Thema 1; Sociale Media; Hoofdstuk 3; taalverzorging Les 2

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Spelling 

Wat gaan we doen?

Uitleg over het vervoegen van de tegenwoordige tijd

Zelfstandig werken

Afsluiten met black stories 

Wat leer je? 

Hoe je werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegt 

Leerdoelen

• Vervoegen van zwakke werkwoorden in de tegenwoordige tijd.
• vervoegen van werkwoorden uit het Engels in de tegenwoordige tijd. 

Theorie 1 – Vervoegen in de tegenwoordige tijd – 1

werkwoordspelling tegenwoordige tijd werkwoordspelling

1. Hij zaagd het hout..
2. Hij zaagt het hout.
3. Hij zaagdt het hout.

werkwoordspelling

1. hij bediend
2. hij bedient

werkwoordspelling

1. De oude man verstuurt de brief.
2. De oude man verstuurd de brief.

Theorie 2 – Vervoegen in de tegenwoordige tijd – 2

Theorie 3 – Werkwoorden uit het Engels

Welke werkwoorden ken jij uit het Engels?

Hij ..... (faxen) het filmpje door (TT)

Mijn moeder ..... (streamen) heel veel series

Zelfstandig werken

Maak opdracht B + C+ D van 1.4 

Ben je klaar? 

Werk aan je boekverslag