In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
WELKOM B2A
Leg op je tafel: NN, leesboek, schrift, etui.
Zet je telefoon uit en leg hem uit het zicht.
Ga lekker lezen.
timer
10:00
Slide 1 - Tekstslide
WELKOM B2A
Leg op je tafel: NN, leesboek, schrift, etui.
Zet je telefoon uit en leg hem uit het zicht.
Ga lekker lezen.
timer
10:00
Slide 2 - Tekstslide
Inleiding Kern Slot
Slide 3 - Tekstslide
Doelen van deze les
Je kunt de inleiding van een tekst herkennen.
Je kunt de functies van een inleiding benoemen.
Je leert wat de kern/ middenstuk van een tekst is.
Je kunt het slot van een tekst herkennen.
Je kunt de functies van het slot benoemen.
Al jouw vragen zijn gesteld en beantwoord.
Slide 4 - Tekstslide
Uit welke drie onderdelen bestaat (bijna ) iedere tekst?
Slide 5 - Open vraag
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
Slide 8 - Tekstslide
De inleiding (blz. 128)
De eerste alinea ('s) van de tekst.
Functies:
1. Aangeven wat het onderwerp is.
2. De lezer nieuwsgierig maken.
Een inleiding kan zijn:
- een anekdote (kort verhaaltje, kan waargebeurd zijn),
- een vraag.
Slide 9 - Tekstslide
Vind de functies van de inleiding
timer
1:00
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Wat voor soort inleiding was dit?
A
Anekdote (kort verhaaltje)
B
Introductie van het onderwerp
C
Aanleiding voor de tekst
D
Een vraag
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Wat voor soort inleiding was dit?
A
Anekdote (kort verhaaltje)
B
Introductie van het onderwerp
C
Aanleiding voor de tekst
D
Een vraag
Slide 14 - Quizvraag
Welke functie heeft deze inleiding?
"Een handige manier om je in korte tijd verstaanbaar te maken, is het onthouden van een verzameling woorden. Woordjes stampen dus. Volgens hersenonderzoeker Boris Konrad kan je met een slimme strategie heel snel woorden leren."
uit: Kwartier per dag woordjes stampen werkt het best
Slide 15 - Tekstslide
Welke functie heeft deze inleiding?
"Hoe leer jij nieuwe woorden uit een andere taal? Pas je iets aan in je leerstrategie na het lezen van dit artikel?"
uit: Kwartier per dag woordjes stampen werkt het best
Slide 16 - Tekstslide
De kern van een tekst
Is het langste onderdeel
Heeft vaak meerdere alinea's
Geeft vaak informatie over meer deelonderwerpen
In de kern wordt meer uitleg gegeven, worden voorbeelden gegeven of worden beschrijvingen beschreven.
Slide 17 - Tekstslide
Het middenstuk van de tekst
Slide 18 - Tekstslide
Welke beweringen is onjuist?
A
Een ander woord voor middenstuk is kern
B
Het middenstuk is vaak het langste gedeelte van de tekst.
C
Het middenstuk bevat weinig nieuwe informatie
D
Het middenstuk komt na de inleiding en voor het slot
Slide 19 - Quizvraag
Inleiding
Kern slot
Slide 20 - Tekstslide
Het slot van een tekst (blz. 128)
Is meestal de laatste alinea.
Het slot rondt de tekst af.
Functies van het slot:
In het slot wordt soms een samenvattinggegeven.
In het slot wordt soms een advies (een tip) gegeven.
In het slot wordt soms het antwoord op een vraag uit de inleiding gegeven.
In het slot wordt soms een conclusie gegeven (kijk naar het woordje 'dus').
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Nog even oefenen
timer
1:00
Slide 23 - Tekstslide
Het slot van een tekst
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Wat was de functie van het slot op de vorige pagina?
A
Een samenvatting
B
Een advies
C
Een conclusie
D
Een wens
Slide 26 - Quizvraag
Slide 27 - Tekstslide
Wat is de functie van de alinea op de vorige slide?
A
Een samenvatting
B
Een advies
C
Een conclusie
D
Een wens
Slide 28 - Quizvraag
Welke functie heeft dit slot?
"Het is die herhaling die helpt. Dat kwartier per dag opsplitsen werkt nog beter. Dus tien minuten woorden leren, en dan dezelfde dag nog twee keer diezelfde woorden in drie minuten herhalen."
uit: Kwartier per dag woordjes stampen werkt het best
Slide 29 - Tekstslide
Welke functie heeft dit slot?
"Zet de tekst om in een lastig leesbaar lettertype of maak de tekst lichtgrijs tegen een witte achtergrond zodat er weinig contrast is. Een slecht humeur of simpelweg flink fronsen helpt volgens hem ook om cognitief gemak te verjagen en wat kritischer te zijn op wat je leest."
uit: Waarom maken we spelfouten?
Slide 30 - Tekstslide
Inleiding
Kern slot
Slide 31 - Tekstslide
Waarom liet ik een afbeelding van een tompouce zien?
Slide 32 - Open vraag
Welke vraag wil je nog vragen stellen over deze les?
Slide 33 - Open vraag
Hoe ging de les voor jou vandaag?
A
goed, ik heb er wat van geleerd
B
goed, ik was fijn aan het kletsen en lachen
C
slecht, ik stoorde me aan anderen
D
van alles een beetje
Slide 34 - Quizvraag
Doelen van deze les
Je kunt de inleiding van een tekst herkennen.
Je kunt de functies van een inleiding benoemen.
Je leert wat de kern/ middenstuk van een tekst is.
Je kunt het slot van een tekst herkennen.
Je kunt de functies van het slot benoemen.
Al jouw vragen zijn gesteld en beantwoord.
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
play.kahoot.it
Slide 37 - Link
Onderwerp en hoofdgedachte (herhaling)
Het onderwerp van een TEKST:
Lees titel, inleiding, tussenkopjes en stel jezelf de vraag: WAAR GAAT DE TEKST OVER?
moet je kunnen omschrijven in een paar woorden.
De hoofdgedachte van een tekst is het belangrijkste wat de schrijver zegt in één zin. (Wat zegt de schrijver over het onderwerp?)
Slide 38 - Tekstslide
Slide 39 - Video
Zelfstandig werken 2Basis
Lees
de aantekeningen nog eens goed door.
Maak
Opdrachten op blz. 128-133 klassikaal/ in groepjes maken.