3.3 Lezen les 3

  • Pak je leesboek, en ga rustig lezen
  • Werkboek A en etui (pen/potlood.) op de
     hoek van je tafel.
3.3 Lezen
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 33 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 35 min

Onderdelen in deze les

  • Pak je leesboek, en ga rustig lezen
  • Werkboek A en etui (pen/potlood.) op de
     hoek van je tafel.
3.3 Lezen

Slide 1 - Tekstslide

  • Wat is het verschil tussen verkennend lezen en nauwkeurig lezen?
  • Bij verkennend lezen lees je niet de hele
     tekst, maar wil je het onderwerp weten. 
  • Bij nauwkeurig lezen lees je zin voor zin,
     en wil je de tekst goed kunnen begrijpen.

3.3 Lezen - Gisteren geleerd 

Slide 2 - Tekstslide

  • Wat wil een schrijver met het tekstdoel 'informeren'?
  • De lezer informatie geven over een
     bepaald onderwerp. (b.v. nieuwsbrief,
     krant, lesboek)
3.3 Lezen - Gisteren geleerd 

Slide 3 - Tekstslide

3.5 Woorden
In deze paragraaf leer je:
  • 25 nieuwe woorden
  • wat tegenstellingen zijn

Slide 4 - Tekstslide

- Oefenen met 13 nieuwe woorden
- Begin met het maken van opdracht 1
  op blz. 158
Vandaag 3.5 Woorden

Slide 5 - Tekstslide

- Lees eerst de woorden bij Woorden 1 op blz. 159
- Oefen daarna 5 minuten met je buurman/vrouw


Vandaag 3.5 Woorden

Slide 6 - Tekstslide

- Samen lezen tekst 1 blz. 159
- Samen maken en bespreken opdracht 4, 5 en 6


Vandaag 3.5 Woorden

Slide 7 - Tekstslide

- Oefen thuis Woorden 1 op blz. 159
  (zie ook opdracht 8 op blz. 160)


Vandaag 3.5 Woorden

Slide 8 - Tekstslide

Leertekst Tekstdoel - informeren (blz. 143)

Bij elke tekst die je leest, kun je je afvragen: wat is het doel van de schrijver? Dit noem je het tekstdoel.

Je leert dit jaar 4 tekstdoelen: informeren, activeren, amuseren en overtuigen.
Een tekstdoel dat vaak voorkomt is informeren.
Vandaag 3.3 Lezen

Slide 9 - Tekstslide

Vandaag 3.3 Lezen
tekstdoel
Wat wil de schrijver?
voorbeelden
informeren
De schrijver wil de lezer informatie geven over een bepaald onderwerp.
nieuwsbericht, tekst uit een schoolboek

Slide 10 - Tekstslide

Leertekst - Verkennend lezen

- lees de titel
- lees de tussenkopjes
- lees de inleiding en het slot
- bekijk de plaatjes
- lees de bron(onderaan de tekst)

Je kan dan bedenken waar de tekst over gaat


Vandaag 3.3 Lezen

Slide 11 - Tekstslide

Leertekst Tekstdoel - Nauwkeurig lezen (blz. 147)

Als je precies wilt lezen wat er in de tekst staat, dan ga je de tekst nauwkeurig lezen. Dit is wat anders dan verkennend lezen.

Nauwkeurig lezen doe je zo:
- Lees de tekst zin voor zin met aandacht.
- Probeer te begrijpen wat er staat.

Vandaag 3.3 Lezen

Slide 12 - Tekstslide

  • Samen Lezen leestaak  blz. 148-149 Skien buiten de piste
  • maken vragen 13 t/m 15
Vandaag 3.3 Lezen

Slide 13 - Tekstslide

3.3 Lezen
- Lesboek en etui op de hoek van je tafel.
- Pak je leesboek en ga rustig 

Slide 14 - Tekstslide

Vandaag
- paragraaf Lezen
- korte les, en dan tijd voor iets leuks/voor jezelf


Slide 15 - Tekstslide

3.3 Lezen
In deze paragraaf leer je:
  • het tekstdoel informeren herkennen
  • hoe je nauwkeurig leest



Slide 16 - Tekstslide

3.3 Lezen - Nauwkeurig lezen
Leertekst Tekstdoel -  Nauwkeurig lezen (blz. 147)

Als je precies wilt lezen wat er in de tekst staat, dan ga je de tekst nauwkeurig lezen.  Dit is wat anders dan verkennend lezen.

Nauwkeurig lezen doe je zo:
- Lees de tekst zin voor zin met aandacht.
- Probeer te begrijpen wat er staat.





Slide 17 - Tekstslide

3.3 Lezen

  • Samen nauwkeurig lezen van tekst 5 op blz. 146
  • Maken vragen 9b en 10 en 11 blz. 147
  • Maken vragen 11 en 12 op blz. 148



Slide 18 - Tekstslide

3.3 Lezen
In deze paragraaf geleerd:
  • het tekstdoel informeren herkennen
  • hoe je nauwkeurig leest



Slide 19 - Tekstslide

3.3 Lezen - verkennend lezen
  • lees de titel
  • lees de tussenkopjes
  • lees de inleiding en het slot
  • bekijk de plaatjes
  • lees de bron(onderaan de tekst)

Je kan dan bedenken waar de tekst over gaat



Slide 20 - Tekstslide

3.3 Lezen

  • Lezen tekst 5 blz. 146 verkennend
  • Maak opdracht 8 blz. 147



Slide 21 - Tekstslide

3.3 Lezen - nauwkeurig lezen
  • Als je precies wilt weten wat er in de tekst staat,
     gaat je de tekst nauwkeurig lezen.

  • Lees de tekst zin voor zin.
  • probeer zo goed mogelijk te begrijpen wat er staat.

Slide 22 - Tekstslide

3.3 Lezen

  • Maak opdracht 9 en 10 blz. 147 



Slide 23 - Tekstslide

3.3 Lezen

  • Wat wil een schrijver met het tekstdoel Informeren?



Slide 24 - Tekstslide

Fictiedossier - opdracht 1
- werk aan je fictiedossier
  opdracht 1 gedicht met een vast rijmschema
                       een naam-gedicht of Rondeel
  opdracht 2  voorkant van een boek of zelf schrijven
- Woensdag 20 december moeten deze ingeleverd zijn.
                       Eerder mag.

Slide 25 - Tekstslide

Lezen 3.3 Weet je nog
Indeling van een tekst:
-  inleiding, kern en slot 

Slide 26 - Tekstslide

3.3 Lezen

  • Samen lezen en maken blz. 142 - 143, vragen 1, 2,



Slide 27 - Tekstslide

3.3 Lezen
Leertekst Tekstdoel - informeren (blz. 143)

Bij elke tekst die je leest, kun je je afvragen: wat is het doel van de schrijver? Dit noem je het tekstdoel.
Je leert dit jaar 4 tekstdoelen: informeren, activeren, amuseren en overtuigen.

Een tekstdoel dat vaak voorkomt is informeren.





tekstdoel
Wat wil de schrijver?
voorbeelden
informeren
De schrijver wil de lezer informatie geven over een bepaald onderwerp.
nieuwsbericht, tekst uit een schoolboek

Slide 28 - Tekstslide

3.3 Lezen - verkennend lezen
  • lees de titel
  • lees de tussenkopjes
  • lees de inleiding en het slot
  • bekijk de plaatjes
  • lees de bron(onderaan de tekst)

Je kan dan bedenken waar de tekst over gaat



Slide 29 - Tekstslide

Leertekst Tekstdoel - informeren (blz. 143)

Bij elke tekst die je leest, kun je je afvragen: wat is het doel van de schrijver? Dit noem je het tekstdoel.

Je leert dit jaar 4 tekstdoelen: informeren, activeren, amuseren en overtuigen.
Een tekstdoel dat vaak voorkomt is informeren.
Vandaag 3.3 Lezen

Slide 30 - Tekstslide

Vandaag 3.3 Lezen
tekstdoel
Wat wil de schrijver?
voorbeelden
informeren
De schrijver wil de lezer informatie geven over een bepaald onderwerp.
nieuwsbericht, tekst uit een schoolboek

Slide 31 - Tekstslide

Leertekst - Verkennend lezen

- lees de titel
- lees de tussenkopjes
- lees de inleiding en het slot
- bekijk de plaatjes
- lees de bron(onderaan de tekst)

Je kan dan bedenken waar de tekst over gaat


Vandaag 3.3 Lezen

Slide 32 - Tekstslide

Leertekst Tekstdoel - Nauwkeurig lezen (blz. 147)

Als je precies wilt lezen wat er in de tekst staat, dan ga je de tekst nauwkeurig lezen. Dit is wat anders dan verkennend lezen.

Nauwkeurig lezen doe je zo:
- Lees de tekst zin voor zin met aandacht.
- Probeer te begrijpen wat er staat.

Vandaag 3.3 Lezen

Slide 33 - Tekstslide