week 10 les 2

Lezen 
timer
5:00
1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lezen 
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
- Leerdoel bespreken en filmpje bekijken (5 minuten). 

- Opdrachten maken (25 minuten)

- Afsluiter (5 minuten)

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel


Je leert video’s als bron gebruiken.

Slide 3 - Tekstslide

Uitleg leerdoel + filmpje
Zo gebruik je video’s als bron

- Luister goed naar zinnen die duidelijk maken hoe het verhaal is opgebouwd.
Bijvoorbeeld: Eerst vertel ik .... Daarna leg ik uit ... en op het eind bespreek ik ....
- Let op zinnen die een opsomming aankondigen. Bijvoorbeeld: Er zijn vier symptomen die je kunt herkennen ….
- Noteer hoofdzaken die extra benadrukt worden, bijvoorbeeld: Let op, dit is belangrijk:
- Noteer moeilijke woorden. Luister goed of er een definitie of een voorbeeld gegeven wordt en noteer deze ook.
- Als een spreker afsluit met een samenvatting van de hoofdzaken, controleer dan daarmee of je de belangrijkste punten hebt genoteerd.




Slide 4 - Tekstslide

Wat kun je doen om je goed te voelen?


We gaan een fragment bekijken. Daarna krijg je hier 6 vragen over. 

Slide 5 - Tekstslide

Wat zegt de presentator in de inleiding om duidelijk te maken wat ze gaat vertellen?

Slide 6 - Open vraag

Juiste antwoord: 

Ze stelt eerst een vraag 
(Hoe zorg je ervoor dat je je sterk en rustig kan blijven voelen?) 

en geeft daarna aan hoe ze die vraag gaat beantwoorden
 (Ik zal het uitleggen en zal je tips geven.)

Slide 7 - Tekstslide

Waarom zijn aan dit fragment tekeningen toegevoegd? Leg je antwoord uit.

Slide 8 - Open vraag

Juiste antwoord:


De tekeningen zorgen ervoor dat je de informatie beter onthoudt, omdat je het hoort én ziet. 

Slide 9 - Tekstslide

Voor welke doelgroep is dit filmpje gemaakt?
A
kinderen
B
volwassenen

Slide 10 - Quizvraag

Hoe zouden de makers het filmpje kunnen aanpassen om het geschikt te maken voor jongeren?

A
De tekeningen van volwassenen zouden veranderd kunnen worden in jongeren.
B
Het filmpje zou wat sneller kunnen (snelheid van spreken bijvoorbeeld).
C
A en B zijn goed.

Slide 11 - Quizvraag

Is thuisarts.nl een betrouwbare bron?
A
nee
B
ja

Slide 12 - Quizvraag

Praat met iemand.
Waarom?
A
Je voelt je dan niet alleen, je ziet oplossingen, hebt minder last van moeilijke momenten.
B
Dan pieker je niet, erna voel je je goed en ga je makkelijker om met problemen.
C
Dit helpt je om in evenwicht te blijven.

Slide 13 - Quizvraag

Voorbeelden van bewegen die werden genoemd:
A
karate
B
hardlopen
C
fietsen
D
fitness

Slide 14 - Quizvraag

Waarom weinig alcohol drinken?
A
Je voelt je dan niet alleen, je ziet oplossingen, hebt minder last van moeilijke momenten.
B
Dan pieker je niet, erna voel je je goed en ga je makkelijker om met problemen.
C
Dit helpt je om in evenwicht te blijven.
D
Daardoor worden problemen juist steeds groter.

Slide 15 - Quizvraag

Bekijk het eerste fragment.

Slide 16 - Tekstslide

Dit stukje eindigt met de zin ‘en daar zijn kinderartsen helemaal niet blij mee’. Waar zijn de kinderartsen niet blij mee?

Slide 17 - Open vraag

Juiste antwoord:
Dat energiedrankjes onder kinderen heel populair (‘een groot succes’) zijn.

Slide 18 - Tekstslide

Wie is de maker van deze video en wat is de bron?

Slide 19 - Open vraag

Is deze bron betrouwbaar?
A
ja
B
nee

Slide 20 - Quizvraag

Wat is het doel van het fragment?
A
Het doel van de video is informeren.
B
Het doel van de video is overtuigen.

Slide 21 - Quizvraag

Bekijk het tweede fragment.

Slide 22 - Tekstslide

Welke vier gevolgen van het drinken van energiedrankjes noemt de arts?
A
Hartkloppingen / Een op hol geslagen hart
B
Het is slecht voor je gewicht.
C
Je kunt er gaatjes van krijgen.
D
Je slaapt er slechter door, waardoor je je slechter kan concentreren.

Slide 23 - Quizvraag

Hoe word je in dit filmpje geholpen om de belangrijkste punten te onthouden?

Slide 24 - Open vraag

Juiste antwoord:

De belangrijkste woorden (zoals de effecten van energiedrankjes) komen in tekst in beeld.

Slide 25 - Tekstslide

Wat gebeurt er als je een energiedrankje drinkt? Noteer drie stappen.
Begin met: ‘Eerst …’, daarna ‘Dan …’ en de derde stap begint met ‘Vervolgens …’

Slide 26 - Open vraag

Het antwoord:
Stap 1 Eerst drink je een energiedrankje.

Stap 2 Dan krijg je een energieboost.

Stap 3 Vervolgens is de werking van het drankje voorbij en voel je je moe. (Zodat je weer naar stap 1 gaat.)

Slide 27 - Tekstslide

Hoe zou je in een schema kunnen laten zien dat de stappen zich herhalen?

Slide 28 - Open vraag

Bekijk het fragment

Slide 29 - Tekstslide

De video heeft als titel ‘Hoeveel suiker zit er in ons eten?’ Wordt deze vraag in de video beantwoord?
A
ja
B
nee

Slide 30 - Quizvraag

Hoe maakt de presentator duidelijk welke informatie belangrijk is?

Slide 31 - Open vraag

Juiste antwoord

Hij spreekt de woorden die belangrijk zijn heel duidelijk uit en laat ook dingen zien.

Slide 32 - Tekstslide

Waarom is ‘ongemerkt suiker’ gevaarlijker dan gewoon suiker, denk je?

Slide 33 - Open vraag

Juiste antwoord

Omdat je bij ongemerkt suiker niet door hebt dat je het eet, omdat je niet verwacht dat er veel suiker in zit (zoals in ketchup)


Slide 34 - Tekstslide

De presentator zegt: ‘Dat ongemerkte suiker is precies hoe fabrikanten je proberen te paaien.’

Wat betekent paaien?
A
overtuigen
B
tevredenstellen
C
voeden

Slide 35 - Quizvraag

Waarom is dit fragment in een laboratorium opgenomen, denk je?

Slide 36 - Open vraag

Het antwoord:
Eigen antwoord. Bijvoorbeeld:

Om te laten zien dat het een betrouwbaar experiment is.

Of: Omdat het leuk is om het op deze manier uit te leggen.

Slide 37 - Tekstslide

Is deze bron betrouwbaar?
A
ja
B
nee
C
hij betrouwbaar en onbetrouwbaar

Slide 38 - Quizvraag

Bekijk het fragment

Slide 39 - Tekstslide

Hoe kun je verslaafd raken aan een stappenteller?

Slide 40 - Open vraag

Antwoord: 

Je kunt verslaafd raken aan je stappenteller als die je leven bepaalt en je bijvoorbeeld steeds meer wilt presteren, ook al is dat niet goed voor je.

Slide 41 - Tekstslide

Zou jij meer gaan bewegen als je een stappenteller had? Leg je antwoord uit.

Slide 42 - Open vraag

Vind jij dat de mevrouw uit het interview verslaafd is? Leg uit.

Slide 43 - Open vraag

Eigen antwoord. Bijvoorbeeld:

Ja, ik vind deze mevrouw verslaafd, omdat ze niet kan stoppen met bewegen. Dat lijkt me niet gezond.
Of: Nee, deze mevrouw vind ik niet verslaafd, want als je verslaafd bent gaat het om iets wat heel slecht voor je is zoals roken of alcohol.

Slide 44 - Tekstslide

Afsluiter

Herhaling open en gesloten vragen d.m.v. Kahoot!

Slide 45 - Tekstslide