Thema waarneming en gedrag

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JdW-klimwijzer

Slide 2 - Tekstslide

Uitleg over de klimwijzer aan de leerlingen, hierna volgen enkele vragen over de klimwijzer. 
Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Chromebook, JdW-map, etui 
timer
5:00

Slide 3 - Tekstslide

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan het welbevinden van leerlingen. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zitten startklaar en zijn bijvoorbeeld ingelogd in LessonUp en hebben hun JdW-map op tafel.
Activering bs. 1
Wie kan alle zintuigen opnomen?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

      Leerdoelen
bs. 1
5.1.1 Je kunt vijf zintuigen noemen met hun prikkel.








5.1.2 Je kunt de werking van zintuigen beschrijven. 

Slide 5 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

Het zintuigenstelsel
Zintuigenstelsel:
Alle zintuigen samen.

zintuig:
Orgaan dat reageert op prikkels uit de omgeving
en die prikkels omzet in impulsen.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Met je zintuigen kun je de omgeving waarnemen.
Waarnemen is het opmerken van dingen binnen en buiten je lichaam. 
Zintuigen

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 De werking van zintuigen
  1. De signalen die je zintuigen opmerken, noem je prikkels.
  2. Zintuigen zetten prikkels om in impulsen.
  3. Impulsen worden naar je grote hersenen gebracht om ze te verwerken. – Je wordt je bewust van de prikkels: je neemt waar.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zenuwstelsel
hersenen:  Deel  dat door de schedel wordt beschermd.

ruggenmerg: geeft impulsen door van zenuwen uit de romp en de ledematen naar de hersenen, en omgekeerd; ligt goed beschermd in de wervelkolom.

zenuwen: Geleiden impulsen






Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prikkel en impuls 
Wat is het verschil tussen beide?
prikkel
Een prikkel is iets waar een zintuig op reageert. 
Een invloed uit de omgeving op een organisme.
impuls
Elektrisch signaal dat door zenuwen kan worden doorgegeven.


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillende prikkels
uitwendige prikkel: Prikkel uit de omgeving.
inwendige prikkel: Prikkel die in het lichaam zelf ontstaat.


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gedrag
Gedrag komt vaak tot stand door een combinatie van inwendige en uitwendige prikkels.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
BS.1 Opgave:

1 T/M 6

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aflsluiting BS 1
Ken jij de 5 zintuigen met hun prikkel?
Ken jij de 4 functies van het skelet?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies