H4.5 Brillen en H4.6 schaduw

H5 Brillen
H6 Schaduw
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

H5 Brillen
H6 Schaduw

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen H5
  • Je kunt omschrijven wat accomoderen inhoudt.
  • Je kunt uitleggen op welke manier de ooglens boller en weer platter kan worden.
  • Je kunt uitleggen, wat er met een oog aan de hand is, als iemand verziend, bijziend of ouderdomsverziend is.
  • Je kunt noemen voor welk type oogafwijking welk type brillenglazen geschikt is.
  • Je kunt uitleggen d.m.v. een tekening hoe verschillende brillenglazen ervoor zorgen dat iemand dankzij die glazen scherp kan zien.

Slide 2 - Tekstslide

accomoderen

Slide 3 - Tekstslide

nabijheidspunt
Die afstand van een voorwerp waarbij een beeld gevormd kan worden op het netvlies zonder dat het oog moet accomoderen.

jong persoon : omgeveer op 15 cm voor oog
oudere : lens kan minder goed accomoderen, dus nabijheidspunt licht verder weg, leesbril nodig (positieve lens). Hierdoor komt het nabijheidspunt weer dichterbij

Slide 4 - Tekstslide

Oogwerking en nabijheidspunt
Bepaal je eigen nabijheidspunt:
  • Houdt een potlood op armlengte van je af.
  • Sluit één oog en kijk met het andere oog naar het potlood
  • Breng het potlood langzaam dichterbij, totdat je het niet meer scherp ziet.
  • Daar ligt je nabijheidspunt

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Bijziend
Beeldpunt ligt voor het netvlies, het beeld in de verte is wazig.

Slide 7 - Tekstslide

Verziend
Beeldpunt ligt achter het netvlies, het beeld dichtbij is wazig. Bij ouderen moeite met lezen, leesbril

Slide 8 - Tekstslide

Schaduw

Slide 9 - Tekstslide

Leerdoelen H6
  • Je kunt uitleggen wat de afstand en de richting van de lichtbron tot het object en het beeld ervan te maken hebben met de grootte en de vorm van de schaduw.
  • Je kunt met behulp van een tekening uitleggen hoe een hoofdschaduw en bijschaduw tot stand komen.

Slide 10 - Tekstslide

SCHADUW
Als je een ondoorzichtig voorwerp in het licht zet, laat hij geen licht door. 

Achter dit voorwerp ontstaat dan een schaduw. 

Slide 11 - Tekstslide

Halfschaduw of bijschaduw
Kernschaduw

Slide 12 - Tekstslide

Zonsverduistering
Schaduw van de maan valt op de aarde.

Slide 13 - Tekstslide

0

Slide 14 - Video