Veel zelfstandige naamwoorden hebben een meervoud op -en:
taart - taarten, hof - hoven, blok - blokken, huis - huizen.
Als een woord eindigt op -ee, krijgt het in het meervoud -ën- twee - tweeën
- zee - zeeën
- moskee - moskeeën
Als een woord eindigt op -ie, dan moet je goed letten op de klemtoon:
- Valt de klemtoon op de -ie? > Meervoud met -ën:
drie - drieën, calorie - calorieën, harmonie - harmonieën
- Valt de klemtoon niet op de -ie? > Dan komt er een trema + een -n bij:
bacterie - bacteriën, kolonie - koloniën