Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Unidad 2 El lugar donde vivo - Parte 2
1 / 28
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Spaans
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
28 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
¿Qué vamos a hacer hoy?
- Ejercicio 2.02
- HAY y ESTAR
Slide 2 - Tekstslide
Hoe zeg je in het Spaans:
Ik kom uit...
Slide 3 - Open vraag
Soy de...
Hola, me llamo Paco.
Soy de
Villares de la Reina, un pueblo pequeño.
Slide 4 - Tekstslide
Hoe zeg je in het Spaans:
Het ligt in...
Slide 5 - Open vraag
está en el ... de ...
Bilbao está en el
norte
de España
Zwolle está en el
este
de Holanda
España está en el
sur
de Europa
Holanda está en el
oeste
de Europa
Slide 6 - Tekstslide
Hoe zeg je in het Spaans:
Zij zijn/ze liggen/bevinden zich...
Slide 7 - Open vraag
Están en ...
Los bares están en la plaza Mayor
Slide 8 - Tekstslide
Hoe vraag je in het Spaans:
Waar kom jij vandaan?
Slide 9 - Open vraag
¿De dónde eres?
Slide 10 - Tekstslide
Paco komt uit...
A
Villares de la Reina
B
Salamanca
Slide 11 - Quizvraag
Villares de la Reina is een...
A
klein dorp
B
grote stad
Slide 12 - Quizvraag
Paco...
A
heeft een studio in Villares de la Reina
B
studeert en woont in Salamanca
Slide 13 - Quizvraag
Salamanca ligt...
A
in het oosten van Spanje
B
in het westen van Spanje
Slide 14 - Quizvraag
La Plaza Mayor is een...
A
plein met een fontein en veel terrassen
B
groot, mooi en beroemd plein in het centrum
Slide 15 - Quizvraag
De toeristen...
A
bezoeken een café in Calle Quinta
B
drinken koffie met melk op Plaza Mayor
Slide 16 - Quizvraag
Paco woont...
A
in een brede straat
B
in een rustige straat
Slide 17 - Quizvraag
Hay
Betekent:
er is/er zijn
Kent maar één vorm!!
Estar
Betekent:
zich bevinden/liggen
Moet vervoegt worden!!
Yo estoy
Tú estás
Él/ella/usted está
Nosotros estamos
Vosotros estáis
Ellos/ellas están
Slide 18 - Tekstslide
Hay (er is/er zijn)
+ un/una:
hay
un
hotel en el centro
+ mucho/poco
: hay
muchas
turistas en España
+ un número:
hay
tres
personas en la casa
Slide 19 - Tekstslide
Estar (zich bevinden/liggen)
+ el/la: la estación
está
en el centro
+ los/las: los libros no
están
aquí
Slide 20 - Tekstslide
¿... una iglesia en el centro?
A
Hay
B
Está
Slide 21 - Quizvraag
La iglesia ... en el centro.
A
hay
B
está
Slide 22 - Quizvraag
¿... un perro el tu casa?
A
Hay
B
Está
Slide 23 - Quizvraag
Sí, el perro ... en la cocina.
A
hay
B
está
Slide 24 - Quizvraag
yo
él, ella, usted
tú
nosotros
vosotros
ellos, ellas
estoy
estás
está
estamos
estáis
están
Slide 25 - Sleepvraag
¿Dónde _____
(estar)
tus amigos?
Ahora, nosotros______
(estar)
en el local 107.
Y tú, ¿cómo ________
(estar)
?
Yo _______ (
estar)
en la casa de mi abuela
Vosotros _____
(estar)
en Barcelona.
están
Estamos
estás
estoy
estáis
Slide 26 - Sleepvraag
Quizlet live
Unidad 2: el lugar donde vivo
Slide 27 - Tekstslide
Deberes para la próxima semana:
Hacer ejercicios 2.03 y 2.04
Quizlet:
El verbo ESTAR
Unidad 2: el lugar donde vivo
(¡son las palabras de ejercicios 2.01, 2.02, 2.03 y 2.04!)
Slide 28 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Unidad 2 El lugar donde vivo - Parte 2 2CM
Oktober 2021
- Les met
39 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
Unidad 2 El lugar donde vivo - Parte 1
December 2021
- Les met
24 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
Unidad 2 El lugar donde vivo - Parte 1
December 2021
- Les met
29 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
Unidad 2 El lugar donde vivo - Parte 1
Maart 2022
- Les met
27 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
Unidad 2 El lugar donde vivo - Parte 2
24 dagen geleden
- Les met
42 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1,2
UNIDAD 2 EL LUGAR DONDE VIVO - parte 2
Oktober 2021
- Les met
38 slides
Spaans
MBO
Studiejaar 1
3. Describir tu ciudad/pueblo
April 2023
- Les met
47 slides
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
3. Describir tu ciudad/pueblo
April 2023
- Les met
47 slides
Spaans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2