Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Toetsstof T03
Toetsstof T03
Duits
1 / 23
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
In deze les zitten
23 slides
, met
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Toetsstof T03
Duits
Slide 1 - Tekstslide
Lernwortschatz (woorden)
In Arbeitsbuch (S. 12, 13, 20, 21, 28, 29) van DU-NL en NL-DU!
Je leert dus alle woorden beide kanten op!
Lektion 28, 29 und 30
Slide 2 - Tekstslide
Let op de hoofdletters!
Slide 3 - Tekstslide
Grammatik
Lektion 28, 29 und 30
Slide 4 - Tekstslide
Demonstrativartikel 'dies-' im Nominativ
demonstrativ = aanwijzend
dies- = deze/dit
dies- valt onder de der-groep!
Slide 5 - Tekstslide
der-Gruppe met uitgangen
m v o mv
1e der Mann die Frau das Kind die Freunde
dies
er
Mann dies
e
Frau dies
es
Kind dies
e
Freunde
dies- valt onder de der-groep!
Slide 6 - Tekstslide
Personalpronomen im Dativ
= persoonlijk voornaamwoord in de derde naamval
Sie konnte es
dir
nicht sagen.
Zij kon het jou niet vertellen.
Ich habe
ihm
noch eine Postkarte geschrieben.
Ik heb hem nog een kaart geschreven.
Slide 7 - Tekstslide
schmecken
gefallen
gehören
helfen
zuschauen
zuhören
gut gehen (es)
zeigen
erklären
geben
kaufen
Verben mit dativ herkennen
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
ich
hätte
du
hättest
er/sie/es
hätte
wir
hätten
ihr
hättet
sie/Sie
hätten
Konjunktiv 2: haben
Slide 10 - Tekstslide
bestimmter Artikel + Adjektiv im Nominativ
bepaald lidwoord + bijvoegelijk voornaamwoord in 1e nv
=
Slide 11 - Tekstslide
Het bijvoeglijk naamwoord in de 1e naamval
M
V
O
MV
1e
der
+e
die
+e
das
+e
die
+en
De
groene
Pullover ist schön
ond dus -> 1e nv mannelijk = der grün
e
Pullover
mannelijke woorden
Slide 12 - Tekstslide
Het bijvoeglijk naamwoord in de 1e naamval
M
V
O
MV
1e
der
+e
die
+e
das
+e
die
+en
De
lieve
Großmutter hat eine Katze.
ond dus -> 1e nv vrouwelijk= die lieb
e
Großmutter
vrouwelijke woorden
Slide 13 - Tekstslide
Het bijvoeglijk naamwoord in de 1e naamval
M
V
O
MV
1e
der
+e
die
+e
das
+e
die
+en
Het
kleine
Kind hat ein Bett.
ond dus -> 1e nv onzijdig = das klein
e
Kind.
onzijdige woorden
Slide 14 - Tekstslide
Het bijvoeglijk naamwoord in de 1e naamval
M
V
O
MV
1e
der
+e
die
+e
das
+e
die
+en
De
mooie
Flamingos haben lange Beine.
ond dus -> 1e nv meervoud = die schön
en
Flamingos
meervoud woorden
Slide 15 - Tekstslide
bestimmter Artikel + Adjektiv im Akkusativ
bepaald lidwoord + bijvoegelijk voornaamwoord in 4e nv
=
Slide 16 - Tekstslide
Het bijvoeglijk naamwoord in de 4e naamval
Der Pullover hat (de
oranje
) Streifen.
lv +4e nv m = den orang
en
Streifen
mannelijke woorden
M
V
O
MV
1e
der
+e
die
+e
das
+e
die
+en
4e
den
+en
die
+e
das
+e
die
+en
Slide 17 - Tekstslide
Het bijvoeglijk naamwoord in de 4e naamval
M
V
O
MV
1e
der
+e
die
+e
das
+e
die
+en
4e
den
+en
die
+e
das
+e
die
+en
Meine Großmutter kennt (de
lieve
) Katze.
lv +4e nv v = die lieb
e
Katze
vrouwelijke woorden
Slide 18 - Tekstslide
Het bijvoeglijk naamwoord in de 4e naamval
Das Kind hat (het
oude
) Bett bekommen.
lv +4e nv o = das alt
e
Bett
onzijdige woorden
M
V
O
MV
1e
der
+e
die
+e
das
+e
die
+en
4e
den
+en
die
+e
das
+e
die
+en
Slide 19 - Tekstslide
M
V
O
MV
1e
der
+e
die
+e
das
+e
die
+en
4e
den
+en
die
+e
das
+e
die
+en
Het bijvoeglijk naamwoord in de 4e naamval
Die Flamingos haben (de
korte
) Beine.
lv +4 mv = die kurz
en
Beine.
meervoud woorden
Slide 20 - Tekstslide
ich
durfte
konnte
musste
sollte
wollte
du
durftest
konntest
musstest
solltest
wolltest
er/sie/es
durfte
konnte
musste
sollte
wollte
wir
durften
konnten
mussten
sollten
wollten
ihr
durftet
konntet
musstet
solltet
wolltet
sie/Sie
durften
konnten
mussten
sollten
wollten
Modalverben Präteritum = modale werkwoorden in verleden tijd
dürfen
(mogen, toestemming hebben)
können
(kunnen, in staat zijn tot)
müssen
(moeten, noodzaak)
sollen
(moeten, bevel, advies)
wollen
(willen)
Slide 21 - Tekstslide
Lezen
Slide 22 - Tekstslide
Tips:
'Feesttenten'
Oefeningen uit het boek bekijken + eventueel nog een keer oefenen
Oefenen met werkbladen
Oefeningen op internet
Slide 23 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Les 11 (28 januari, week 5)
27 dagen geleden
- Les met
12 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Introductie Bijvoeglijk Naamwoord
September 2024
- Les met
34 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 3
Les 13 (3 februari, week 6)
22 dagen geleden
- Les met
12 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Introductie Bijvoeglijk Naamwoord
September 2024
- Les met
41 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 3
Introductie Bijvoeglijk Naamwoord 3ha
November 2021
- Les met
43 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 3
Naamvallen: bijvoeglijk naamwoord
Augustus 2022
- Les met
39 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-5
Lesplan/ Gram/ 3v Naamvallen: bijvoeglijk naamwoord
Maart 2022
- Les met
42 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Wiederholung Tweede Naamval
23 dagen geleden
- Les met
15 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5