Werkwoordspelling les 2

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Woensdag 4 november

Pak een boek en start met lezen

Instructie werkwoordspelling

Maken opdrachten uit je boek 

Spellingsbingo 

Doel van de les

Je leert de persoonsvorm in de verleden tijd goed spellen. 

De hij-vorm in de tegenwoordige tijd schrijf je altijd:

1. hele werkwoord
2. de ik-vorm
3. ik-vorm + t

Als 'jij' achter het werkwoord staat, schrijf je :

1. hele werkwoord
2. de ik-vorm
3. ik-vorm + t

Theorie werkwoordspelling

ZWAKKE WERKWOORDEN

BLIJVEN QUA KLANK GELIJK

Bijvoorbeeld 

Snoepen - Snoepten

Werken - Werkten

Geloven - Geloofden 

Geef een eigen voorbeeld van een zwak werkwoord

Theorie werkwoordspelling

STERKE WERKWOORDEN

VERANDEREN QUA KLANK 

Bijvoorbeeld 

Lezen - Las

Eten - Aten 

Fluiten - Floten 

Geef een eigen voorbeeld van een sterk werkwoord

Theorie werkwoordspelling

Zwakke werkwoorden krijgen in de verleden tijd - te(n), of -de(n) achter de ik-vorm. Schrijf altijd eerst de ik-vorm op van het werkwoord, daarna volgt de rest!

Hij ..........(werken) aan één stuk door

• Schrijf eerst de ik-vorm
  
• Hij werk. .... aan één stuk door
• Hij-vorm + te
• Hij werkTE aan één stuk door

Theorie werkwoordspelling

Zwakke werkwoorden krijgen in de verleden tijd - te(n), of -de(n) achter de ik-vorm. Schrijf altijd eerst de ik-vorm op van het werkwoord, daarna volgt de rest!

Zij .......  (wachten) geduldig 

• schrijf eerst de ik-vorm
• Zij wacht.... geduldig 
  
• Zij-vorm + te
• Zij wachtTE geduldig 

Theorie werkwoordspelling

Zwakke werkwoorden krijgen in de verleden tijd - te(n), of -de(n) achter de ik-vorm. Schrijf altijd eerst de ik-vorm op van het werkwoord, daarna volgt de rest!

Het regen.... de hele dag

• Schrijf eerst de ik-vorm
• Het regen.... de hele dag
  
• Het-vorm + de
• Het regenDE de hele dag
  

Nu even zelf oefenen

Je krijgt straks 4 opdrachten.

Typ alleen het werkwoord in de verleden tijd!

Jay-Z (rappen) met een jongen van twaalf op het podium

De huizen ........ (branden) helemaal af.

Ik ...... (kiezen) ervoor om niet hardop te lezen.

Hij ....... (vinden) het toch wel gênant.

Aan de slag 

Maken opdracht  6, 7 van les 27 blz. 59 

Klaar? 

Lees de woorden op blz. 59 twee keer goed door! 

Leren voor de toets: les 1/2/3/15/16/17

Lezen in je leesboek

 

Spellingsbingo

ik belastte

ik raadde

ik ontvreemdde

ik zweette

ik verschanste

ik wendde

ik vergiste

jij belastte

jij raadde

jij ontvreemdde

jij zweette

jij verschanste

jij wendde

jij vergiste

wij belastten 

wij raadden

wij ontvreemdden

wij zweetten

wij verschansten

wij wendden 

wij vergisten 

Dit woord heb ik geleerd om in de verleden tijd te schrijven

Dit werkwoord vind ik lastig om te schrijven.