterminanten:
Verdrietig zijn omdat je vriend of vriendin het uit heeft gemaakt:
A
Psychosociale factoren
B
Aanlegfactoren
C
Organische factoren
D
Belevingsfactoren

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Link

Les 3
Sportmotieven
Piramide van Maslow


Slide 20 - Tekstslide

Met welke reden(en) sport jij zelf?

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

Wat kun je als sportleider doen om de motivatie van een sporter te verhogen?

Slide 23 - Woordweb

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Op welke vlakken wil jij zelf presteren?

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Tekstslide

Wat is het meest passend voor jou?
A
Ik hoef niet zo nodig te presteren
B
Ik doe vooral wat ik leuk vind
C
Ik ben iemand die altijd wel een doel stelt
D
Ik stel hoge doelen voor mijzelf

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Tekstslide

Wat zijn nadelen/valkuilen voor mensen die altijd hoge prestaties willen leveren?

Slide 30 - Open vraag

Nadelen
  • Stress en burn-out klachten
  • Andere gebieden in je leven verwaarlozen
  • Niet tevreden kunnen zijn
  • Negatief zelfbeeld wanneer je niet aan je verwachtingen kunt voldoen
  • Gezondheidsproblemen


Slide 31 - Tekstslide

Wat zou je iemand adviseren die een te hoge prestatie drang heeft?

Slide 32 - Open vraag

Mogelijke adviezen
  • Stel realistische doelen: Zorg ervoor dat je doelen haalbaar zijn en dat je jezelf niet overbelast.
  • Leer omgaan met fouten: Fouten maken is menselijk. Zie fouten als leermomenten in plaats van als falen.
  • Prioriteiten stellen: Bepaal wat echt belangrijk is in je leven en maak daar tijd voor.
  • Ontspan: Zorg voor voldoende rust en ontspanning.
  • Zoek steun in je omgeving; praat over hoe het gaat

Slide 33 - Tekstslide

Wat zijn de voordelen van iemand met prestatiedrang?

Slide 34 - Open vraag

Mogelijke voordelen
  • Het zorgt dat je hard doorwerkt en doorzet
  • Persoonlijke groei, je leert nieuwe dingen en ontwikkelt je
  • Geeft een gevoel van voldoening
  • Ontwikkeling van je talenten en je passie
  • Het kan je een voorsprong geven op anderen

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

De eerste (basis-) behoefte in de piramide van Maslow is:
A
Zelfontwikkeling
B
Veiligheid
C
Lichamelijke behoefte
D
Sociale behoefte

Slide 40 - Quizvraag

De laatste behoefte in de piramide van Maslow is:
A
Zelfontwikkeling
B
Veiligheid
C
Lichamelijke behoefte
D
Sociale behoefte

Slide 41 - Quizvraag

Sterre vindt het erg spannend om tijdens een turntraining een salto te maken, ze vertrouwt de assistent die staat te vangen, niet.
Aan welke behoefte ga je als trainer werken?

A
Zelfontwikkeling
B
Veiligheid
C
Lichamelijke behoefte
D
Sociale behoefte

Slide 42 - Quizvraag

Waar sta jij zelf als je kijkt naar de Piramide van Maslow?

Slide 43 - Open vraag

Tweetallen
Bedenk minimaal 3 situaties die in de praktijk voor kunnen komen en koppel deze aan de Piramide van Maslow.

Bijvoorbeeld: Zoontje voelt zich onveilig bij volwassenen die hij niet kent en durft niet op zwemles.

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Link