Leertaak 10.1 Gehandicaptenzorg les 4

Leertaak 10.1 les 4 autisme
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 8 videos.

Onderdelen in deze les

Leertaak 10.1 les 4 autisme

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
Wat is autisme spectrum stoornis (ASS)
Oude benamingen (asperger, pdd-nos, rett, klassiek autisme)
Prikkelverwerking
communicatie
Theorieën rondom autisme
Begeleiding (geef me de vijf, teacch)

Slide 2 - Tekstslide

Iemand ervaring met clienten met autisme of prive gerelateerd?

Slide 3 - Woordweb

Autisme spectrum stoornis
autisme betekent letterlijk 'eenzelvigheid'
Autisme is een pervasieve ontwikkelingsstoornis. (pervasief = niet te genezen en diep doordringend)
Informatie verwerkingstoornis
ASS
Veel variatie 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Oude benamingen DSM IV

Slide 6 - Tekstslide

Autisme volgens DSM V
Autisme spectrum stoornis (ASS)
  1. Beperkingen in de sociale communicatie en interactie
  2. Repetitief gedrag en specifieke interesses

Mate van ernst: niveau 1, 2 en 3
Van weinig ondersteuning (1) tot veel ondersteuning (3)

Slide 7 - Tekstslide

Oorzaak ASS
Steeds meer onderzoek 
Hersenen
Uit onderzoek blijkt dat ASS ongeveer 90% erfelijk is
80% heeft naast autisme ook een verstandelijke beperking

Slide 8 - Tekstslide

Hoofdkenmerken
1. Beperking in de sociale interactie en communicatie
  • Beperkingen in sociale actie
  • Beperkingen in communicatie en taalgebruik
  • Beperkingen in het beeldend (voorstellings) vermogen

    2. Repetitief gedrag en specifieke interesses
  • Opvallende beperkte interesses, gedachten, bezigheden, gehechtheid aan voorwerpen
  • Over of onder gevoeligheid voor bepaalde zintuigelijke prikkels

Slide 9 - Tekstslide

Beperking in sociale interactie
  • Geen interactie
  • Niet begrijpen, aanvoelen van andere mensen
  • problemen met ontwikkelen, onderhouden en begrijpen van relaties 

Slide 10 - Tekstslide

Beperkingen in de communicatie en taalgebruik
Niet of nauwelijks spreken
Gebarentaal en mimiek is vaak lastig
monotoon praten
woorden verzinnen
napraten
veel herhalingen
persoonlijke voornaamwoorden verwisselen

Slide 11 - Tekstslide

Beperking in beelden en voorstellend vermogen
Moeite met het maken van een voorstelling​ van iets wat nog moet komen of wat er niet is​​
Geen of juist teveel fantasie  



Slide 12 - Tekstslide

Repetitief gedrag en specifieke interesse
Opvallend beperkte interesses/ gedachten/ bezigheden / gehechtheid aan voorwerpen​

Slide 13 - Tekstslide

Over of onder gevoeligheid voor zintuigelijke prikkels
Tactiele prikkels​

Evenwichtsprikkels​ 
Visuele prikkels​
Auditieve prikkels


Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Wat valt je op in de documentaire?

Slide 16 - Open vraag

​Lastige diagnose vanwege kenmerken:​
  • Contactproblemen​
  • Communicatieproblemen​
  • Motorische problemen​
  • Reacties op zintuiglijke prikkels​
  • Moeilijk begrijpen van sociale situaties​
  • Dwangmatig gedrag​
Puberteit​:
  • Groot risico op epilepsie​
  • Problemen met ongewenst en grensoverschrijdend gedrag​
  • Toename zelfverwondend en agressief gedrag​
  • Verhoogde kans op depressie
Autisme en verstandelijke beperking

Slide 17 - Tekstslide

Zus van einstein
Zelf kijken!

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Asperger
Ernstige relatiestoornis of sociale stoornis​

Weerstand tegen veranderingen​
Opvallend dwangmatig en stereotiep gedrag​
Intense en meer dan normale interesse in bepaalde dingen​
 Normale tot hoge intelligentie



Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Syndroom van Rett
Zeldzame neurologische aandoening​

Vooral bij meisjes​
Ontwikkeling eerst normaal dan terugval (regressie)​
Ernstige verstandelijke beperking​
Kleine schedelomvang​
Verlies van sociale betrokkenheid​
Ontwikkeling van stereotype handbewegingen​
Ernstige taalbeperking​
Slechte coördinatie 







Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Verloop RETT
Fase 1: normaal tot 18 mnd (knik in de ontwikkeling)​

Fase 2: ​
verworven vaardigheden gaan achteruit (spraak, intelligentie, motoriek)​
Keert in zichzelf (autistisch gedrag)​
Stereotype handbewegingen​
Soms epilepsie​
Snel geïrriteerd, moeilijk te hanteren​
Fase 3: bij ongeveer 10 jaar; gedrag verbetert​
Fase 4: op latere leeftijd, niet iedereen bereikt deze fase, motorische achteruitgang







Slide 24 - Tekstslide

PDD NOS
Beperking in de ontwikkeling van sociale vaardigheden en/of​

Beperking in verbale en non-verbale communicatievaardigheden​
Stereotiep gedrag​
Voldoet niet aan criteria voor autisme (tekortkomingen kunnen erg afwijkend zijn van klassiek autisme)


Slide 25 - Tekstslide

Theorieen over autisme
Theorie of Mind
Centrale coherentie
Executieve functies

Slide 26 - Tekstslide

Theorie of mind
Problemen met het innerlijk van een ander begrijpen en hier rekening mee houden, ook het innerlijk van jezelf herkennen, kunnen verwoorden en er naar handelen​


“Kim wil vaak graag met Bram spelen. Bram wil dit vaak niet en als hij dit wel wilt, moet Kim precies doen wat Bram zegt. Doet ze dat niet, dan dringt Bram er vaak op aan dat ze toch doet wat hij wilt. Vaak eindigt dit in ruzie.”​

AutismeTV: Wat is Theory of Mind? Mensen met autisme hebben er problemen mee zich een beeld te vormen wat andere mensen denken en voelen



Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Centrale coherentie
Moeite om de omgeving te zien als een geheel met alles wat zich daarin afspeelt​​

Jacob wordt gevraagd een foto van een begrafenis te beschrijven. Hij beschrijft nauwkeurig de mensen, de kist, het gat in de grond enzovoorts. Maar als vervolgens gevraagd wordt wat er op de foto gebeurd, weet hij hier geen antwoord op te geven.​​

AutismeTV: Wat is Centrale Coherentie? Prikkels die via de zintuigen de hersenen binnenkomen worden bij autisme minder met elkaar in verband gebracht. 




Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

executieve functies
Problemen met plannen en organiseren van taken en daarin flexibel zijn​


“Inge wordt gevraagd zichzelf aan te kleden, maar weet niet hoe dit moet. Ze weet prima welke kledingstukken ze normaal aan heeft, maar heeft geen idee in welke volgorde ze deze aan moet trekken om zichzelf goed aan te kleden.”​





Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Begeleidingstijl "geef me de vijf"
Creëren van voorspelbaarheid​

In tijd​, In ruimte​, In activiteiten​
Wat​
Hoe​
Wanneer​
Waar​
wie​
In omgang en aanpak​
Verbeteren functioneren​
Verminderen gedragsproblemen 










Slide 33 - Tekstslide

TOETS stof
ASS en oude typen autisme
3 Theorieen van autisme
Kenmerken autisme
Kenmerken lvb,mvb, evb en zevb
Communicatie 
timmer huygens en piaget fases
Soorten ontwikkelingsachterstand
Oorzaken en benoemingen verstandelijke beperking



Slide 34 - Tekstslide