3Basis - 3/3 - word order - chapter 4 - les 5

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Today
Start in Teams
Word order







Wednesday 
3
March

Goal: aan het einde van deze les weet hoe je de volgorde van een Engelse zin in elkaar steekt.

Slide 2 - Tekstslide

WORD ORDER

woordvolgorde

Slide 3 - Tekstslide

Wie doet wat waar wanneer?
         ow              ww                lv             plaats                    tijd

Slide 4 - Tekstslide

Stappenplan:
1. onderwerp                         WIE
2. werkwoord(en)               DOET
3. lijdend voorwerp            WAT
4. plaats                                  WAAR
5. tijd                                        WANNEER

De tijd kan ook aan het begin van de zin worden gezet!

Slide 5 - Tekstslide

Tijd (wanneer) kan ook aan het begin van de zin:
voor extra nadruk.

Slide 6 - Tekstslide

Shall we meet at 4pm on Monday?

Slide 7 - Tekstslide

TIP!
Zet de werkwoorden van de zin bij elkaar!

Ik heb gisteren heel veel friet gegeten.
I have eaten a lot of fries yesterday.

Slide 8 - Tekstslide

wie
doet
wat
waar
wanneer
The parents
bring
to football training

every Sunday

their son

Slide 9 - Sleepvraag

Wie
doet
wat
waar
wanneer
Jacky and Pete
aren't going
to the cinema
tonight

Slide 10 - Sleepvraag

wie
doet
wat
waar
wanneer
my little brother
bakes
a cake
in the kitchen
every weekend

Slide 11 - Sleepvraag

Wie
doet
wat
waar
wanneer
my sister
is going to do
at school
tomorrow
a presentation

Slide 12 - Sleepvraag

Slide 13 - Video

Choose the sentence with the correct word order.
A
Doesn't she go in the weekends out?
B
Doesn't she go out in the weekends?

Slide 14 - Quizvraag

Choose the sentence with the correct word order.
A
He swims every day in the canal.
B
He swims in the canal every day.

Slide 15 - Quizvraag

Correct word order:
Billy / to his friend /
five minutes ago / went
A
Billy went to his friend five minutes ago
B
Billy went five minutes ago to his friend
C
Billy five minutes ago went to his friend.
D
Five minutes ago Billy went to his friend

Slide 16 - Quizvraag

Choose the sentence with the correct word order.
A
My sister got married last year.
B
my sister got Last yearmarried.
C
My sister last year got married.

Slide 17 - Quizvraag

Choose the sentence with the correct word order.
A
We are never in a position to complain.
B
We never are in a position to complain.

Slide 18 - Quizvraag

Instructie
Zet de zinnen in de volgende dia's in de juiste volgorde. 
Let erop dat je begint met een hoofdletter en eindigt met een punt.

Slide 19 - Tekstslide

at school / volleyball / Sarah / on Wednesdays / plays

Slide 20 - Open vraag

a great book / is reading / Tom

Slide 21 - Open vraag

my house / on Friday / a film / at / often / watches / he

Slide 22 - Open vraag

yesterday / our car / sold / dad

Slide 23 - Open vraag

in winter / goes / my siter / skiing

Slide 24 - Open vraag

a new / bought / game / his brother / has

Slide 25 - Open vraag

late for school / is / never / Kim

Slide 26 - Open vraag

always / Kevin / sandwiches / eats / for lunch

Slide 27 - Open vraag

Well done!
Huiswerk: leer grammar E hoofdstuk 4

Slide 28 - Tekstslide