anatomie en fysiologie van de hersenen

Bouw en Werking van de  hersenen
1 / 54
volgende
Slide 1: Tekstslide
anatomieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 54 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Bouw en Werking van de  hersenen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen
  • je kan ik grote lijnen vertellen hoe het lichaam bestuurd wordt.

  • Je kan diverse gebieden in de  hersenen aanwijzen en de belangrijkste functies van die gebieden benoemen.

  • Je kan in grote lijnen vertellen wat het  limbisch systeem is.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al van het zenuwstelsel?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uit welke onderdelen bestaat het Centrale Zenuwstelsel
A
Grote hersenen
B
Grote hersenen en kleine hersenen
C
Grote hersenen en ruggemerg
D
Grote en kleine hersenen en ruggemerg

Slide 5 - Quizvraag

CSZ: cerebrum, diepcephalon truncus cerebri en cerebellum en medulla spinalis.
De thalamus, de hypothalamus, de hypofyse, de pijnappelklier (epifyse) en de derde ventrikel worden tot het diencephalon gerekend.
Hersenzenuwen: 12 Nervi Cranialis\31 ruggemerg zenuwen: nervi spinalis
Animaal: sensiblele deel (gewaarwording; ZINTUIGELIJKE PRIKKELS) en motorische deel: beweging: alle bewegingen: intentioneel en reflexen
Autonoom: gericht op homeostase: onbewus: sympoatisch en parasympathisch

Zenuwstelsel indeling: bouw
      Centrale zenuwstelsel                                                        Perifere zenuwstelsel
Indeling bouw: centraal zs en perifeer zs

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Centrale zenuwstelsel
Grote hersenen
Tussenhersenen
Hersenstam
Kleine hersenen
Ruggenmerg



Perifere zenuwstelsel
Hersenzenuwen
Ruggenmergzenuwen
Grensstreng
Zenuwen van het vegetatieve zenuwstelsel

ANATOMISCHE INDELING

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het zenuwstelsel is in te delen naar functie/ fysiologie. Hoe wordt het onwillekeurige zenuwstelsel genoemd?
A
Vegetatief
B
Animaal

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Uit welke 2 onderdelen bestaat het Vegetatieve zenuwstelsel en is hun functie?

Slide 12 - Open vraag

sympathisch en parasypmatisch
sleep de onderdelen van het lichaam naar het juiste zenuwstelsel
Parasympathisch zenuwstelsel 
Sympathisch zenuwstelsel 

Slide 13 - Sleepvraag

Onwillekeurig (vegetatief of autonoom)
Onwillekeurige processen, o.a.:
Bloeddrukregulatie
Regulatie van de darmactiviteit
Regulatie lichaamstemperatuur
Gladde spieren en klieren
Sympathische systeem is het actieve systeem
Stimuleert hartactiviteit en ademhaling
Bloedsuiker stijgt
Remt de spijsvertering

Parasympathische systeem is het passieve systeem
Ook wel het herstel systeem genoemd
Vertraagt hartactiviteit en ademhaling
Stimuleert de spijsvertering
Tegengestelde werking

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zenuwstelsel indelingen

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Richting van het signaal
Motorisch
  • Prikkels lopen van het CZS en naar de spieren
  • Sturen aan

Sensorisch
  • Prikkels lopen van het lichaam
      naar het CZS
  • Voelen

Samenwerking


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van een motorische neuron en welke richting gaat deze prikkel naar toe?
A
Omhoog en beweging
B
Omlaag en beweging
C
Omlaag en gevoel
D
Omlaag en gevoel

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de Latijnse benaming voor de grote hersenen?
A
Cerebellum
B
Cerebrum
C
Pons
D
Truncus Cerebri

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hersenen 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De hersenstam
Truncus cerebri
  • Verlengde merg
  • De pons 
  • De middenhersenen 

Ontspringen van hersenzenuwen
Basis functies;  ademhaling , hartslag, 
bloeddruk, spijsvertering enz.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De kleine hersenen  (cerebellum)
  • Coördineren houding, bewegingen  en 
motorische vaardigheden via de verbindingen met
de grote hersenen, de hersenstam en het ruggen-
merg. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De tussenhersenen (diencephalon)
Liggen tussen de hersenen en de hersenstam en bevatten twee belangrijke controlecentra:

  • De thalamus; is schakelstation voor sensorische zenuwen. Ontvangt, verwerkt en verstuurd.
  • De hypothalamus; controlecentra die lichaamstempratuur, bepaalde gedragingen dorst honger en slaap reguleren. Regelt ook de hormoonuitscheiding van het hersenaanhangsel (hypofyse)

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de functie van de grote hersenen?

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Anatomische indeling

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De fissura Media verdeelt de hersenen in een linker en een rechter hemisfeer

Slide 27 - Tekstslide

Li en re hemisfeer aan elkaar verbonden door het corpus Callosum en verbonden door hersenstelen (pedunculi cerebri) aan de hersenstam.
Spleet utssen beide hemisferen en tussen grote en kleine hersenen is een voortzetting van het harde hersenvlies en resp. falx cerebri en tentorium
Buitenoppervlak is onregelmatig.
Hemisferen zijn verbonden via

Slide 28 - Tekstslide

 occipitale kwab
(achterhoofdskwab)
Willekeur en emoties
Hersengebieden: elk (schors)gebied heeft haar eigen functie.
  Maar bedenk wel dat het brein als één geheel werkt.
De schorsgebieden vóór de centrale groeve hebben te maken
  met de bewuste bewegingen van je lichaam: de motoriek
De schorsgebieden achter de centrale groeve hebben te maken
  met de sensoriek: bewustwording van waarnemingen van de zintuigen

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Frontaalkwab
Occipitaalkwab
Parietaalkwab
Temporaalkwab
Tekst

Slide 30 - Sleepvraag

Buitenoppervlak van het cerebrum is onregelmatig. Elke hemisfeer wordt door een aantal fissurae (diepe sleuven in eht oppervlak) in 4 kwabben.
Oppervlakte bestaat uit een groot aantal groeven (sulci) en windingen (gyrus/ gyri)
Hierdoor is het oppervlak in het cerebrum vele malen groter dan wanneer het glad zou zijn geweest.
Zo is er meer plaats voor de cellichamen van de zenuwvellen in de dunnen buitenste kant van het cerebrum (cortex)
Hersenfuncties en lokalisatie:
Mototische deel: motorische centra
Sensibele deel: sensibele centra

Slide 31 - Tekstslide

beweging emoties geheugen taal gedrag eh persoonlijkheid

Slide 32 - Tekstslide

visus

Slide 33 - Tekstslide

gehoor spraak geheugen en emoties

Slide 34 - Tekstslide

lichamelijke sensaties
Men spreekt in de hersenen van grijze en witte stof. Wat is het en waar zit het?

Slide 35 - Open vraag

Grijze stof aan de buitenkant (hersenschors (cortex))
 en witte stof in het midden
Bestaat uit 2 hersenhelften (hemisferen)
Deze zijn opgedeeld in 4 kwabben: frontale kwab
(voorhoofdskwab), temporale kwab (slaapbeenkwab),
pariëtale kwab (wandbeenkwab),
Witte en grijze stof
Wit:
  • Meer myeline schede
  • Prikkelversnelling
  • Kern van de hersenen
  • Buitenkant van het ruggenmerg
  • Grotendeels het perifere zenuwstelsel

Grijs:
  • Meer dendrieten, synapsen en axonen
      zonder myeline schede
  • Prikkel gaat trager
  • Buitenkant van het cerebrum
  • De kern van het ruggenmerg
  • Grotendeels het centrale zenuwstelsel


Slide 36 - Tekstslide

Wit:
Meer myeline schede
Prikkelversnelling
Kern van de hersenen
Buitenkant van het ruggenmerg
Grotendeels het perifere zenuwstelsel
Grijs:
Meer dendrieten, synapsen en axonen
  zonder myeline schede
Prikkel gaat trager
Buitenkant van het cerebrum
De kern van het ruggenmerg
Grotendeels het centrale zenuwstelsel

Slide 37 - Tekstslide

De buitenste dunne laag in het cerebrum is de cortex (de hersenschros) deze bestaat uit zogeheten grijze stof. Dit komt door de aanwezigheid van de zenuwlichamen, (bevatten veel organellen).
Bij doorsnede in het cerebrum zie je 2 soorten weefsel zichtbaar: grijze stof aan de buitenzijde ( dat zijn cellichamen van der hersencellen) en witte stof aan de binnenzijde (rest van het hersenweefsel) dat zijn axonen (zenuwvezels die cellen over lange afstand met elkaar verbinden) de witte kleur komt door de witte myelinescheden/ mergscheden rond de axonen.
In het ruggemerg is de verdeling andersom. Zenwubanen in de vorm van axomen aan de buitenkant (witte stof) en cellichamen aan de binnenkant (grijze stof)

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Tekstslide

Motorische zenuwen kruisen mbv priamidebanen in de hersenstam: ter hoggte van het formane magnum
Sensibele zenuwcellewn kruisen ook maar in het ruggemerg zelf. De sensibele cellen cellen eindigen centraal in de hersenen met veel zenuwen en komen eerst langs het schakelcentrum de Thalamus.
Vanuit de thalamus worden prikkels overgeschakeld naar andere neuronen en via uitlopers naar de sensibele centra in de schors.
Prikkels vanuit de zintuigen gaan niet via ruggemerg maar via eigen hersenzenuw.

Slide 40 - Tekstslide

Motorische homunculus
Onder motorische homunculus wordt de projectie van het lichaamsschema op de primaire motorische schors verstaan.
De motorische homunculus. Het lichaamsoppervlak is hier somatotoop geprojecteerd op gedeeltelijk de sulcus centralis en de gyrus praecentralis (coronale doorsnede van de rechtergrotehersenhelft)
Door verschillende gebieden van de motorische schors in de gyrus praecentralis elektrisch te stimuleren konden Penfield en Rasmussen precies aangeven welke gebieden van de motorische schors met bewegingen van welke ledematen of gezichtspieren correspondeerden. Dit principe heet somatotope representatie. De motorische homunculus wordt uitgebeeld als een mannetje met grote handen, vingers, voeten en lippen dat ondersteboven tegen de motorische schors ligt gevlijd. De omvang van de ledematen van het mannetje beeldt de grootte van het corresponderende gebied in de motorische schors uit. Ook het primaire tastgebied van de hersenen in de aangrenzende gyrus postcentralis kent een soortgelijke somatotope representatie: dit is de somatosensibele homunculus.
Een homunculus is een representatie van lichaamsdelen in de motorische en somatosensorische cortex van de hersenen. Door middel van deze representaties is het mogelijk om onderscheid te maken tussen de verschillende hersendelen, bijvoorbeeld zodat je alle vingers los kunt aansturen, of zodat je weet dat je voeten op de grond staan.
 
Het gedeelte van de cortex dat wordt toegewezen aan een bepaald lichaamsdeel is afhankelijk van de mate waarin dit deel gebruikt wordt. Zo zijn de vingertoppen in de somatosensorische gebieden veel groter dan de armen, omdat ze vaak worden gebruikt om kleine details te voelen. Je kunt je wel voorstellen dat deze gebieden bij mensen die braille lezen nog groter zijn. In de motorische cortex is eenzelfde soort verdeling te zien, maar dan zijn er overrepresentaties van andere gebieden. Je kunt hierbij denken aan de representatie van de benen, die we gebruiken om ons te verplaatsen, zowel lopend als fietsend.
Opmerkelijk aan de homunculus is dat gebieden die dicht bij elkaar liggen op het lichaam ook dicht bij elkaar liggen in de homunculus. De representaties van de vingers liggen dus naast de representaties van de handen. Daarnaast is een homunculus eigenlijk een omgekeerd plaatje van het lichaam, want de voeten zijn in het dorsale gedeelte gerepresenteerd, en het gezicht juist in het ventrale gedeelte. Bovendien bevat een homunculus slechts representaties van de helft van het lichaam, zoals we vaak zien in de hersenen. Een homunculus in de linker hemisfeer heeft dus alleen representaties van rechter lichaamsdelen.
 
De sensibele en motorische groeve hebben allebei een zelfde volgorde van zenuwcellen: hoemeer cellen er gebruikt worden heo groter het orgaan of lichaams deel wordt weergegeven.

In de hersenen zitten 2 specifieke taalcentra. Welke zijn dit?

Slide 41 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Het taalcentrum van Broca zorgt voor begrip en betekenis van taal.

Slide 42 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Tekstslide

Complex: kennis van vocabuliare,. Kennis van grammatica van taal fijne motoriek van mond en keel en regulatie van de luchtstroom door larynx en farynx. Veel hersencellen nodig. Motorisch:L gyrus precentrlais: broca.. Spreken van taal. Beschadigt: moeilijkehden met spreken, schrijven vinden van woorden en vormen van zinnen bergrip is intact is mototische afasie
\productie enb begrip: meestal linker hemisfeer en heeft een zekere relatie met rechtshandigheid: 95% van rehandigen hebben het spraakcentrum links en 70% van de linkshandigen hebben het srtpaak centrum links.
Hoog in lobus temporalis Wernicke. Taal begrip: moeilijkehden met begrijpen van geschrevene ngesproken taal. Vloeiende spraak maar gaan samenhang of begrip; sensorische afasie.

Visuele Cortex

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Auditieve cortex

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Tekstslide

Heet zo omdat de cellen in de motorische centra heet groot zijn en hebben de vorm van een pirmaide. Piramide cel komt een axon, deze samen vormen een piramide baan die door de witte stof van de grote hersenen lopen naar de hersenstam. In het onderste deel van de hersenstam (medulla oblongata) kruisen ze elkaar.
Piramide banen: motorisch centra. Buiten piramide banen: extra piramidaal bevatten basale kernen in de hersene. Afzonderlijk van dit systeem lopen vanuit de basale kernen in de hersenstam naar het ruggemerg. (kernen extrpiramidaal: ziekte van parkinson en adnere beweginsstoornissen)
Is de zenuwbaan naar beneden waarmee de grote hersenen de spieren besturen: de baan vertelt wat de spieren moeten doen en houdt hun rustspanning (tonus) laag.
Die baan begint in de hersenschors en loopt omlaag via hersenstam naar het ruggenmerg. En intussen steekt hij over naar de overkant!
Een beschadiging van de piramidebaan ergens tussen begin en eind leidt tot spastische verlamming ook bij MS, dwarslaesie, ALS patiënten
Letterlijk betekent extrapiramidaal systeem: alle hersendelen buiten de piramidebaan. De piramidebaan is de route waarlangs vanuit de motorische hersenschors opdracht wordt gegeven om spieren te activeren, zodat een geplande beweging daadwerkelijk wordt uitgevoerd.
Toen men ontdekte dat prikkeling van andere hersendelen dan de piramidebaan ook tot beweging kon leiden, noemde men die gebieden het extrapiramidale systeem. Die term is niet anatomisch gedefinieerd. In de praktijk bedoelt men met het extrapiramidale systeem de basale ganglia: diep in de hersenen gelegen kernen die een rol spelen bij de motoriek. Ook het cerebellum (kleine hersenen) behoren tot het extrapiramidaal systeem en zijn belangrijk voor de motoriek. In tegenstelling tot wat men vroeger dacht, werken piramidebaan en extrapiramidale systeem niet onafhankelijk van elkaar, maar er bestaat een zeer intensieve samenwerking tussen deze gebieden. Stoornissen in de functie van het extrapiramidale systeem, oftewel de basale ganglia, kunnen ziekten als de ziekte van Parkinson, de ziekte van Huntington, het syndroom van Gilles de la Tourette, dystonia musculorum deformans, of symptomen als rigiditeit, bradykinesie (traagheid), tremor, chorea, athetose, tics of dystonie veroorzaken.
Lange uitlopers die uit de cellen an de beweginscentra komen (primaire motorische schors) komen samen tot grote centrw: piramide banen. Li en re lopen er banen door het centerale deel van de hersenen en ze kruisen elkaar in het onderstee deel van de hersenen (hersenstam) daarna lopen ze het lichaam in via het ruggemerg.
De extrapiramidale banen zijnn voor de finetuning en en spiertonis en voor het soepen laten verlopen met samenhang van de akties. Van de verschillende spiergroepen. Bv lopen.
Piramidaal: activering van spieren. Extapiramidaal: het gebeurt in goede samenhang en goede volgorde.

Basale kernen

Bestaan uit:
  • Stratum Dorsaal: nucleus caudatus (staartkern) en putamen (schil) 
  • De globus pallidus (bleke kern)
  • De nucleus subthalamicus (kern van Luys) 
  • De substantia nigra (zwarte kern) 

Slide 47 - Tekstslide


Basale ganglia
De basale ganglia bestaan uit een aantal subcorticale structuren, waarvan de caudate nucleus, het putamen en de globus pallidus de belangrijkste zijn. Deze groep structuren heeft verbindingen met heel veel delen van de cortex, maar vooral met de frontaalkwab. De basale ganglia worden daarom geassocieerd met het plannen van bewegingen, geheugen, emotie, redeneren en aandacht. Bij het niet functioneren van de basale ganglia ontstaan stoornissen zoals Parkinson en Huntington, twee ziektes die vooral betrekking hebben op het disfunctioneren van bewegingen.
De caudate nucleus en het putamen staan bekend als het striatum, en dit is de inputkern van de basale ganglia. Dit betekent dat ze informatie krijgen uit andere delen van de hersenen, en dan met name uit de cortex. De globus pallidus is de outputkern van de basale ganglia, en krijgt dus informatie van de caudate nucleus en het putamen. Deze informatie wordt vervolgens doorgestuurd naar de thalamus. De thalamus is vervolgens in staat om deze gegevens door te sturen naar de motorische en frontale gebieden in de cortex.
We hebben nu de structuren en verbindingen van de basale ganglia uitgelegd. Hoe deze verschillende structuren samenwerken is echter een heel ander verhaal, en niet zo makkelijk als je in eerste instantie zou denken. Logischerwijs zou activiteit van de cortex ervoor zorgen dat de basale ganglia actief worden. Dit zou er dan voor zorgen dat de thalamus actief wordt, en deze zou een beweging aansturen. Maar dit is dus niet het geval.
Het gedeelte van de thalamus waar de globus pallidus naar projecteert is namelijk altijd actief. Dat betekent dat dit gebied non-stop signalen stuurt naar de motorische cortex. In het dagelijks leven kan dit natuurlijk niet functioneren, omdat er nu eenmaal momenten zijn waarop we stil moeten zitten, of slechts een klein gedeelte van ons lichaam willen bewegen. Om tegen te gaan dat we altijd bewegen heeft de globus pallidus verbindingen met de thalamus. De globus pallidus werkt met de neurotransmitter GABA, die vooral inhibitoire receptoren heeft. Dit houdt in dat de globus pallidus alle activiteit van de thalamus tegenhoudt (dit noemen we inhiberen).
Bij het maken van een vrijwillige beweging komen er signalen uit de cortex naar de caudate nucleus en het putamen. Deze twee structuren kunnen vervolgens aan de globus pallidus vertellen dat het sommige signalen niet meer moet inhiberen. De globus pallidus wordt dan dus even ‘uitgezet’ voor het tegenhouden van deze bewegingen (de inhibitie wordt dus geinhibeerd, dit noemen we disinhibitie).
Auteur: Myrthe Princen
Gerelateerd Nieuws
Geen gerelateerde nieuwsberichten.
©2022 BrainMatters - RSS 2.0

De basale ganglia bestaan uit de nucleus caudatus (staartkern), het putamen (schil) en de globus pallidus (bleke kern). De nucleus subthalamicus (kern van Luys) en de substantia nigra (zwarte kern) worden vaak tot de basale kernen gerekend[4]. Dit gebruik is echter niet algemeen aanvaard[3][5]. De substantia nigra is in tegenstelling tot andere gebieden van de basale kernen, dieper in de hersenen gelegen in de hersenstam als onderdeel van de pedunculus cerebri (hersensteel). De basale kernen maken juist deel uit van de grote hersenen (telencephalon). In functioneel opzicht rekent men de substantia nigra echter toch tot de basale kernen.
Het putamen en de nucleus caudatus worden samen ook wel het neostriatum genoemd, terwijl de term corpus striatum (gestreept lichaam) slaat op de verzameling nucleus caudatus, putamen en globus pallidus. De globus pallidus en het putamen samen noemt men de nucleus lentiformis (lenskern). Ten slotte wordt de nucleus accumbens ook wel tot de basale ganglia gerekend. Dit kerngebied wordt ook wel het striatum ventrale genoemd, in tegenstelling tot het neostriatum. Sommigen menen dat er nog meer structuren, zoals de amygdala, tot de basale kernen behoren. De globus pallidus (bleke kern) wordt verder onderverdeeld in de pars interna (GPi) en de pars externa (GPe). De substantia nigra (zwarte kern) bevat twee kerngroepen: de pars compacta (SNc) en de pars reticulata (SNr). Het onderscheid tussen deze twee kerngroepen is van belang omdat zij in het geheel van banen (=regelkring), met als beginpunt de gebieden van de hersenschors, ieder een andere functie vervullen.
Lusvormige circuits


Wat doet het limbisch systeem?

Slide 48 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Functie van het limbisch systeem
Het limbisch systeem is betrokken bij emotie, motivatie, genot en het emotioneel geheugen. 

Slide 49 - Tekstslide

Het limbische systeem is van het Latijnse woord limbus dat 'rand' betekent. Het limbische systeem ligt aan de rand onder de hersenkwabben.
Alle centra die een rol spelen bij emotioneel gedrag,.
Oudste delen van de hersenschorsd evolutionair gezien. Zoogdierbrein: hippocampus, fornix, amygdala

In onderstaande linker afbeelding is een deel van dat limbische systeem blauw (hippocampus), groen (amygdala) en rood (hypothalamus) zichtbaar. Op de afbeelding rechts is een ander onderdeel van het limbische systeem afgebeeld dat boven de oogkassen ligt; de cortex orbitofrontalis (rood). Orbita betekent ook oogkas in het latijn.
Het limbische systeem strekt zich uit over zowel de linker als de rechter afbeelding. Links: Hippocampus en Fornix blauw Hypothalamus rood Amygdala groen
https://commons.wikimedia.org/wiki/File: Orbital_gyrus_animation2.gif reukzenuw. Speelt eenr ol bij gedrag, emotie en zorgt voor nageslacht. Het hele limbische systeem wordt gevormd door een groep hersenstructuren in de grote hersenen die betrokken zijn bij emotie, emotieregulering, emotioneel geheugen, genot en motivatie. Hier worden onder andere hormonen geproduceerd en wordt de temperatuur en de eetlust geregeld. Schade aan het limbisch systeem kan het hormonale systeem uit balans brengen. Het vermogen om honger of een gevoel van verzadiging waar te nemen is verminderd en emotionele reacties kunnen veranderen.

 
Onderzoekers vinden steeds meer hersengebieden die te maken hebben met emotie. Denk maar eens aan de walging. Onderzoekers hebben dat alleen één hersengebied gevonden: in de insula , dat wordt ook wel het eiland van Reil genoemd. Ook blijkt dat gebied aangewezen te worden als waar de intuïtie zit. Bij vrouwen is de insula groter dan bij mannen. Dat zou mede kunnen verklaren waarom vrouwen meer op intuïtie afgaan.
 
Het is goed voor te stellen dat als er verbindingen verbreken door hersenletsel, dit invloed kan hebben op de emoties of op emotieregulering. Alles is zo nauw verbonden in het brein. Sterker nog: de hersenen dat zijn wijzelf en zoals Descartes het al zei: "Ik denk, dus ik ben...”
Corticaal en subcorticaal en diencephalon
Het limbisch systeem bestaat onder andere uit gebieden die in de hersenschors liggen (corticale gebieden) en gebieden die onder de hersenschors liggen (subcorticale gebieden) naast gebieden uit de tussenhersenen (diencephalon).
 
De corticale gebieden binnen het limbische systeem zijn:
de cortex orbitofrontalis
de fornix (boogachtige structuur of vouw)
de hippocampus 
de gyrus cinguli 
het septum pellicidum.
De subcorticale gebieden die binnen het limbisch systeem liggen zijn:
de amygdala 
de nucleus accumbens.
De hersengebieden die tot de tussenhersenen, het diencephalon binnen het limbisch systeem worden gerekend zijn:
de hypothalamus
corpus mammilare.
Welke functie hebben deze gebieden?
De amygdala en de hippocampus, zorgen samen voor de  verwerking van emotionele herinneringen.
De amygdala codeert de emotie.
De hippocampus codeert de context; dat wil zeggen de mensen, de situaties, de dingen en waar iets plaatsvond. We hebben meer kans om informatie te onthouden als we er een gevoel of een emotie bij hebben. Dat is in sommige gevallen juist heel akelig als iemand angst heeft opgelopen en die herinnering als het ware is 'ingebrand' door de adrenaline.
 
De gyrus cinguli / cingulatus gyrus is een gordelwinding van de grote hersenen (geel in onderstaande afbeelding) en loopt als een ceintuur (cingel) om de hersenbalk (corpus callosum). Bush, Luu & Posner onderzochten het voorste deel van dit gebied (anterior cingulate cortex; ACC) en ontdekten deze functies:
Spontane emoties
De verwerking van positieve en negatieve bekrachtigers (beloning en straf)
Motivatie
Overigens is ook een gebied in de kleine hersenen, de para vermis betrokken bij beloning en strafcircuits.
Begrepen! SluitenI.v.m. EU wetgeving moeten wij om uw toestemming vragen en melden dat deze website gebruik maakt van functionele en statistieken cookies, die noodzakelijk zijn om deze site zo goed mogelijk te laten functioneren.+ gepersonaliseerde advertenties+ Medische disclaimer. Gaat u door dan accepteert u dit. U kunt cookies uitschakelen via onze tips op de pagina cookies en disclaimer Meer info
Kennissite gemaakt door professionals en ervaringsdeskundigen sámen. Erkend door zorgprofessionals en patiëntenorganisaties. Winnaar Gouden Speld van Verdienste voor opvallend goed werk voor mensen met hersenletselHet limbische systeem is van het Latijnse woord limbus dat 'rand' betekent. Het limbische systeem ligt aan de rand onder de hersenkwabben. Het hele limbische systeem wordt gevormd door een groep hersenstructuren in de grote hersenen die betrokken zijn bij emotie, emotieregulering, emotioneel geheugen, genot en motivatie. Hier worden onder andere hormonen geproduceerd en wordt de temperatuur en de eetlust geregeld. Schade aan het limbisch systeem kan het hormonale systeem uit balans brengen. Het vermogen om honger of een gevoel van verzadiging waar te nemen is verminderd en emotionele reacties kunnen veranderen.
In onderstaande linker afbeelding is een deel van dat limbische systeem blauw (hippocampus), groen (amygdala) en rood (hypothalamus) zichtbaar. Op de afbeelding rechts is een ander onderdeel van het limbische systeem afgebeeld dat boven de oogkassen ligt; de cortex orbitofrontalis (rood). Orbita betekent ook oogkas in het latijn.
3D image van de hersenen.  Image by lifesciencedb. BrianMSweis from Wikimedia Commons
Het limbische systeem strekt zich uit over zowel de linker als de rechter afbeelding. Links: Hippocampus en Fornix blauw Hypothalamus rood Amygdala groen
https://commons.wikimedia.org/wiki/File: Orbital_gyrus_animation2.gif
 
Onderzoekers vinden steeds meer hersengebieden die te maken hebben met emotie. Denk maar eens aan de walging. Onderzoekers hebben dat alleen één hersengebied gevonden: in de insula , dat wordt ook wel het eiland van Reil genoemd. Ook blijkt dat gebied aangewezen te worden als waar de intuïtie zit. Bij vrouwen is de insula groter dan bij mannen. Dat zou mede kunnen verklaren waarom vrouwen meer op intuïtie afgaan.
 
Het is goed voor te stellen dat als er verbindingen verbreken door hersenletsel, dit invloed kan hebben op de emoties of op emotieregulering. Alles is zo nauw verbonden in het brein. Sterker nog: de hersenen dat zijn wijzelf en zoals Descartes het al zei: "Ik denk, dus ik ben..."
 
Corticaal en subcorticaal en diencephalon
Het limbisch systeem bestaat onder andere uit gebieden die in de hersenschors liggen (corticale gebieden) en gebieden die onder de hersenschors liggen (subcorticale gebieden) naast gebieden uit de tussenhersenen (diencephalon).
 
De corticale gebieden binnen het limbische systeem zijn:
de cortex orbitofrontalis
de fornix (boogachtige structuur of vouw)
de hippocampus 
de gyrus cinguli 
het septum pellicidum.
De subcorticale gebieden die binnen het limbisch systeem liggen zijn:
de amygdala 
de nucleus accumbens.
De hersengebieden die tot de tussenhersenen, het diencephalon binnen het limbisch systeem worden gerekend zijn:
de hypothalamus
corpus mammilare.
Welke functie hebben deze gebieden?
De amygdala en de hippocampus, zorgen samen voor de  verwerking van emotionele herinneringen.
De amygdala codeert de emotie.
De hippocampus codeert de context; dat wil zeggen de mensen, de situaties, de dingen en waar iets plaatsvond. We hebben meer kans om informatie te onthouden als we er een gevoel of een emotie bij hebben. Dat is in sommige gevallen juist heel akelig als iemand angst heeft opgelopen en die herinnering als het ware is 'ingebrand' door de adrenaline.
 
De gyrus cinguli / cingulatus gyrus is een gordelwinding van de grote hersenen (geel in onderstaande afbeelding) en loopt als een ceintuur (cingel) om de hersenbalk (corpus callosum). Bush, Luu & Posner onderzochten het voorste deel van dit gebied (anterior cingulate cortex; ACC) en ontdekten deze functies:
Spontane emoties
De verwerking van positieve en negatieve bekrachtigers (beloning en straf)
Motivatie
Overigens is ook een gebied in de kleine hersenen, de para vermis betrokken bij beloning en strafcircuits.
 
Afbeelding 3 zie bronlijst/ picture 1 se footnotes
De cortex orbitofrontale (onderdeel van de prefrontale schors) is betrokken bij redeneren, plannen en beslissingen nemen op basis van informatie die het krijgt uit andere breinstructuren (geluid-, smaak- geur- tast- en visuele informatie (uit het secundaire visuele gebied slaapkwab of temporale kwab). Volgens Antonio Damasio van de Universiteit van Iowa is de cortex orbitofrontale belangrijk voor het nemen van affectieve beslissingen.
Mensen met letsel in dit gebied hebben volgens Damassio vaak een onvermogen om emotionele prikkels te evalueren en/of beslissingen te nemen aan de hand van feedback (terugkoppeling) van sociaal-emotioneel relevante informatie.
Als in dit stukje hersenen zoveel input komt van zintuiglijke prikkels, én dit stukje brein o.a. emotionele prikkels moet evalueren is het bijna niet verwonderlijk dat het bij een deel van de mensen met overprikkeling bij hersenletsel effecten heeft op de emoties.
Letsels in dit gebied kunnen een scala aan gevolgen hebben zoals een ontremming in gedrag. Er kunnen problemen zijn als de relatie tussen de stimulus en de bekrachtigers omgekeerd zijn. dan wordt beloning juist straf en straf wordt beloning. Op onderstaande afbeelding lichtblauw.
Afbeelding 4 zie bronlijst /Picture 2 see footnotes
 
 
Het septum pellucidum ligt onder de hersenbalk in het midden van de hersenen, tussen beide hersenhelften. Het lijkt een tussenstation tussen cognitieve processen (cortex en hippocampus) en emotionele processen (amygdala en hypothalamus). Het septum pellucidum is op onderstaande afbeelding lichtgroen.
Afbeelding 5 zie bronlijst /Picture 3 see footnotes
Het niet-functioneren van verbindingen vanuit de kleine hersenen met de hersenschors en het limbische systeem lijken de oorzaak van, bijvoorbeeld, de emotionele problemen die mensen met letsel in de kleine hersenen kunnen ervaren. Dit wordt CCAS; Cognitief Cerebellair affectief syndroom genoemd.
De fornix is een gebogen bundel zenuwuitlopers. Fornix is Latijn voor boog. Het verbindt het corpus mammillare en de hippocampus.
De fornix is belangrijk bij:
gevoelens
leerprocessen
geheugen
motivering
Het verzendt geheugensteuntjes van de hippocampus naar diepere hersengebieden.
Letsel in dit gebied kan zorgen voor:
Problemen met het lange termijn geheugen. Met name de details van gebeurtenissen uit het verleden. In mindere mate geheugenproblemen voor het herinneren van voorwerpen. Het geheugen voor bekende situaties lijkt ook in mindere mate beschadigd te zijn dan die van gebeurtenissen in het leven.
Problemen met het leren van nieuwe routes.
Problemen met de ruimtelijke oriëntatie.
Afbeelding 4 zie bronlijst /Picture 2 see footnotes
 

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderdelen limbisch systeem
  • Fornix: verbindt de hippocampus met de hypothalamus en bevat allerlei vezels
  • Hypothalamus : reguleert autonome zenuwstelstel, slaap-waakritme, etc.
  • Gyrus cinguli: betrokken bij evaluatie beloning en straf
  • Amygdala; betrokken bij agressie en angst
  • Orbifrontale cortex: betrokken bij het nemen van beslissingen en affectieve leerprocessen

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 52 - Tekstslide

Geheugenvorming
De hippocampus is de structuur van de hersenen dat het meest nauw betrokken is bij geheugenvorming. Het is bekend als de opslagplaats voor het lange termijn geheugen, en is vervolgens betrokken bij het wegschrijven van herinneringen van het lange-termijn geheugen naar het permanente geheugen. De hippocampus speelt ook een belangrijke rol in de ruimtelijke oriëntatie.© Hersenletsel-uitleg Kopieer niet onze tekst. We zenden cookies mee als u kopieert en plakt. en u kunt dan juridische tegenmaatregelen tegemoet zien.
 
Context van herinneringen en ervaringen
De hippocampus is zeer betrokken bij het organiseren van wat je je in je geest bij iets voorstelt. Dus de context van herinneringen zoals zij dus werden ervaren. De hippocampus is erg belangrijk voor het kunnen verbinden van ervaringen met andere ervaringen in een een soort van netwerk van herinneringen. Zelfs voor de volgorde van je herinneringen is de hippocampus verantwoordelijk.
Letsel in de hippocampus: 
inprenten /geheugen opslag problemen
onthouden /lange termijn geheugen problemen
ruimtelijke desoriëntatie
specifieke vorm van agnosie, zoals onder andere smaak en geuragnosie© Hersenletsel-uitleg Kopieer niet onze tekst. We zenden cookies mee als u kopieert en plakt. en u kunt dan juridische tegenmaatregelen tegemoet zien.
Klassieke symptomen van de ziekte van Alzheimer; geheugenverlies en desoriëntatie, worden in verband gebracht met atrofie (afname van weefsel) van de hippocampus.
Atrofie van de hippocampus is ook gelinkt aan depressie, bipolaire stoornis en schizofrenie, zelfs aan chemotherapie in het verleden (chemobrein). Nieuwe studies zeggen dat stilte aanmaak van nieuwe cellen in de hippocampus kan bevorderen.
 
Mensen met hersenletsel aan de hippocampus kunnen vaak niet benoemen waarvoor ze angstig zijn als ze angstig zijn, maar kunnen wel een onbewuste reactie van angst voelen.
Beide zijden van de mediale zij van de lobus temporalis. En deel van het limbisch systeem. Pel voor autobiografische geheugen (geuren, geluiden, hoe bekenden er uit zien. . De hippocampus campus combineert dit tot 1 samenhangend beeld.
Beschaiding hier: agnosie en apraxie.


Amygdala `is een amandelvormige kern van neuronen. Er zijn twee amygdalae, die diep in de temporale kwab van de hersenen liggen en deel uitmaken van het limbisch systeem. Er bestaan veel verbindingen met de nabijgelegen cortex orbitofrontalis en ventromediale prefrontale cortex. Dit circuit speelt een centrale rol bij de verwerking van weerzinwekkende prikkels en regulatie van angst.[6]
De amygdala legt verbanden tussen informatie die van verschillende zintuigen afkomstig is en koppelt deze aan emoties. Bij iedere nieuwe situatie bepaalt het individu welke emotionele reactie het meest zinvol is. Daarbij reageert de amygdala bijvoorbeeld ook op de gezichtsuitdrukking van soortgenoten. De reactie van de amygdala op prikkels die angst veroorzaken kan snel en volledig automatisch (dat wil zeggen reflexmatig) plaatsvinden.
Met name de rol bij angstreacties is bekend, maar de amygdala lijkt ook betrokken te zijn bij andere emoties,[7] zoals agressie en seksueel gedrag. Door een bepaalde situatie een emotionele waardering te geven (en als zodanig in het geheugen vast te leggen), kan het individu een toekomstige soortgelijke situatie gemakkelijker herkennen en daar gepast op reageren (bijvoorbeeld met een vecht- of vluchtreactie).
Diep in de hersenen en aan de mediale zijde van temporale kwab.


HypothalDe hypothalamus ligt vlak boven de hypofyse, net boven de kruising van de oogzenuw en is onderdeel van het limbisch systeem, het deel van de hersenen dat te maken heeft met emotie, motivatie, genot en het emotioneel geheugen.
De hypothalamus speelt een belangrijke rol in ons dagelijks functioneren. De hypothalamus regelt het autonome zenuwstelsel, dat een groot aantal onbewuste lichaamsfuncties reguleert. Via het ruggenmerg wordt vanuit de hypothalamus informatie naar en van verschillende organen doorgegeven. De hypothalamus stuurt ook de hypofyse aan. 
De hypothalamus en de hypofyse zijn met de hypofysesteel met elkaar verbonden. De hypothalamus 'meet' of er voldoende van een bepaald hormoon in het bloed aanwezig is. Wanneer het lichaam meer of minder van een bepaald hormoon nodig heeft, geeft de hypothalamus de hypofyse een seintje. Dat gaat met behulp van hormonen.
Sommige van deze hormonen stimuleren de afgifte van hypofysehormonen, andere remmen de afgifte van hypofysehormonen. Zo wordt het evenwicht in het lichaam weer hersteld.
De hypothalamus is een belangrijk centrum voor de temperatuurregulatie van het lichaam, het honger- en dorstgevoel, het dag- en nachtritme (de biologische klok), het emotioneel gedrag en het geheugen. Samen met de hypofyse regelt de hypothalamus o.a. ons eetgedrag, onze temperatuur en vochtbalans.
De hypothalamus maakt zelf ook een hormoon aan, namelijk het anti-diuretisch hormoon (ADH), dat, via de achterkwab van de hypofyse, naar de nieren gestuurd wordt. Daar moet het ervoor zorgen dat er niet teveel water in de urine komt.


Deel van hypothalamus: epithalamus: pijnappelklier die melatonine aanmaakt, rol dag nachtritme. En speelt ws een rol bij geslachtrijpheid en seksuele fnctie. 

Hypothalamus en hypofysie bevateen regelcentrum voor vegetatieve functies. (AH, Temp, Hartslag) werking op endocriene klieren. 
 amus: 
Zijn er nog vragen?

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tips en Tops over de les

Slide 54 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies