paragraaf 7.3: leenwoorden

paragraaf 7.3: leenwoorden
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

paragraaf 7.3: leenwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Opstart:
Leestekens
Je leert leenwoorden op de juiste manier spellen.
Leenwoorden: wat zijn dat?
wat gebruik je wanneer?
check
Cursus 7 paragraaf 3 opdracht 2 tot en met 5
Hebben we alle doelen behaald?
Afmaken opdrachten

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel

Je leert leenwoorden op de juiste manier spellen.

Slide 3 - Tekstslide

Doel van deze les


Je leert over de spelling van leenwoorden.

Woorden die uit andere talen in het Nederlands terecht komen, heten 'leenwoorden'.

Slide 4 - Tekstslide

Woord van de week

1. betekenis
2. zin maken

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Voorbeelden
  • Engels: computer, corner, e-mail, keeper, laptop, mountainbike, playbacken 
  • Frans: ambulance, ballon, bureau, café, chauffeur, humeur, interieur, portemonnee, surprise, type, visite 
  • Duits: schnitzel, schwalbe, überhaupt, zeppelin 
  • Latijn: agenda, datum, museum, professor 

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeelden
Leenwoorden uit andere talen dan het Engels, Frans, Duits en Latijn die we in het Nederlands gebruiken zijn bijvoorbeeld: matras (komt uit het Arabisch), thee (komt uit het Chinees), sauna (komt uit het Fins), alfabet (komt uit het Grieks), piano (komt uit het Italiaans), sushi (komt uit het Japans) en mammoet (komt uit het Russisch).

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Twijfel je?
Gebruik voor de spelling van leenwoorden een woordenboek (Van Dale)

Slide 11 - Tekstslide

Vragen?

Slide 12 - Tekstslide

Controleren lesdoel

Je leert leenwoorden op de juiste manier spellen.

Slide 13 - Tekstslide

Aan het werk
cursus 7 paragraaf 3
opdracht 2 tot en met 5

Klaar? Laat dit de docent weten.
Besteed je tijd aan het uitzoeken van een nieuw leesboek 
(boek 3)

timer
15:00

Slide 14 - Tekstslide

Hebben we alle doelen behaald?


Wat is nog moeilijk?
Wat gaat al goed?

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk

Afmaken opdrachten

Cursus 7 paragraaf 3

Slide 16 - Tekstslide