Spelling H5 deelwoorden en H6 directe en indirecte rede

Hallo leerlingen,

Hoe gaat het met jullie? Vreemd hè dat we nu op afstand leren! Het is voor mij best nog moeilijk digitale lessen te maken. Net als jullie kan ik niet meer dan mijn best doen.

Hierna volgende antwoorden bij de opdrachten van vorige week.

 Veel succes met de opdrachten. Jullie mogen mij altijd mailen, gewoon via de schoolmail.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare school

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Hallo leerlingen,

Hoe gaat het met jullie? Vreemd hè dat we nu op afstand leren! Het is voor mij best nog moeilijk digitale lessen te maken. Net als jullie kan ik niet meer dan mijn best doen.

Hierna volgende antwoorden bij de opdrachten van vorige week.

 Veel succes met de opdrachten. Jullie mogen mij altijd mailen, gewoon via de schoolmail.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Opdrachten voor de week van 30 maart t/m 3 april
Fijn dat de meesten van jullie gewerkt hebben aan de vorige weektaak. Deze week gaan we wel wat harder werken. We maken de opdrachten van Spelling, hoofdstuk 5 op blz. 156 en 157, ook de startopdracht, en we gaan verder met hoofdstuk 6, blz. 184 en 185. We maken ook hier alle opdrachten én de startopdracht.

Slide 5 - Tekstslide

Lees de theorie bij alle opdrachten. Dat zijn de
groene stukken op bladzijden 156 en 184. Kijk naar de filmpjes voor extra uitleg.

  • Je leert hoe je van voltooide en onvoltooide deelwoorden een bijvoeglijk naamwoord maakt.
  • Je leert hoe je aanhalingstekens, de komma en de dubbele punt op de juiste manier gebruikt.
  • Je leert wat directe en indirecte rede is.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

Slide 8 - Link

directe en indirecte rede
De 'directe rede' houdt in dat precies herhaald wordt wat iemand zegt. Dit zet je dan tussen aanhalingstekens. Dit noem je met een mooi woord 'citeren'.
In de 'indirecte rede' zet je geen aanhalingstekens en dubbele punt. Belangrijk is dat je doorhebt dat het onderwerp en het gezegde dan veranderen ten opzichte van de originele zin in de directe rede.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Opdracht 6, bladzijde 185
Deze  opdracht gaat over de k-klank in het Nederlands bij c, cc, k en kk. Bij het maken van deze opdracht leer je woorden met deze letters correct spellen.

Slide 11 - Tekstslide

LEZEN !
We hebben in de les besproken dat we op zijn minst nog twee boeken gaan lezen. We lezen met de hele klas hetzelfde boek voor een SO; dit kan natuurlijk nú niet, dus dat komt later. Je kiest zelf een boek waarover je een pitch gaat houden. Ik heb jullie al uitgelegd wat een pitch inhoudt. Kies een boek dat je echt leuk vindt. Als je na het lezen van vijf bladzijden merkt dat er te veel moeilijke woorden instaan en dat het boek daarom niet echt boeit, neem dan een ander boek. Begin hier snel mee, want zodra we weer naar school mogen, gaan we beginnen met de pitches. Dus LEZEN!

Slide 12 - Tekstslide

Veel succes met jullie huiswerk, dat ik aan het begin van deze weektaak heb opgegeven. Volgende week krijgen jullie de antwoorden bij de opdrachten. 

Lees elke dag in elk geval een halfuur. Liever nog langer, maar LEES !

Groeten, mevrouw Oversier

Slide 13 - Tekstslide