NN6 BK1 Hoofdstuk 3 Taalverzorging

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Onderwerp van de zin

We herhalen hoe je het zinsdeel ONDERWERP kunt vinden.

Als je weet wat het onderwerp van de zin is,
weet je wie of wat in de zin de hoofdrol speelt. 

Dat is belangrijk voor het begrijpen van de zin.

Wie skiet hier?

Wie duwt op het plaatje?

1. Het blauwe poppetje met een boek.
2. Het groene poppetje bij de deur.
3. Het groene poppetje met een gewicht.

Wat stuitert?

Noteer de regel voor het vinden van het 

ONDERWERP

Wie skiet? Koning Willem-Alexander skiet.

Wie duwt? Het rare groene mannetje duwt.     Het onderwerp is een zinsdeel!

Persoonsvorm is het werkwoord dat bij het onderwerp hoort.

Je vindt de pv met vraagproef (Duwt hij?) of tijdsproef (Hij duwt. Hij duwde.)

Het onderwerp is het antwoord op de vraag:
WIE /WAT + pv ...? [vul persoonsvorm in]

Heb jij een vraag over het vinden van
ONDERWERP?
Schrijf 'm dan hier.

IK-vorm van het werkwoord

We herhalen hoe je de ik-vorm van het werkwoord maakt.

Als je weet hoe je de ik-vorm moet schrijven, 
kun je ook andere vormen beter leren spellen. 

Wat is de ik-vorm van het werkwoord
FLUITEN?

1. Ik fluit
2. Ik floot
3. Ik fluitte
4. Ik fluit

Wat is de ik-vorm van het werkwoord
WORDEN?

1. Ik wordt
2. Ik wordd
3. Ik worde
4. Ik word

Wat is de ik-vorm van het werkwoord
SPELEN?

1. Ik spel
2. Ik spell
3. Ik speelt
4. Ik speel

Wat is de ik-vorm van het werkwoord
BELOVEN?

1. Ik beloov
2. Ik beloof
3. Ik belof
4. Ik belov

Wat is de ik-vorm van het werkwoord
REIZEN?

1. Ik reiz
2. Ik reist
3. Ik reis
4. Ik reizt

Wat is de ik-vorm van het werkwoord
BUKKEN?

1. Ik buk
2. Ik bukk
3. Ik bukt
4. Ik buuk

Hoe schrijf je de ik-vorm van een werkwoord?

Stap 1. Wat is het hele werkwoord? b.v. worden

Stap 2. Haal de 'en' van het hele werkwoord: dus worden

Lees wat er nu staat en controleer of je wat moet veranderen = 
 

1: Verdubbel de klinker bij een lange klank. bv. lopen = loop

2: Haal de eindmedeklinker weg bij korte klank bv. bukken = bukk

3: Verander de laatste letter van V => F  en Z => S
     bv. beloven = beloof en reizen = reis 

Heb jij een vraag over de
IK-VORM?
Schrijf 'm dan hier.

Gekke werkwoorden 

Er zijn gekke werkwoorden in iedere taal. Die zijn onregelmatig.

Je gebruikt ze iedere dag, dus je kent ze al.

Vandaag leer je hoe ze eruit zien.

zijn-hebben- willen-kunnen-zullen

Wie heeft dit rijtje uit z'n hoofd moeten leren bij Engels?

I am, you are, we are..
I did, you did, we did...

1. Ik heb dit uit mijn hoofd moeten leren.
2. Ik heb dit niet uit mijn hoofd moeten leren.

En zo is het ook met Nederlands..

In het Nederlands zijn deze werkwoorden ook te leren.

Je kent ze vast al!

VASTE REGEL

SPELEN            BUKKEN

tegenwoordige tijd

Ik speel            Ik buk

Jij speelt          Jij bukt

Wij spelen       Wij bukken

verleden tijd

Ik/hij speelde  Ik /hij bukte

Wij speelden   Wij speelden

GEEN VASTE REGEL

 ZIJN               HEBBEN

tegenwoordige tijd

Ik ben            Ik heb

Jij bent          Jij hebt

Wij zijn          Wij hebben

verleden tijd

Ik/hij was       Ik /hij had

Wij waren     Wij hadden

willen-kunnen-zullen

We spelen een Kahoot om de persoonsvormen in de tegenwoordige tijd te oefenen.

Wat wil je nog weten over de
GEKKE WERKWOORDEN
Schrijf het hier!