Hoofdstuk 6 - Voeding, vertering en gezondheid

Hoofdstuk 6
Voeding, vertering en gezondheid
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 45 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 6
Voeding, vertering en gezondheid

Slide 1 - Tekstslide

6.1
1. Je noemt factoren die van invloed zijn op de energiebehoefte van mensen
2. Je noemt de voedingsstoffen en hun functies
3. Je legt uit waardoor kleinere organismen sneller afkoelen dan grote organismen
4. Je beschrijft een gezond voedingspatroon en de gevolgen van een ongezond voedingspatroon

Slide 2 - Tekstslide

Voedingsstoffen

Slide 3 - Tekstslide

Lichaamsoppervlak vs. volume

Slide 4 - Tekstslide

- Ga naar voedingscentrum.nl
- Schijf van vijf
- Hoeveel en wat kan ik per dag eten

Slide 5 - Tekstslide

6.2
5. Je beschrijft het verschil tussen mechanische verkleining en chemische vertering
6. Je legt uit voor welk type voedingsstoffen vertering nodig is
7. Je licht de functie(s) toe van de organen die betrokken zijn bij de vertering
8. Je beschrijft wat additieven zijn en berekent via hun ADI-waarde mogelijke gezondheidsrisico's

Slide 6 - Tekstslide

Zijn de volgende stellingen juist of onjuist? Verbeter de stellingen die onjuist zijn.
  1. Chemische vertering omvat het fysiek verkleinen van voedsel tot kleinere stukjes.
  2. Mechanische verkleining houdt in dat voedsel fysiek wordt verkleind door kauwen en de bewegingen van de maag en darmen.
  3.  Koolhydraten moeten worden verteerd tot glucose, eiwitten tot aminozuren en vetten tot vetzuren en glycerol.
  4. De lever is niet betrokken bij de spijsvertering.
  5. De ADI-waarde geeft aan hoeveel additief gezond is om dagelijks te consumeren.

Slide 7 - Tekstslide

Tanden (kauwen)
  • Klein maken voedsel
  • Groter oppervlak voor verteringsenzymen om op in te werken

Slide 8 - Tekstslide

Vertering
Het afbreken van grote moleculen (macromoleculen, polymeren) tot kleine moleculen (monomeren) met behulp van verteringsenzymen.

Slide 9 - Tekstslide

Koolhydraten

Slide 10 - Tekstslide

Eiwitten

Slide 11 - Tekstslide

Vetten

Slide 12 - Tekstslide

Verteringsstelsel
  • Mondholte
  • Slokdarm
  • Maag
  • Twaalfvingerige darm
  • Dunne darm
  • Blindedarm
  • Dikke darm
  • Endeldarm

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

6.3
9. Je licht het verband tussen de vorm en functie van enzymen toe en beschrijft de naamgeving
10. Je licht de invloed van de temperatuur en de pH toe op de snelheid van een enzymreactie aan de hand van optimumkrommen
11. Je beschrijft de stappen van de vertering van koolhydraten, eiwitten en vetten

Slide 16 - Tekstslide

Expertgroepen
Maak voor koolhydraten / eiwitten / vetten een overzicht waarin je samenvat:
- In welke organen stappen van de vertering van deze voedingsstof plaatsvinden
- Welke enzymen in elk orgaan worden toegevoegd voor de vertering van de voedingsstof
- Wat het effect is van deze enzymen

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Koolhydraten

Slide 21 - Tekstslide

Eiwitten

Slide 22 - Tekstslide

Vetten

Slide 23 - Tekstslide

6.4
12. Je beschrijft het transport van voedsel door het maagdarmkanaal
13. Je licht de invloed toe van pH-veranderingen op de vertering van voedsel
14. Je licht het verband toe tussen de bouw van de dunne darm en zijn opnamecapaciteit
15. Je beschrijft op welke twee manieren voedingsstoffen vanuit de darmen het lichaam ingaan
16. Je beschrijft de rol van de darmflora

Slide 24 - Tekstslide

Opname voedingsstoffen
Wat is de invloed van de pH op de vertering in de maag en de twaalfvingerige darm?
Op welke manier is de wand van de dunne darm aangepast om optimaal voedingsstoffen op te nemen?
Welke eindproducten van de vertering worden opgenomen in de dunne darm?
Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen de opname van deze drie eindproducten?

Slide 25 - Tekstslide

Darmperistaltiek

Slide 26 - Tekstslide

Maagportier

Slide 27 - Tekstslide

Darmvlokken

Slide 28 - Tekstslide

Resorptie

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Poortader

Slide 32 - Tekstslide

Resorptie water

Slide 33 - Tekstslide

Darmflora

Slide 34 - Tekstslide

6.5
17. Je beschrijft de bouw van de lever en de aan- en afvoer van stoffen
18. Je beschrijft de invloed van de lever op de hoeveelheid voedingsstoffen in het lichaam
19. Je beschrijft de herkomst, transport en opslag van gal
20. Je beschrijft de afbraak van gifstoffen door de lever

Slide 35 - Tekstslide

Zijn de volgende stellingen juist of onjuist? Verbeter de stellingen die onjuist zijn.
  1. De lever ontvangt bloed vanuit de poortader en de leverslagader
  2. De lever heeft geen rol bij het opslaan van voedingsstoffen
  3. De lever is verantwoordelijk voor het afbreken van oude of beschadigde rode bloedcellen
  4. De galblaas slaat gal op en transporteert het naar de lever voor verwerking

Slide 36 - Tekstslide

Leverlobjes

Slide 37 - Tekstslide

Afbraak rode bloedcellen

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

1. Mond/tanden
2. Slokdarm
3. Maag
4. Twaalfvingerige darm
5. Dunne darm
6. Dikke darm
7. Lever
8. Endeldarm
9. Anus
10. Nieren
a. Amylase
b, c. Maagsap en peptase
d, e, f. Lipase, amylase/maltase, gal (+ eiwit afbrekend enzym)

Slide 41 - Tekstslide

  • Voedingsstoffen, bouwstoffen, brandstoffen, reservestoffen, beschermende stoffen
  • Mechanische vertering (kauwen, darmperistaltiek), chemische vertering, organen verteringsstelsel
  • Enzymen, effect pH en temperatuur op enzymen
    - Mond: speeksel met amylase (zetmeel --> maltose)
    - Maag: maagzuur, peptase (afbraak eiwitten)
    - Twaalfvingerige darm: gal (emulgeren vetten), alvleessap met amylase, lipase (vetten --> vetzuren en glycerol), enzymen afbraak eiwitten, pH omhoog brengen
    - Dunne darm: maltase (maltose --> glucose), enzymen afbraak eiwitten (--> aminozuren), resorptie door darmcellen
    - Dikke darm: opname vitaminen en water, darmflora
  • Darmperistaltiek, darmplooien, darmvlokken en microvilli, poortader naar lever
  • Lever: afbraak rode bloedcellen (bilirubine met gal afgevoerd), glucose --> glycerol, aminozuren --> eiwitten en ureum, hormonen afbreken, gifstoffen afvoeren, cholesterol vormen 

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Video

Slide 44 - Video

Slide 45 - Link