In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
5.2: Zelfstandige burgers
Slide 1 - Tekstslide
Deze les:
Bespreken Collage Floris V
uitleg 5.2: Stadsrechten
uitleg 5.2: Stadsbestuur
afsluiten leerdoelen van 5.2
Aan de slag met opdrachten
Slide 2 - Tekstslide
Aan het einde van deze les:
Heb je aan mij laten zien:
Dat je weet wie Floris V was
Heb je geleerd:
Wat stadsrechten zijn en waarom steeds meer dorpen die kregen en zo steden werden
Kun je in je eigen woorden uitleggen hoe steden bestuurd werden.
Kun je de betekenis van de volgende begrippen geven: burgerij, schepenen, burgemeesters en vroedschap
Slide 3 - Tekstslide
Collage Floris V
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
5.2: Zelfstandige burgers
In deze paragraaf leer je
hoe handelssteden samenwerkten
hoe steden stadsrechten kregen
hoe burgers hun stad bestuurden
hoe steden zelfstandiger werden en lage edelen macht verloren
Kenmerkend aspect: de opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden
Slide 6 - Tekstslide
Stadsrechten:
privilege (voorrecht) om zelf dingen te regelen als dorp, zonder deze rechten bepaald de landheer alles.
Wanneer een dorp stadsrechten kreeg werd het een stad.
Steden gingen zelf zorgen voor rechtspraak en de toepassing van wetten., bouwden een stadsmuur en gingen zelf belasting (tol) heffen.
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Leg uit waaraan je op deze afbeelding kunt zien dat dit een stad is met stadsrechten.
Slide 9 - Open vraag
Het stadsbestuur:
Een man kon burger van een stad worden als hij een jaar en één dag in de stad woonde, een beroep had en een geldbedrag betaalde.
Horigen die van hun heer naar een stad mochten verhuizen verloren zo de rechten en plichten van een horige, er werd dan ook vaak gezegd: "stadslucht maakt vrij"
burgers hadden de rechten van de stad en vormden samen de burgerij.
Slide 10 - Tekstslide
Wat wordt er bedoeld met de uitspraak : "stadslucht maakt vrij" ?
Slide 11 - Open vraag
Het stadsbestuur:
Schepenen: burgers uit aanzienlijke families die de stad bestuurden en rechtspraken. Zij maakten de wetten en zorgden voor rust en orde.
De hoogste bestuurder van de stad waren de burgermeesters.
Vroedschap: controleerde de beslissingen van de stadsbestuurders, ook gaven zij advies. Ook zij kwamen uit aanzienlijke families.
Slide 12 - Tekstslide
steden en edelen:
Steden moesten veel geld betalen voor stadsrechten dit had voordelen voor hoge edelen en vorsten (koningen)
Met dit geld voerden ze bijvoorbeeld oorlogen.
Ook kregen ze vaak steun van de steden tegen de lagere edelen die hierdoor hun macht verloren.
Slide 13 - Tekstslide
Aan de slag:
Lees de theorie van paragraaf 5.2 en maak de opdrachten
controleer of je de theorie begrepen hebt met de leerdoelen op dia 15 t/m 17.
bouwopdracht: bouw een werkplaats voor 2 ambachten en bouw een stadsmuur met stadspoorten.
Slide 14 - Tekstslide
1. Hoe steden stadsrechten kregen
Slide 15 - Tekstslide
2. Hoe burgers hun stad bestuurden
Slide 16 - Tekstslide
3. Hoe steden zelfstandiger werden en lage edelen macht verloren