lesdag 14

lesdag 14
Elivator pitch
positioneren GVP
leerlingen begeleiden
coaching
Samenwerking
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

lesdag 14
Elivator pitch
positioneren GVP
leerlingen begeleiden
coaching
Samenwerking

Slide 1 - Tekstslide

positionering van de Gespecialiseerd verzorgende psychogeriatrie

Slide 2 - Tekstslide

Wat houdt positionering van je functie als GVP/GVS in?

Slide 3 - Open vraag

Het belang ?
positionering is belangrijk om de volgende redenen:
je geeft aan over kennis en expertise te beschikken
je draagt bij aan de kwaliteit van zorg
je draagt bij aan clienttevredenheid
het draagt bij aan jouw professionele ontwikkeling
specialisatie kan leiden tot meer efficienter werken
voor zorgorganisatie kan het hebben van GVP/GVS hun marktwaarde vergroten
je levert een belangrijke bijdrage in het multidisciplinair team

Slide 4 - Tekstslide

Hoe kan je zelf zorg bijdragen aan het positioneren van je functie?

Slide 5 - Open vraag

hoe doe je dat positionering?

investeer in scholingen/opleiding/kennis/certificaten
bouw ervaring op
bouw een netwerk op binnen hetzelfde vakgebied organisatie!!
communiceer je specialisme, het is een vakgebied!
publiceer en presenteer!
vraag om feedback en reflecteer op je eigen handelen!
neem actief deel aan beroepsorganisaties


Slide 6 - Tekstslide

opdracht
Maak in 3 tallen een plan hoe jullie je functie willen positioneren binnen de organisatie/locatie.
Denk aan de hiervoor genoemde onderwerpen.
Zorg dat je je plan kunt presenteren.
Pak het methodisch aan!
Je krijgt hier 35 minuten voor

Slide 7 - Tekstslide

Grow coaching methodiek

Slide 8 - Tekstslide

Waar denken jullie aan bij het horen van een coaching gesprek?

Slide 9 - Woordweb

Wat is het verschil tussen coachen en begeleiden

Slide 10 - Open vraag

verschil coachen en begeleiden
Coaching: richt zich op de eigen mogelijkheden en talenten laten herkennen en benoemen. je laat de ander zelf het antwoord geven.
Begeleiding:  Kijk je meer terug op iets wat gebeurd, is en je gaat in op de problemen en geeft handvaten hoe het probleem te verhelpen.

Slide 11 - Tekstslide

wat is een coaching gesprek 
- samen tot oplossingen komen 
- talenten van andere vinden & stimuleren 
- vertrouwen 

Slide 12 - Tekstslide

Wat is coachen?
Coachen is een vorm van begeleiden gericht op het ontplooien en ontdekken van de mogelijkheden en talenten van een student. 

Als coachende werkbegeleider stimuleer en motiveer je een student. 

Slide 13 - Tekstslide

Grow-model 


goal / doel
- wat is het doel
- in welke situatie is het te bereiken
reality - stand van zaken
- wat is er ondernomen
- wie zijn betrokken
options / mogelijkheden
- welke mogelijkheden zijn er 
Will / actieplan
- duidelijk wat de planning is

Slide 14 - Tekstslide

Competenties van de coach
  • Geef de student/collega  heldere, eerlijke en constructieve feedback over het functioneren en de prestaties
  • Stimuleert de student/ collega om kritisch naar zichzelf te kijken
  • Begeleidt de student/collega gericht op oplossingen
  • Motiveert de student/collega om doelen te bereiken en uitdagingen aan te gaan
  • Toon betrokkenheid bij de problemen van de student/collega bij het opleiden.

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht: rollenspel
Aantal: 
3 studenten (1 werkbegeleider, 1 stagiair, 1 observator)
De stagiair is ook echt de leerling van nu met iets waar men aan wil werken

Wat: 
  • Welke competenties inzetten? 
  • Rollenspel: Coaching gesprek voeren advh GROW- model
  • de observator observeert de tips en tops en koppelt die terug 
  • plenaire terug koppeling

Slide 16 - Tekstslide

Beschrijf je eerste ervaring met een werkbegeleider
(zowel positief als negatief)

Slide 17 - Open vraag

Hoe zorg jij voor een veilig leerklimaat?

Slide 18 - Woordweb

De methodiek van werkbegeleiding
Je kan de werkbegeleiding verdelen in grofweg 3 fasen:

Introductie fase
Uitvoeringsfase
Beoordelingsfase


Slide 19 - Tekstslide

De introductie fase
Beginsituatie, 
0 meting
Leerdoelen en praktijkopdrachten zijn bekend
POP leerling
Het werkbegeleidingsplan, wat zijn afspraken die jullie maken?

Slide 20 - Tekstslide

De uitvoeringsfase
Je verantwoordelijkheden nemen als begeleider
Geven van instructie, voordoen van……
Coaching
Feedback geven, gesprekken houden en continu zorgen voor een veilig leerklimaat.

Slide 21 - Tekstslide

De beoordelingsfase
Product beoordeling> denk aan; zorgvuldigheid, aandacht, uitvoering
Procesbeoordeling > verloop, andere betrekken bij beoordeling, rol van werkbegeleider meenemen in het geheel. Sterke en ontwikkelpunten in het proces bespreken.

Slide 22 - Tekstslide

Welke rollen heb je als werkbegeleider
Opleider:
hierbij bewaak je dat de randvoorwaarden aanwezig zijn dat de leerling kan leren.
Begeleider:
De persoonlijke ontwikkeling van jouw leerling staat in het middelpunt.
Beoordelaar:
Je richt je op het beoordelen/waarderen van de resultaten die de leerling neerzet/behaald.

Slide 23 - Tekstslide

Wat vind je lastig aan het begeleiden van leerlingen

Slide 24 - Open vraag

 Samenwerken

Slide 25 - Tekstslide

Wat vind je het fijnst
aan samenwerken in een team?

Slide 26 - Open vraag

Wat vind je het vervelendst
aan werken in een team?

Slide 27 - Open vraag

Wat betekent een 'teamspeler' zijn?
A
altijd voor een ander klaar staan
B
Meestal in actie komen als een ander dat vraagt
C
soms in actie komen voor een doel van een ander.
D
Alleen in actie komen voor je eigen doel.

Slide 28 - Quizvraag

Ik zie mezelf wel of niet als een teamspeler omdat....

Slide 29 - Open vraag

Hoevaak heb jij hulp van collega's gevraagd
A
Ik heb best vaak hulp gevraagd aan een collega
B
Ik heb al wel eens hulp gevraagd aan een collega
C
Ik heb nog nooit hulp gevraagd aan een collega
D
Ik heb geen hulp nodig, ik kan het alleen

Slide 30 - Quizvraag

Welke kwaliteiten bezit jij? 
Klik hier voor voorbeelden. 


Welke Kwaliteiten van mij zijn helpend in
het team?

Slide 31 - Woordweb

.
Een team bestaat uit een groep onderling afhankelijke individuele leden die met elkaar communiceren en de verantwoordelijkheid delen voor het behalen van resultaten. 

Binnen deze organisaties wordt succes sterk bepaald door de manier waarop men zich als een team gedraagt.
De theorie van Shuffler, DiazGranados & Salas in 2011 noteerden:

Slide 32 - Tekstslide

Als ik denk aan "teambuilding" dan denk ik aan ....

Slide 33 - Open vraag

Wat zie je in dit team al terug van teambuilding?

Slide 34 - Open vraag

Wat mis je nog aan teambuilding in dit team?

Slide 35 - Open vraag

Opdracht in twee tallen: Teamkarakteristieken:
 1: het afhankelijke team.
2: het gesloten team.    
3: het los zand team.  

Beschrijf de kenmeren van het team.
Daarin sowieso meegenomen gevolgen voor: teamafspraken, communicatie, sfeer, teamleden.
In welk team herken je je team het meest en waarom?

Slide 36 - Tekstslide

terugkoppeling opdracht
Afhankelijke team:
In een afhankelijk team is er één de baas. Zijn wil is wet. De overige teamleden doen hun best om hem te gehoorzamen, Er wordt om zijn gunst gestreden. In de teambesprekingen houden de deelnemers rekening met hem. Als een teamlid iets zegt, houdt hij vanuit zijn ooghoeken de reactie van de leider in de gaten.

Slide 37 - Tekstslide

terugkoppeling opdracht
gesloten team:
Een gesloten team heeft een sterk 'wij-gevoel'. Op zichzelf is daar niets verkeerds aan, maar te veel afgrenzing naar buiten heeft ernstige nadelen. De mensen in zo'n team gaan veel met elkaar om. Er is intens contact, ook in de privé-sfeer. Men voelt zich lekker bij elkaar. Veel teamleden laten zich positief uit over hun werk: 'Nog nooit had ik het zo goed'. Er is een cultuur in het team van zich goed voelen en zich op de borst kloppen. De communicatie onderling wordt daardoor sterk gekleurd. Alleen die dingen worden gezegd of gehoord die dat 'wij-gevoel' in stand houden.

Slide 38 - Tekstslide

terugkoppeling opdracht
Los zand team:
Het kenmerkende van een los-zandteam is, dat men lak heeft aan afspraken
en aan organisatie. Ieder doet zo'n beetje wat hem goeddunkt. De formeel
aangestelde leider doet zijn best door te zeggen dat niemand de baas is. De
teambesprekingen verlopen rommelig. Over het te voeren beleid worden
helemaal geen beslissingen genomen. Ieder gaat volgens zijn eigen inzichten
om met de patiëntengroep. Afspraken over uur en tijd zijn er niet. De
patiënten mogen alles zelf bepalen. Er is een rommelige sfeer.



Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Video

THE END!
Dank jullie wel! 

Slide 41 - Tekstslide