NASK 1 H6 Warmte

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo g, t, mavo
• Leerjaar 3

VANDAAG

HERHALEN:    Hoofdstuk 6 Warmte

6.1 Warmte en temperatuur

Energie-stroom diagram

Diagram waarin een energieomzetting wordt weergegeven:

Links soort energie die apparaat opneemt, 

rechts soort energie die apparaat afstaat

Warmte berekenen

Omdat een elektrische bron alle energie omzet in warmte , kun je de hoeveelheid warmte berekenen met: Q =E = P x t

Q = Warmte in Joule

E = Elektrische energie

P = Vermogen in Watt

T = Tijd in seconde

omrekenen Kelvin - ^oCelsius

6.2 Brandstoffen verbranden

Volledige en onvolledige verbranding

Volledige verbranding aardgas    (blauwe vlam)

• Voldoende zuurstof
  
•  Methaan + zuurstof ==> koolstofdioxide (CO2) + water (H2O)
  

Onvolledige verbranding aardgas    (oranje vlam)

• Onvoldoende zuurstof
• Methaan + (weinig) zuurstof ==> koolstofmono-oxide (CO) + water (H2O)
  

Verbrandingswarmte

verbrandingswarmte van 30 MJ/kg betekent:

Er komt van 1 kg steenkool 

30 MJ warmte vrij

(MJ = mega joule = 1.000.000 J) 

30 MJ/m3 betekent:  er komt van 1 m3 gas 30 MJ warmte vrij

6.3 Warmtetransport

Absorberen

• Betekend: Het in zich opnemen

• Donkere voorwerpen absorberen een groot deel van de straling 

• => Voorwerp wordt warm

Weerkaatsen

• Betekend: Terug laten komen in omgekeerde richting

• Lichte en glanzende voorwerpen kaatsen deze straling grotendeels terug

• => Voorwerp wordt minder warm

Isolatie kan warmte binnen houden.

Of warmte buiten houden. 

6.4

Warmteverlies op een foto

Met behulp van een infrarood-camera kun je het warmteverlies van een huis laten zien.

Hoe dichter de kleur bij het rood komt op de rechter balk  hoe meer verlies.

Isolatie

Buiten is het vaak kouder dan binnen. De warme lucht wil dus van binnen naar buiten. 

Als je je huis goed isoleert heb je dus minder warmteverlies.

Isolatie

Isolatiemateriaal bestaat uit kleine luchtzakjes. Lucht is een slechte warmtegeleider, en dus een goede isolator!

Pak je telefoon

uit de bak

Inloggen bij lessonup.app

Wat is de formule om het energieverbruik te berekenen?

1. E = P : t
2. E = t : P
3. E = P x t

Een lamp van 50 W brandt van 18.00 tot 21.30 uur. Bereken het energieverbruik.

P = 50 W t = 3,5 h

1. 175 J
2. 630 000 J
3. 175 kWh
4. 630 000 kWh

Van welke factoren hangt het vermogen van een elektrisch apparaat af?

1. Stroomsterkte en tijd
2. Vermogen en spanning
3. Spanning en tijd
4. Spanning en stroomsterkte

Warmtebron

Warmte

Elektrische energie

Energieomzetting

Soort energie waarop elektrische apparaten werken

Soort energie die door een warmtebron wordt geleverd

Verandering van de ene soort energie in een andere soort energie

Voorwerp of apparaat dat wamte levert

Steenkool heeft een verbrandingswarmte van 29 MJ/kg.
Wat betekent dit?

1. 1 MJ warmte nodig is om 29 kg steenkool te verbranden.
2. 29 MJ warmte nodig is om 1 kg steenkool te verbranden.
3. 1 MJ warmte vrijkomt bij verbranding van 29 kg steenkool.
4. 29 MJ warmte vrijkomt bij verbranding van 1 kg steenkool.

Marcella gaat een kampvuur maken met 700 gram hout (verbrandingswarmte 16 MJ/kg), hoeveel warmte komt er vrij als ze al het hout verbrand?

1. 22 857 143 J
2. 11 200 J
3. 11 200 000 J
4. 22857 J

De verbrandingswarmte van biogas is 21 MJ/m3. Hoeveel verbrandingswarmte zit er in 12,5 m3 biogas?

1. 263 MJ
2. 263 kJ
3. 1,68 MJ
4. 1,68 kJ

een radiator verwarmt een kamer. van welke vorm van warmtetransport is hier sprake?

1. stroming
2. geleiding
3. straling
4. er is geen warmtetransport

In het glas is er warmtetransport door

1. Geleiding
2. Stroming
3. Straling
4. Geen

In welke toestand kan warmtetransport door stroming niet plaatsvinden?

1. vast
2. vloeibaar
3. gas

Welke vorm van warmtetransport gebruikt de zon om de aarde te verwarmen?

1. geleiding
2. stroming
3. straling

Wat is waar over voorwerpen die warmte absorberen?

1. Deze voorwerpen zijn licht van kleur, meestal wit, en hebben een glanzend oppervlak
2. Deze voorwerpen zijn donker van kleur, meestal zwart, en hebben een glanzend oppervlak
3. Deze voorwerpen zijn licht van kleur, meestal wit, en hebben een mat oppervlak
4. Deze voorwerpen zijn donker, meestal zwart, en hebben een mat oppervlak

Wie heeft gelijk en waarom?

Wie heeft gelijk en waarom?

De kachel geeft vooral warmte af door...

1. Warmtestraling
2. Warmtestroming

Hoe kun je goed warmte isoleren?

1. Dubbele glazen in het raam
2. Metalen muren in je huis hebben
3. Buiten koken
4. Lucht tussen de muur

Waar zien we een voorbeeld van GELEIDING bij een pan met kokend water?

1. Vanaf het vuur naar de omgeving
2. In het water
3. In de steel van de pan

Warmteverlies door straling ga je tegen

1. Door het vasthouden van de warme lucht
2. Door te isoleren.
3. Door de warmte terug te kaatsen.
4. Door luchtstroming te verminderen.

Warmtestraling

1. Moet altijd door een tussenstof
2. Gaat niet door een tussenstof