7. 05 Afval en afvalverwerking

7.05 Afval en afvalverwerking
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

7.05 Afval en afvalverwerking

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik

Slide 2 - Tekstslide

Welk gas veroorzaakt het versterkte broeikaseffect?
A
zuurstof
B
koolstofdioxide ( CO2)
C
stikstof
D
biogassen

Slide 3 - Quizvraag

Wat gebeurt er met de temperatuur als het versterkte broeikaseffect door gaat?
A
gaat naar beneden
B
gaat omhoog

Slide 4 - Quizvraag

Wat gebeurt er met de woestijnen als de temperatuur blijft stijgen?
A
worden kleiner
B
worden groter

Slide 5 - Quizvraag

Het warmer worden van de aarde door alle gassen die worden uitgestoten. =
A
broeikaseffect
B
energieverbruik
C
energiebron
D
klimaatverandering

Slide 6 - Quizvraag

Wanneer het weertype het ene jaar anders is dan het andere jaar, is dat een klimaatverandering.


A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Waarom heeft klimaatverandering invloed op het overstromingsrisico
A
doordat er meer extreme neerslag valt
B
door droogte van de grond
C
door zeespiegelstijging
D
door meer verdamping

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een oorzaak van het versterkte broeikaseffect
A
Verbranding fossiele brandstoffen
B
Duurzame energie
C
Spuitbussen

Slide 9 - Quizvraag

Doelstelling
  • Je kunt biologisch afbreekbaar afval en niet biologisch afbreekbaar afval kunnen onderscheiden
  • Je moet manieren van gescheiden afvalinzameling en van afvalverwerking kunnen noemen

Slide 10 - Tekstslide

Biologisch afbreekbaar
Kan worden afgebroken door reducenten (bacteriën en schimmels).

Slide 11 - Tekstslide

Niet-biologisch afbreekbaar
  • Glas, metaal, steen
  • Kunstoffen: plastic, nylon, piepschuim
  • Blijven jarenlang in het milieu

Slide 12 - Tekstslide

Gescheiden inzameling van afval
Soorten afval:
  • recycle-baar (papier, glas, textiel)
  • composterbaar (fruit, groente, tuin)
  • Klein chemisch afval
  • Restafval

Slide 13 - Tekstslide

Verwerking van afval
Als het afval gescheiden wordt ingezameld, dan is het mogelijk om afvalstoffen opnieuw te gebruiken

Slide 14 - Tekstslide

Recycling
  • Afvalstoffen gebruiken als grondstoffen voor nieuwe producten
  • Bijvoorbeeld: glas, papier, blik, plastic
  • Er komen dus minder afvalstoffen in het milieu (vuilstort) terecht

Slide 15 - Tekstslide

Composteren
Reducenten breken groente-, fruit- en tuinafval (gft) af tot compost
  • Compost wordt gebruikt als mest
  • Alleen biologisch afval is te composteren

Slide 16 - Tekstslide

KCA (klein chemisch afval)
Wordt in de meeste gemeenten apart ingezameld of er is een centrale plek om het in te leveren

Slide 17 - Tekstslide

Restafval
Restafval wordt verbrand in verbrandingsovens of gestort op een vuilnisbelt
  • De energie die vrijkomt bij het verbranden wordt gebruikt voor bijvoorbeeld het opwekken van elektriciteit
  • Vuilnisbelten stinken en trekken ongedierte aan

Slide 18 - Tekstslide

Nog zin in een quizje?

Slide 19 - Tekstslide

Bij het composteren van afval kan elektriciteit worden opgewekt.
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Gft-afval is een voorbeeld van niet-biologisch afbreekbaar afval.

A
juist
B
niet juist

Slide 21 - Quizvraag

Papier is biologisch afbreekbaar.

A
juist
B
niet juist

Slide 22 - Quizvraag

Om elektriciteit op te wekken, wordt onder andere gebruikgemaakt van biomassa, kernenergie, steenkool en waterkracht. Waardoor neemt de hoeveelheid koolstofdioxide in de lucht toe?
A
door gebruik van biomassa
B
door gebruik van kernenergie
C
door gebruik van steenkool
D
door gebruik van waterkracht

Slide 23 - Quizvraag

Welk effect hebben broeikasgassen in de atmosfeer?

A
Broeikasgassen houden een deel van de warmte-uitstraling van de aarde tegen
B
broeikasgassen tasten de ozonlaag aan
C
door de broeikasgassen bereikt een groter deel van de zonnestraling de aarde

Slide 24 - Quizvraag

Wat is recycling
A
een fiets
B
kringloop
C
hergebruik
D
vervuiling van lucht

Slide 25 - Quizvraag

voordeel van 'Recycling"

A
je hebt veel grondstoffen nodig
B
je kan het verbranden
C
het is niet duurzaam
D
besparen van energie bij het maken van apparaten

Slide 26 - Quizvraag

welk afval MOET je bij de milieustraat inleveren.
A
klein chemisch afval
B
groente en fruit
C
oud papier
D
plastic flessen

Slide 27 - Quizvraag

Wat voor een soort afval is plastic?
A
biologisch afval
B
niet-biologisch afval

Slide 28 - Quizvraag

plastic afval eten wij omdat
A
wij het recyclen en dan verwerken in de soep
B
het plastic goedkoop is
C
wij krijgen geen plastic via eten naar binnen
D
microplastic via vissen in ons eten komt

Slide 29 - Quizvraag

Maak nu de opdracht  5.05 Afval en Afvalverwerking

Tekst boek blz. 113 t/m 118
18
21
22
25
26
Werkboek blz. 72



Slide 30 - Tekstslide