Intensief: alles goed lezen, de volledige tekst begrijpen/kunnen gebruiken
Leesstrategieën
Slide 9 - Tekstslide
Leesstrategieën
Lees eerst de vraag
Bepaal welke strategie je moet gebruiken
Gebruik de gekozen strategie
Beantwoord de vraag
Orienterend
Globaal
Zoekend
Intensief
Vraag:
Hoeveel kost het per dag om te parkeren?
Slide 10 - Tekstslide
Leesstrategieën
Lees eerst de vraag
Bepaal welke strategie je moet gebruiken
Gebruik de gekozen strategie
Beantwoord de vraag
Orienterend
Globaal
Zoekend
Intensief
Vraag:
Hoeveel kost het per dag om te parkeren?
Slide 11 - Tekstslide
Leesstrategieën
Lees eerst de vraag
Bepaal welke strategie je moet gebruiken
Gebruik de gekozen strategie
Beantwoord de vraag
Orienterend
Globaal
Zoekend
Intensief
Opdracht:
Beschrijf of teken hoe het recept er ongeveer uit komt te zien.
Slide 12 - Tekstslide
Leesstrategieën
Lees eerst de vraag
Bepaal welke strategie je moet gebruiken
Gebruik de gekozen strategie
Beantwoord de vraag
Orienterend
Globaal
Zoekend
Intensief
Opdracht:
Beschrijf of teken hoe het recept er ongeveer uit komt te zien.
Intensief lezen
Slide 13 - Tekstslide
Bedoeld om een eerste indruk te krijgen
Lay-out: chat, krantenartikel, menu, boodschappenlijst etc.
Eerste indruk: titel, tussenkopjes, plaatjes
Verwachtingen: waar gaat het over, wat weet je al?
Dit doe je altijd van te voren
Oriënterend lezen
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Je leest de tekst snel door om erachter te komen waar deze over gaat.
Maak je niet druk om moeilijke woorden.
Probeer de grote lijnen te snappen, de details doen er (nog) niet toe.
Kijk naar opvallende stukjes
Lees van iedere alinea de eerste en de laatste zin.
Je gebruikt skimmen bij vragen die gaan over de hele tekst, je zoekt naar aanwijzingen voor het antwoord.
Globaal lezen
Slide 16 - Tekstslide
Scannen: zoeken naar bepaalde informatie, bijvoorbeeld in welk jaar iets gebeurde of hoeveel iets kost. De rest van de tekst hoef je dan niet te lezen.
Zoekend lezen
Slide 17 - Tekstslide
1. How much discount do you get off printers?
A
80%
B
50%
C
25%
D
30%
Slide 18 - Quizvraag
2. The sale begins on....
A
16 May
B
25 April
C
17 May
D
24 April
Slide 19 - Quizvraag
3. There is a big ........ sale.
A
Shop
B
Warehouse
C
Storage
Slide 20 - Quizvraag
Intensief lezen: de hele tekst regel voor regel doorlezen
Intensief lezen
Slide 21 - Tekstslide
Lees onderstaande leessituaties. Welke leesstrategie pas je toe?
Situatie 1:
Om 07.00 uur valt de krant door de brievenbus. Voordat je naar school gaat, wil je snel weten wat het belangrijkste nieuws is.
Situatie 2:
Voor biologie moet je een werkstuk maken over klimaatverandering. Je hebt op een internet een tekst gevonden over het klimaat. Je wilt weten of je de tekst kunt gebruiken.
Situatie 3:
Je hebt morgen een toets over politieke besluitvormingen. Je leest de tekst in je boek maatschappijleer.
Situatie 4:
Je wilt een pretpark bezoeken en bent benieuwd naar de prijzen. Je bezoek de website van het pretpark.