12.1 De aanmaak van hormonen V5 2122

Paragraaf 12.1 De aanmaak van hormonen
Endorfine
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Paragraaf 12.1 De aanmaak van hormonen
Endorfine

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 12
let op: de meeste leerstof staat in paragraaf 12.1 en 12.2
de overige paragrafen zijn vooral toepassing van deze stof op verschillende hormonen.
Je moet die toepassingen wel begrijpen en uit de BINAS kunnen achterhalen.
Ik leg alleen 12.1, 12,2 en een stukje van 12.3 klassikaal uit.

Slide 2 - Tekstslide

Doel 12.1
Je leert wat hormonen zijn
Je leert hoe de hormoonaanmaak centraal geregeld wordt


Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn hormonen
Signaalmoleculen, die worden aangemaakt door klieren zonder afvoerbuis, afgegeven aan en getransporteerd via het bloed, die elders in het lichaam, bij een doelwitorgaan een effect hebben

Slide 4 - Tekstslide

Wat zijn hormonen
Hormonen komen via de bloedsomloop overal in het lichaam maar hebben alleen bij het doelwitorgaan een effect.

Slide 5 - Tekstslide

Waarom reageren alleen de doelwitorganen?

Slide 6 - Tekstslide

Klieren
Hormoonklieren zijn endocrien. Dwz dat het product van de kliercellen aan het bloed wordt afgegeven.

Endo=binnen

bv testis, bijnieren, schildklier

Slide 7 - Tekstslide

Klieren
Sommige andere klieren zijn exocrien. Dwz dat het product van de kliercellen aan het uitwendige milieu wordt afgegeven (afvoerbuis).

Exo=buiten

bv zweetklieren, traanklieren, maagsapklieren

Slide 8 - Tekstslide

Gemengde klieren
De alvleesklier en de geslachtsorganen werken zowel endocrien als exocrien.
- Noem de exocriene en endocriene producten van de alvleesklier (je mag de BINAS gebruiken)

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeelden van hormoonklieren

Hypofyse
, hypothalamus, schildklier, bijschildklier, bijnieren,
alvleesklier , eierstokken (ovaria), zaadballen (testes)

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeelden van hormonen

LH, FSH, insuline, glucagon, ADH, renine, aldosteron, oestradiol, progesteron, testosteron

Slide 12 - Tekstslide

Centrale aansturing van hormonen

Slide 13 - Tekstslide

Hypothalamus
Zenuwcellen geven neurohormonen af.

Deze komen in de achterkwab van de hypofyse in de bloedbaan.

Slide 14 - Tekstslide

Hypothalamus
Zenuwcellen geven Releasing 
Hormonen (RH) en Inhibiting 
Hormonen (IH) af.


Deze komen in de hypothalamus in de bloedbaan en komen daarna in de voorkwab van de hypofyse

Slide 15 - Tekstslide

Hypofyse




In de voorkwab van de 
hypofyse wordt de hormoonaanmaak van hormonen gestimuleerd (RH) of geremd (IH). Deze hormonen gaan naar de rest van het lichaam.

Slide 16 - Tekstslide

Hypofyse
Achterkwab=
Neurohypofyse

Voorkwab=
Adenohypofyse

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeeld 
+
+
+

Slide 18 - Tekstslide

Hormonen
Sommige stoffen in onze omgeving (eten, drinkwater) lijken chemisch zo sterk op hormonen dat ze bij de doelwitcellen dezelfde reactie oproepen, of de receptoren blokkeren. Dit kan schadelijk zijn voor de gezondheid.

Genisteïne lijkt erg op oestradiol en kan vruchtbaarheidsproblemen veroorzaken, maar bij de overgang (= menopauze) juist botontkalking verminderen evenals hartproblemen en borstkanker (bron 4 blz. 128).

Slide 19 - Tekstslide

genisteïne
oestradiol

Slide 20 - Tekstslide

89A
Wat betekent resp.?


Slide 21 - Tekstslide

89A
Schrijf alle woorden op die je niet begrijpt.
Begrijpt je buurman/ buurvrouw ze ook niet?
Geef ze zometeen aan me door.


Slide 22 - Tekstslide

Doel 12.1
Je hebt geleerd wat hormonen zijn
Je hebt geleerd hoe de hormoonaanmaak centraal geregeld wordt

BINAS 89A Hormonen van de mens
BINAS 89B Werkingsmechanismen van hormonen in cellen
BINAS 89C Hormonen en hun terugkoppeling

Slide 23 - Tekstslide

Begrippen 12.1
hormoonklieren, endocriene klieren, exocriene klieren, doelwitorganen, hypofyse, hypothalamus, neurohypofyse, adenohypofyse, releasing hormonen, inhibiting hormonen, negatieve terugkoppeling, positieve terugkoppeling

Slide 24 - Tekstslide

Huiswerk
In de online methode/ in je boek.
Maak de opdrachten van 
12.1: 5 t/m 8 (bekijk de bronnen/ 
BINAS tabellen goed). 


Slide 25 - Tekstslide